Ook op Facebook




Nieuw op deze website:

Nieuw (!!): Verslag (met fotoreportage) van het bezoek aan het trammuseum van de Stichting v/h Rotterdamsche Tramweg Maatschaapij te Ouddorp op 2e Paasdag, 1 april 2024 op de nieuwe pagina 29 van het thema Nederland/MRTM/Recente items. Of klik hier zonder navigatie.


De Tramkoerier lente 2024

Gepubliceerd op: zondag 31 maart 2024

Op 26 maart 2024 is verschenen de lente-uitgave 2024 van de Periodiek van de Museum Stichting v/h R.T.M. Ouddorp, 42e jaargang, nummer 1, ISSN:1382-0737. Steun de R.T.M. en word nieuwe donateur voor slechts € 25,00 per jaar (meer mag ook) t.n.v. Stichting R.T.M. Ouddorp. Bank: Rabobank Goeree-Overflakkee, rekening NL58 RABO 0351 2008 00. De Tramkoerier verschijnt vier keer per jaar en wordt toegezonden aan donateurs en begunstigers. De R.T.M.-remise en het museumdepot zijn gevestigd aan de G.C. Schellingerweg 2, De Punt West, Brouwersdam te Ouddorp.

Nieuwsgierig geworden? Neem contact op met de Museum Stichting v/h R.T.M., Postbus 25 – 3253 ZG Ouddorp of bezoek de website: www.rtm-ouddorp.nl, e-mail: info@rtm-ouddorp.nl of kijk op dèze site bij het thema: Nederland > pagina’s RTM (vroeger) en MRTM (museum). Een ritje over de Brouwersdam naar Port Zélande, Middelplaat Haven of Scharendijke Dolfijn is nog veel leuker.

Uit de inhoud van dit nummer:

  • Van de redactie. In dit nummer weer enkele belangrijke mededelingen. De laatste details van de bouw van de museumuitbreiding, het Sperwer-stel reed onlangs zijn eerste commerciële rit na jaren van herstel, met rijtuig ABD 397 gaat het de goede kant op, de collectie materieel wordt spectaculair uitgebreid met een overdracht door de collega’s uit Hoorn (zie hieronder), de geschiedenisverhalen worden voortgezet en last but not least, de officiële opening van de museumuitbreiding komt er aan. Bijgevoegd bij dit nummer de folder met de rijdagen van het nieuwe seizoen.
  • Voorzitter Laurens Pit zegt dat de nieuwbouw nu zo goed als klaar is, maar de inrichting vergt wat meer tijd wat allemaal in de vrije tijd van de medewerkers tot stand moet komen. Maar hij is verheugd dat we nu een datum kunnen vaststellen: de officiële opening zal nu plaatsvinden op vrijdag 27 september 2024 (voor genodigden). Voor de donateurs volgt een dag later een speciaal programma. Verder kan de voorzitter verheugd meedelen, dat de collectie met maar liefst drie rijtuigen uitgebreid zal worden. Met de Stoomtram Hoorn-Medemblik waarmee nauwe collegiale banden bestaan en ook deels een gezamenlijke historie, is afgesproken, dat de nog aanwezige bak van RTM-stoomtramrijtuig 341 en de beide ex-NMVB-ruituigen B19 en B20 overgedragen worden aan de RTM Ouddorp. De rijtuigen komen op termijn naar Ouddorp en zullen dan eerst moeten worden gecompleteerd, omgespoord en gerestaureerd.
  • Melding wordt gedaan van enkele fraaie en bijzondere schenkingen. Hieronder ook een schenking van zeilmakerij Mono Sails & Sales te Port Zélande: twee nieuwe regenhoezen voor de koppelingen van het Sperwerstel. Andere schenkingen betroffen o.m. een collectie boeken, een grote verzameling internationale modellen, een ouderwetse kolomboormachine, een antieke beugelzaag, een olielamp en restaurant “De Groene Lanteern” in Ouddorp verstrekte een compleet zitmeubilair.
  • Enkele lezers schreven een reactie op eerdere artikelen en foto’s.
  • De donatie voor 2024 kan weer overgemaakt worden; en een vrijwillige verhoging voor de RTM als vrijwilligersclub met een bouwopdracht is zeer welkom. En benut vooral de ANBI-regeling die fiscaal aantrekkelijk is voor giften en schenkingen.
  • “Een terug- en vooruitblik”. Mark Grootendorst kijkt terug op 2023 waarbij maar liefst (tot en met de Kerstweek) 17.000 bezoekers aan het museum genoteerd konden worden. Er werd een passend cadeau overhandigd aan Lea Shapo, een klein meisje dat met haar familie op bezoek was en het laatste duizendtal volmaakte. Uit handen van voorzitter Laurens Pit kreeg ze een Thomaspuzzel. Het jaar 2024 gaat op 2e Paasdag als eerste rijdag van start. De folder geeft de rijdagen aan, met enkele belangrijke wijzigingen als gevolg van de ingebruikname van de museumuitbreiding. Rond Hemelvaartsdag wordt het evenement De Driedaagse weer opgetuigd en eind september wordt dan de museumuitbreiding officieel geopend.
  • Collectie-uitbreiding bij de RTM. De museumstoomtram Hoorn-Medemblik (SHM) heeft met de Stichting v/h Rotterdmsche Tramweg Maatschappij afspraken gemaakt over de eigendomsoverdracht van drie rijtuigen. De bak van RTM-stoomtramrijtuig 341 en de beide ex-NMVB-ruituigen B19 en B20 worden overgedragen aan de RTM Ouddorp. Conservator Mark Grootendorst gaat in dit artikel dieper in op de historie van deze rijtuigen en wat de hedendaagse staat ervan is.
  • “Toen en Nu”. Deze beeldvergelijking met foto’s van een plek zoals die er vroeger uitzag en wat daar tegenwoordig nog van te vinden is (of niet), biedt altijd weer verrassende elementen. Jan de Bruin bezocht De Wielewaal (net ten zuiden van de Centrale Werkplaats) en wat er anno 2023 nog over is (of niet), met dank aan Google Earth.
  • “De ontstaansgeschiedenis van de lijn Steenbergen – Burgh” (deel 1). Aanleiding, aanbesteding, de bouw en opening van een bijzonder stuk RTM-tramlijn. Beschreven door Wim Verboom (wordt vervolgd).
  • “De RTM-emplacementen - deel 2”. Huib Dekker vervolgt zijn onderzoek en neemt de sporensituatie en de emplacementen van de RTM nader onder loep. Ook in dit tweede deel een speurtocht naar de diverse sporen en wissels met vooral de vraag: waartoe dienden ze eigenlijk? En zat daar enige logica in? Als leidraad werden de historische lijntekeningen uit het RTM-archief geraadpleegd en uiteraard ook de tekeningen van wijlen Ton Dijkers († 06-02-2023 - Tramkoerier Lente 2023), die als bijlagen zijn gevoegd bij zijn standaardwerk “De RTM op de Zuid-Hollandse en Zeeuwse eilanden”. En wat is er uit overlevering nog te achterhalen: deze bron is door ouderdom en overlijden van hen die het nog meegemaakt hebben, aan het opdrogen (wordt vervolgd).
  • De jaarkalender 2025 is verschenen en kan in de winkel of per post aangeschaft worden.
  • Werkplaats- en museumnieuws. Verslag van lopende restauratieprojecten: stoomloc 37, stoomloc 50 en 56, het Sperwertramstel, de rijtuigen ABD397, B363 en de verdere inrichting van het nieuwe museumgedeelte.
  • Dienst van Weg & werken en Infrastructuur is druk bezig geweest met spoorvernieuwingen (aanleg van NP46-profielrails), wisselvernieuwingen, herbestrating bij de kolenbunker, aanpassingen aan de nieuwe situatie van de hemelwaterafvoeren als gevolg van de gebouwenuitbreiding en het plaatsen van nieuwe keerwanden tegen het duin bij een toekomstige bielzenopslag naast de remise.
  • De coverfoto toont loc 54 met een vijfwagen-tram ter hoogte van de spuisluis bij Scharendijke op de laatste dag van het exploitatiejaar 2023, 30 december. De foto is gemaakt door Anne Lohman.

In dit nummer fraaie foto’s uit heden en verleden !!

RTM zoekt extra medewerkers !! Meld u aan als u uw vrije tijd als vrijwilliger nuttig wilt maken. Mocht dat niet lukken, word dan in elk geval betalend donateur.

Steun de RTM en ervaar zelf dit cultuurhistorisch rijdend erfgoed! Bezuinigingen op ons cultuurgoed? Wees wijzer: wie zijn geschiedenis niet omarmt, is niet rijp voor de toekomst!!

Deze website steunt de Stichting v/h R.T.M. Ouddorp (via de ANBI-regeling, laat de fiscus meebetalen!).




De Tramkoerier winter 2023

Gepubliceerd op: donderdag 14 maart 2024

Op 12 december 2023 is verschenen de winteruitgave 2023 van de Periodiek van de Museum Stichting v/h R.T.M. Ouddorp, 41e jaargang, nummer 4, ISSN:1382-0737. Steun de R.T.M. en word nieuwe donateur voor slechts € 25,00 per jaar (meer mag ook) t.n.v. Stichting R.T.M. Ouddorp. Bank: Rabobank Goeree-Overflakkee, rekening NL58 RABO 0351 2008 00. De Tramkoerier verschijnt vier keer per jaar en wordt toegezonden aan donateurs en begunstigers. De R.T.M.-remise en het museumdepot zijn gevestigd aan de G.C. Schellingerweg 2, De Punt West, Brouwersdam te Ouddorp.

Nieuwsgierig geworden? Neem contact op met de Museum Stichting v/h R.T.M., Postbus 25 – 3253 ZG Ouddorp of bezoek de website: www.rtm-ouddorp.nl, e-mail: info@rtm-ouddorp.nl of kijk op dèze site bij het thema: Nederland > pagina’s RTM (vroeger) en MRTM (museum). Een ritje over de Brouwersdam naar Port Zélande, Middelplaat Haven of Scharendijke Dolfijn is nog veel leuker.

Uit de inhoud van dit nummer:

  • Van de redactie. In dit laatste kwartaalnummer van de Tramkoerier van 2023 wordt traditioneel teruggeblikt op het afgelopen (hoog)seizoen, in het bijzonder met een verslag van de donateursdag op 30 september, werd een Ridder (in de Orde van Oranje-Nassau) gehuldigd met de bijbehorende versierselen (een lintje) en voegde stoomlocomotief 56 zich in de stal bij de trek(kracht)paarden. In een artikel van hoofdredacteur Mark Grootendorst wordt de geschiedenis van RTM-directeur Guichart voor het voetlicht gehaald en start Huib Dekker een nieuwe artikelenreeks over de RTM-emplacementen, waarvoor stapels tekeningen doorgezocht werden. Met het vooruitzicht dat we nog 5 rijdagen (alle met stoomtrams) tegoed hebben in de Kerstweek, kan het jaar succesvol afgesloten worden.
  • Voorzitter Laurens Pit stelt met enige trots vast, dat het jaar 2023 in het teken stond van de verdere afbouw van de museumuitbreiding |(3e fase) en dat bijna 16.000 bezoekers het museum wisten te vinden en de Kerstritten komen daar nog bij. Bedacht moet worden dat het RTM-museum als enige museumlijn in ons land met uitsluitend origineel historisch Nederlands materieel rijdt en ook nog eens afkomstig is van één bedrijf: de RTM, dat in de vorige eeuw in de hele regio het openbaar vervoer verzorgde. Het rollend materieel is merendeels ruim 100 jaar oud. En dat wordt allemaal bereikt door de onvermoeibare inzet van onbetaalde vrijwilligers. We gaan het nieuwe jaar in met de opdracht dat we “bedrijfszekerheid” (of anders gezegd: onze bestaanszekerheid) tot speerpunt verheffen: het werven van nieuwe medewerkers en donateurs en behoud van de unieke collectie. Daar moeten we zuinig op zijn, aldus Pit. De continuïteit van het museum is een grote opdracht. Een mooie Kerstgedachte bij de Kerstritten. Hij wenst allen fijne Kerstdagen en een voorspoedig 2024.
  • Melding wordt gedaan van enkele fraaie en bijzondere schenkingen. Er wordt onder andere aandacht besteed enkele specifieke schenkingen en deze worden wat uitgebreider toegelicht, zoals een stempel, een fabrieksplaat, een ingelijst aandeel met bijzondere datum en een levensgroot polyester paard, dat opgetuigd een prominent plekje krijgt in het nieuwe museum. Tenslotte maakt Mathijs Backer (13 jaar) zich bekend, een grote RTM-fanaat. Hij bouwde met LEGO het oude station Middelharnis-Dorp na , loc 56 en rijtuig BD438. Aan zulke fans moet je aandacht besteden.
  • De donatie voor 2024 kan weer overgemaakt worden; en een vrijwillige verhoging voor de RTM als vrijwilligersclub met een bouwopdracht is zeer welkom. En benut vooral de ANBI-regeling die fiscaal aantrekkelijk is voor giften en schenkingen.
  • “Turbulente herfstsferen…” De donateursdag op 30 september had alles in zich van verrassingen en onverwachte momenten. Mark Grootendorst doet verslag. Na de toespraak van de voorzitter kwam als eerste een heuglijke huldiging voor het voetlicht. Paul Hekking werd het Ridderschap in de Orde van Oranje-Nassau verleend door de Burgemeester van Goeree-Overflakkee, Ada Grootenboer-Dubbelman. Hekking kreeg, na het aanhoren van zijn doopceel en in aanwezigheid van zijn vrouw, de bijbehorende versierselen van deze onderscheiding (het lintje) uitgereikt. De laureaat was er beduusd van en werd uitbundig door zijn aanwezige familie gefeliciteerd en uiteraard ook door het bestuur. Het jaarverslag werd daarna voorafgegaan door de première van de nieuwe begroetingsfilm, die in het nieuwe museum in het auditorium vertoond zal worden voor de bezoekers. Voorzitter Laurens Pit had nog wat in petto: de oudste technici, die de grote klus “totaal-revisie loc 56” tot een prachtige voltooiing hadden gebracht, werden voor hun noeste arbeid zeer bedankt en kregen een aandenken aangeboden in de vorm van een foto van de 56 in oude toestand. Daarmee kwam loc 56 in de stal van zijn soortgelijke trekkrachten. Daarna kon het stoomgeweld buiten de remise losbarsten. Nadat loc 56 een lintje had doorgereden, werd een line-up voor de remise gehouden van alle vier de stoomlocomotieven. Het beeld van de “familie” was weer compleet. In de middaguren werden diverse ritten gereden waarin de donateurs zich vermaakten.
  • “Ter herinnering aan RTM-directeur H.F. Guichart (1844 - 1922)”. In dit artikel wordt een levensbeschrijving herhaald van een markante directeur. De aanleiding was een vraag van Arjan den Boer, auteur van het boek “250 jaar Nederlandse spoorwegaffiches” of er meer bekendheid te vinden was over het leven van deze in 1881 tot RTM-directeur benoemde bestuurder. Via Delpher, een database met gescande publicaties, werd een artikel gevonden in het tijdschrift “De Locomotief” van 5 april 1922 (“een weekblad gewijd aan de belangen van spoor- en tramwegen”). Het artikel zelf bestaat uit een overname uit het tijdschrift “De Ingenieur” en is het alleszins waard nog een keer in de Tramkoerier te herhalen. Guichart was een inspirerend vooral daadkrachtig figuur! In 1879 en 1880 werd een aantal paardentramlijnen in Rotterdam geopend en de lijnen vanuit Kralingen werden gereden vanuit de paardentramremise aan de Oostzeedijk. Bij de remise werd in 1886 voor hem een representatieve woning gebouwd, geheel behorende bij zijn status: een statig herenhuis in neoclassicistische stijl. Hij bleef tot in 1907 actief als directeur en maakte zich daarna als adviseur en commissaris nog enige tijd verdienstelijk. In 1908 werd hij opgevolgd door H. van ’t Hoogerhuys jr. (Bron Jaarverslag RTM 1907, zie ook het Lentenummer 2023 van de Tramkoerier).
  • “De RTM-emplacementen - deel 1”. Huib Dekker vond in eerdere publicaties onder de titel “Vroeger was toen, later is nu” waarin de RTM-stations en halteplaatsen met hun gebouwen beschreven werden, aanleiding om de sporensituatie en de emplacementen nader onder loep te nemen. In dit eerste deel een speurtocht naar de diverse sporen en wissels met vooral de vraag: waartoe dienden ze eigenlijk? En zat daar enige logica in? Als leidraad werden de historische lijntekeningen uit het RTM-archief geraadpleegd en uiteraard ook de tekeningen van wijlen Ton Dijkers († 06-02-2023 - Tramkoerier Lente 2023), die als bijlagen zijn gevoegd bij zijn standaardwerk “De RTM op de Zuid-Hollandse en Zeeuwse eilanden”. En wat is er uit overlevering nog te achterhalen: deze bron is door ouderdom en overlijden van hen die het nog meegemaakt hebben, aan het opdrogen.
  • Een bijzonder gift. Van Kringloopwinkel “Het Vervolg” uit Oostvoorne werd een grote gift ontvangen. Een delegatie van vier personen bezocht het museum waarbij het bedrag werd overhandigd. Koffie, een rondleiding en een tramrit was onze tegenprestatie als dank.
  • Een trouwerij bij de RTM. Als je vrijwilliger bent bij de RTM is geen mooiere plek voor een trouwerij denkbaar dan de RTM-locatie. Pieter Tanis en zijn Marije trouwden op 22 september 2023 en genoten van een mooi fotomoment en een ritje.
  • Uitbreiding afbouw 3e fase museumuitbreiding. Het laatste schot, dat de bestaande hal nog scheidde van de nieuwe uitbreiding is verwijderd en er is verder gewerkt aan de inrichtingen. Er is een proefopstelling gemaakt en op het kasseienstraatje komt een RTM-bus te staan, de “Atalanta”.
  • Werkplaats- en museumnieuws. Verslag van diverse actuele zaken, zoals voortgang van loc 37, revisie loc 50 (ketelkeuring eind november), rijtuig ABD397. Hulde voor de heren technici: vakmanschap is meesterschap.
  • Dienst van Weg & werken en Infrastructuur. Er is veel klein onderhoud gedaan tussen alle tramritten door, zoals het natrekken van lasbouten, straatwerk herstellen, handmatig onkruid verwijderen en meer noodzakelijke klusjes. De klepelmaaier was toe aan een grote onderhoudsbeurt Er is een nieuwe klepelmaaier aangeschaft. De oranje Atlaskraan kreeg nieuwe hydrauliekslangen en kan weer jaren mee.
  • Busnieuws. Bus 82 “Atalanta” is – na een tijdelijk verblijf bij De Wit in Melissant (waar het uiterlijk weer teruggebracht werd in de oude originele staat) weer terug in Ouddorp. Diverse details zijn in oktober aangebracht de bus is opgeruimd en de vloerbedekking is besteld. De bus krijgt een statische plek in het museum. Er is een rijdbare bus van dit type bewaard gebleven: de “Vuurvlinder” met het RTM-nummer 87. Deze bus is eigendom van het Rotterdams Openbaar Vervoermuseum (ROVM) en is geheel gerestaureerd.
  • Brandweeroefening bij de RTM. De vrijwillige brandweer van Ouddorp heeft een oefening gehouden waarbij een scenario werd uitgewerkt van een bedrijfsongeval.
  • De coverfoto toont loc 56 met tram in vol bedrijf in de duinen. De loc heeft 20 jaar stilstand achter de rug en een negen jaar lange restauratie. De 56 werd tijdens de herfstvakantie ingezet voor de trams. De foto is gemaakt door Anne Lohman op 19 oktober 2023.
  • Op de laatste pagina een foto van de line-up van de vier stoomlocs van de RTM: 50, 54, 56 en 57 - ter gelegenheid van de indienststelling van loc 56 na revisie - , op de donateursdag van 30 september 2023 in Ouddorp. Foto: Jan de Bruin.

In dit nummer fraaie foto’s uit heden en verleden !!

RTM zoekt extra medewerkers !! Meld u aan als u uw vrije tijd als vrijwilliger nuttig wilt maken. Mocht dat niet lukken, word dan in elk geval betalend donateur.

Steun de RTM en ervaar zelf dit cultuurhistorisch rijdend erfgoed! Bezuinigingen op ons cultuurgoed? Wees wijzer: wie zijn geschiedenis niet omarmt, is niet rijp voor de toekomst!!

Deze website steunt de Stichting v/h R.T.M. Ouddorp (via de ANBI-regeling, laat de fiscus meebetalen!).




140 jaar Betuwelijn Elst - Tiel - Geldermalsen - 1 november 1882 - 2022

De bijzondere sporenligging in Vork (met medewerking van Kees van de Meene)

Inleiding

De Betuwelijn is de onofficiële naam van de Nederlandse spoorweg door de Betuwe van Elst via Geldermalsen naar Dordrecht. De Betuwelijn werd naar aanleiding van een initiatief van enkele Dordtse notabelen aangelegd door de Staat volgens de wet van 10 november 1875, onder de naam "Merwe- en Waalspoorweg". Op 1 november 1882 werd Elst - Geldermalsen in gebruik genomen, op 1 december 1883 Geldermalsen - Gorinchem en op 16 juli 1885 Gorinchem - Dordrecht. In 1886 werd bovendien het baanvak Amersfoort - Kesteren (via Rhenen) in gebruik genomen. Door de ingebruikname van deze spoorlijnen ontstonden alternatieve verbindingen van Amsterdam naar Duitsland via Amersfoort - Kesteren - Nijmegen - Kleef en van Rotterdam naar Duitsland via Dordrecht - Geldermalsen - Nijmegen - Kleef. Om de concurrentie te stimuleren werd deze spoorlijn in exploitatie gegeven aan de Staatsspoorwegen. Na de aansluiting van de spoorlijn Amersfoort - Kesteren kreeg de Staatsspoorwegen concurrentie van de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij (HIJSM). Na de herverdeling van de exploitatie van staatsspoorlijnen in 1890 kwam de gehele lijn in exploitatie van de HIJSM.

In Geldermalsen konden reizigers overstappen op de stoomtreinen van de spoorlijn van Utrecht naar Boxtel die in 1868 in gebruik was gekomen. Deze spoorlijn was van staatswege aangelegd (ook wel bekend als Staatslijn H) en uit dat jaar dateert ook de oude stalen spoorbrug in Culemborg over de Lek (is in 1983 vervangen door een betonnen exemplaar met stalen boog).

De oude Betuwelijn kende in de jaren zeventig nog de oude klassieke stationsbeveiliging met armseinen en handmatig bediende wissels met trekdraden. De bediening vond plaats met handelinrichtingen, in Tiel vanuit een gelijkvloerse aanbouw (erker) van het stationsgebouw, op andere plaatsen, zoals in Kesteren (dit seinhuis is behouden en staat nu bij de museumlijn Hoorn – Medemblik te Hoorn) en Vork vanuit lokale seinhuizen. In Zetten-Andelst stond ook een nevenpost. In twee stappen, ingaande op 16 juni 1983 en op 17 juni 1983 kreeg het baanvak moderne beveiliging (VCVL= Vereenvoudigde Centrale Verkeers Leiding) met daglichtseinen en elektrische wissels die vanuit seinhuizen in Utrecht en Arnhem worden bediend. Inmiddels is het baanvak opgenomen in procesleiding, een door moderne besturingscomputers geautomatiseerd bediensysteem voor rijweginstelling en seingeving en bewaking van de infra-elementen. Het traject Beesd – Dordrecht wordt bediend vanuit de post in Rotterdam.

De kilometrering van de Betuwelijn begint in het meetpunt op 533 meter ten noorden van het station van Elst als KM 0. Doorgaans geldt het midden van het stationsgebouw als meetpunt. Stations, wacht- en blokposten, dienstwoningen en overwegen kregen de kilometeraanduiding van de plek waar ze lagen. Dit systeem is nog altijd van toepassing.

Dagblad De Gelderlander, regiokatern Betuwe, besteedde op 29 oktober 2022 in een artikel aandacht aan 140 jaar Betuwelijn. Geput kon worden uit het rijke spoorarchief van onder meer Kees van de Meene die enkele foto’s beschikbaar stelde.

Station Elst in 1940 en 1979

De Betuwelijn begint even ten noorden van station Elst bij het meet-ijkpunt KM 0. De situatie van het sporenplan op deze tekening dateert uit 1940, met een latere aanpassing in 1979. Het omvangrijke rangeerterrein bevatte talrijke sporen. Het (oude) stationsgebouw van Elst lag bij KM 9.151 gerekend vanuit Arnhem op de spoorlijn naar Nijmegen. Elst was een belangrijk verzamel-, sorteer- en distributieknooppunt in het goederenvervoer met treinen naar alle windstreken. Op dit groepsstation vond de wagenverdeling plaats van en naar andere groepsstations. Van hieruit reden ook de zogenaamde buurtgoederentreinen voor de regio. Na de sluiting kwam het gebied vrij voor een andere bestemming. De overweg in de Aamschestraat is nu een onderdoorgang voor het wegverkeer, de overweg in de Bemmelschweg een viaduct. Ter oriëntatie: links naar en van Arnhem, rechts naar en van Nijmegen, met de aftakking naar en van Vork/Kesteren/Tiel e.v.
Bron: Tekening C.Kooij, gedeelte van tekening TOPRA10-023 © uit de NVBS-Railatlas.

Een terugblik

↑ ↑ Op 1 november 2022 bestond de Betuwelijn 140 jaar, althans het eerste gedeelte tussen Elst en Geldermalsen. De merkwaardige sporenligging in de Vork (Vrk) bij Elst vindt zijn oorsprong in de geschiedenis. Aanvankelijk was er een aftakking in het hoofdspoor. In 1891 en 1893 werd de sporensituatie veranderd en werden de eilandperrons gemaakt. In 1931 werden twee perrons westelijk van de overweg gemaakt ter weerszijden van de doorgaande sporen naar en van Nijmegen en Elst maar die zijn nooit in gebruik genomen. De twee tussenperrons werden opgebroken. Vanaf de zomerdienst van 15 mei 1931 stopten er geen treinen meer en op 22 mei 1932 is Vork (sinds 10 juni 1929 was het een stopplaats) formeel opgeheven. Dit is vastgelegd en terug te vinden in Dienst Orders (DO 2282 SSHS en DO 2668 SSHS).

Toen Vork als station verviel moest er nog steeds vanuit de Vork naar Elst gereden kunnen worden. Om nu vanaf het hoofdspoor Tiel-Nijmegen v.v. op/van de sporen naar/van Elst te kunnen komen zouden net als voor 1891 wissels met hoekverhouding 1:9 nodig zijn. In plaats daarvan kwamen er wissels met hoekverhouding 1:15 (die een hogere snelheid toelaten, in dit geval 70 km/u. zoals het snelheidsbord 7 op het vertakkingssein aangeeft) waartoe de sporen naar en van Elst deels kwamen te liggen op de plaats van de oude eilandperrons. In het hoofdspoor, komende uit Tiel, lag nu een wissel, waarop een spoor aansloot dat naar rechts afboog om vervolgens naar links te buigen om de beide hoofdsporen te kruisen en verderop aan te sluiten op het spoor van Nijmegen naar Arnhem. De beide bogen waren dubbelsporig. Het spoor van Arnhem naar Tiel takte met een wissel aan op het hoofdspoor uit Nijmegen. Vóór de Tweede Wereldoorlog reden er tussen Kesteren en Nijmegen internationale stoomtreinen (van de HIJSM) vanuit (Amsterdam -) Amersfoort, Leusden, via de spoorbrug over de Nederrijn bij Rhenen (verwoest in WOII, niet herbouwd als spoorbrug, thans verkeersbrug in de N233), Kesteren naar Nijmegen en verder naar Duitsland. In Kesteren kwamen beide spoorlijnen dus samen.

De blauwe bordjes aan weerszijden van de sporen (onderste foto) met het cijfer “3” geven de kilometrering ter plaatse aan, gerekend vanuit het nulmeetpunt even ten noorden van station Elst.

De beide foto’s tonen de splitsing bij De Vork waar de Rijksweg Zuid de spoorbaan kruist. Foto’s: Kees van de Meene, gefotografeerd op 23 oktober 1975.

Seinhuis Post I lag aan de noordzijde van het emplacement in Elst waar de sporenbundel samenkwam ter hoogte van de overweg in de Aamschestraat. Deze overweg werd ook door dit seinhuis bediend. Vergelijk de tekening hieronder. Foto: Kees van de Meene, 25 maart 1961.
Detail wegwijzer emplacement Elst noordzijde, situatie 10 februari 1961. Merk op (met stippellijnen) de grenzen tussen de beheers- en bediengebieden van Post I, de opzichter Noord en Post T (treindienstleider). Bron: BVS Elst. Vergelijk het rangeersein en het draaiseinbord op de foto hierboven.
Zie ook de website Klassieke Beveiliging.
Seinhuis Post T (treindienstleider) lag aan de zuidzijde van het emplacement in Elst waar de sporenbundel samenkwam ter hoogte van de overweg in de Bemmelscheweg. Deze overweg werd ook door dit seinhuis bediend. De locatie heet in spoortermen Elst Aansluiting (Esta). De foto is gemaakt vanaf de dubbelsporige lijn Arnhem - Nijmegen naar het noorden, in de nadagen van zijn oude infrastructuur. Het groepsstation en rangeerterrein voor goederentreinen werden in 1978 gesloten en later opgebroken. Links het dubbelspoor naar Zetten=Andelst en verder naar Tiel en Geldermalsen. Foto: Kees van de Meene, 19 augustus 1978.
De sporenbundel van het rangeeremplacement in Elst, gezien in noordelijke richting. Foto: Kees van de Meene, 19 augustus 1978. Links naast de spoorbaan ligt het fabriekscomplex van ketchupfabrikant H.J. Heinz. Het bedrijf is in de loop der jaren sterk gegroeid in omzet, winst en productie. De onderneming is groter geworden door de overname van Koninklijke De Ruijter, Hak en Honig.
Het groepsstation en rangeerterrein voor goederentreinen werden in 1978 gesloten en later opgebroken. Het uitgestrekte terrein is daarna in ontwikkeling gekomen als een bedrijventerrein. De overweg in de Bemmelseweg aan de zuidzijde is vervallen. Ter plaatse ligt nu een viaduct voor wegverkeer: de Olympiasingel (KM 9.700), deels als rondweg. Het station is opgeschoven in noordelijke richting met zijperrons en met een tunnel voor wegverkeer onder de sporen bij het station Elst, nu de Nieuwe Aamsestraat (KM 8.856). De voormalige overweg in de Aamschestraat (KM 8.700) is een onderdoorgang voor fietsers en voetgangers geworden; deze onderdoorgang is ook de route voor overstappende reizigers naar en van Nijmegen op de Betuwelijn. Daarnaast is er nog de wegkruising met het spoor in de Rijksweg Noord (voorheen Blokpost Arnhemsestraat, Ahst, KM 7.768) in de spoorlijn Nijmegen – Arnhem ten noorden van Elst. Ook deze overweg is een tunnel geworden die de naam Grifttunnel draagt en in de volksmond ook wel “slingertunnel” genoemd vanwege zijn S-bocht. Hiermee kent de spoorlijn ter plaatse geen gelijkvloerse overwegen meer. De blokpost Ahst is behouden en staat in het spoorwegmuseum in Utrecht.

Meer informatie en foto's over de Betuwelijn op deze pagina of hier. Andere interessante railinfrastructuur, op deze pagina.
Artikel over de Ombouw Geldermalsen 2019-2021, op deze pagina.


De Stoomtram 167 december 2021

Gepubliceerd op: donderdag 13 januari 2022

Op 21 december 2021 is verschenen de december-uitgave 2021 van de Periodiek van de Museumstoomtram Hoorn – Medemblik, nummer 167, 46e jaargang (ISSN-nummer: 1382-8770). Steun de Museumstoomtram Hoorn – Medemblik (SHM) en word nieuwe donateur vanaf € 10,00 per jaar (meer mag ook) t.n.v. Stichting Beheer Museumstoomtram. Bankrekening: IBAN: NL89 INGB 0003 8208 00. De Stoomtram verschijnt drie keer per jaar en wordt gratis toegezonden aan donateurs van de Stichting.

De Museumstoomtram Hoorn – Medemblik is het Geregistreerde Museum, dat de geschiedenis belicht van de stoomtram in Nederland en de rol die het plattelandsrailvervoer in de ontwikkeling van ons land tussen 1879 en 1966 heeft gespeeld. De Museumstoomtram verwerft, restaureert en beheert daartoe een collectie, die in zijn geheel dit beeld vertegenwoordigt. Deze collectie, met authentiek Nederlands stoomtrammaterieel, de lokaalspoorlijn Hoorn – Medemblik met de gebouwen, seininrichtingen, voorwerpen en documentatie vormt de basis voor een historisch verantwoorde en toeristisch attractieve presentatie. In deze presentatie wordt het tijdsbeeld anno 1926 als leidraad gebruikt. De SHM is gevestigd in Hoorn waar ook de werkplaats is.

Nieuwsgierig geworden? Neem contact op met de Museumstoomtram, Postbus 137 – 1620 AC Hoorn of bezoek de website: http://www.museumstoomtram.nl/ of kijk op dèze site bij het thema: Nederland > pagina’s SHM of TS (Tramweg Stichting, de voorloper van de SHM). Een ritje over de lokaalspoorlijn is nog veel leuker. Deze spoorlijn maakt onderdeel uit van de historische driehoek Hoorn – Medemblik – Enkhuizen. Meer informatie op de website van de Museumstoomtram.

De Museumstoomtram Hoorn – Medemblik wordt gesteund door tal van bedrijven, overheden en fondsen.

Uit de inhoud van nummer 167:

  • Directeur René van den Broeke geeft in zijn voorwoord met een toelichting het belang aan van het hebben van een beleidsplan: wat hebben we en wat willen we voor de toekomst. In 2016 werd het beleidsplan met de titel “De Reisbestemming” in uitvoering genomen. Een breed pakket aan hierin opgenomen beleidsmaatregelen kon in de afgelopen periode worden gerealiseerd. Markant zijn de projecten De Tram voor Bello, Station Abbekerk, E-ticketing, Herbestemming Werkplaats Hoorn, Replicarijtuig 501, Herinrichting Medemblik en diverse productaanpassingen. De lijst is nog langer. De coronacrisis heeft veel aandacht gevraagd van de organisatie en de mensen. Maar ook heeft het ons de tijd gegeven verder te werken aan een nieuw beleidsplan met betrokkenen binnen en buiten de organisatie. Rond deze tijd zal het beleidsplan “IJzeren weg naar de Toekomst” worden gepresenteerd, dat een (uit)werking heeft tot 2026. Er zijn nieuwe uitdagingen. Doel is en blijft dat de Museumstoomtram tussen Hoorn en Medemblik zich verder ontwikkelt tot het grootste en meeste complete rijdende museum in ons land. Een nationaal museum, waar een toegankelijk begrip als “reizen” kan worden beleefd op een onvergelijkbare manier dankzij een samenspel van mens en collectie met een historisch verantwoorde en toeristisch attractieve presentatie. Met dat perspectief kan de Museumtram zich blijven onderscheiden als een unieke plek met een gezonde toekomst die velen zal blijven aanspreken met een heldere identiteit die een verbinding vormt. Dat is onze IJzeren weg naar de Toekomst, aldus Van den Broeke.
  • In Memoriam. Op 20 september 2021 overleed op 90-jarige leeftijd de heer Luud Albers. Luud was gedurende meer dan 50 jaar betrokken bij de Museumstoomtram in Hoorn. Zijn betrokkenheid en bemoeienis is van grote betekenis geweest. Ook zijn foto’s, films, boeken en tijdschriftartikelen zijn van grote waarde. Luud is voor zijn werk in 2012 koninklijk onderscheiden. Marius van Rijn herdenkt een grote vriend.
  • “De museumstoomtram in zomer en najaar van 2021”. Korte fotoreportage met sfeerbeelden van de exploitatie, nadat op 9 juni de reizigersdienst na de coronapauze weer was hervat. Vanwege de nieuwe coronabeperkingen vervielen noodgedwongen de geplande extra ritten op 11 en 16 november en 10 december. De laatste rit van 2021 vond plaats op 4 december, waarna Nederland weer in lockdown ging.
  • “De Arend” is neergestreken in Hoorn. Korte terugblik van de betekenis van de replica-locomotief De Arend met eerdere ritten in Amsterdam (1939, tentoonstelling 100 jaar spoorwegen), Delft (1948, eeuwfeest Delfts Studenten Corps)) en Utrecht (1989, 150 jaar spoorwegen) en als collectiestuk van het Spoorwegmuseum. Het laatste grote optreden was 25 jaar later, in 2014, op het voorplein van het station van Amsterdam Centraal in het kader van 175 jaar spoorwegen tijdens een musical. De loc werd na de herinrichting van het Spoorwegmuseum in 2005 met twee rijtuigen in een presentatie over de eerste trein getoond en kon op bijzondere dagen onder stoom worden gebracht om solo naar buiten te rijden. Op een speciaal aangelegd stuk breedspoor op het buitenterrein van het museum. Op 20 september 2021 werd de dienstvaardige replica naar de werkplaats van de Museumstoomtram in Hoorn overgebracht voor onderhoud en revisie.
  • “Het stationsemplacement Hoorn als historisch erfgoed”. Verslag van een belangrijk spoorwegknooppunt.
  • “Werktreinen en werktrams”. Een drietal foto’s geeft een fraai beeld, dat ook werktreinen en –trams op een museumlijn een noodzakelijke bijdrage leveren in het onderhoud van de railinfrastructuur.
  • “Een dagje depotdienst”. Er zijn taken bij de Museumstoomtram die volop in de belangstelling van de bezoeker staan, zoals die van machinist, stoker, chef-trein en conducteur. Maar ook buiten de schijnwerpers moet er tijdens het rijseizoen het nodige werk gedaan worden. Dat niet minder interessant is. Een dagje meekijken over de schouder van de depot-machinist, leert de toeschouwer, dat alle logistieke zaken die zich op een exploitatiedag voordoen, niet vanzelf tot stand komen: rangeren, verplaatsen en samenstellen van het materieel voor de trams.
  • “Interessante details op aspotten”. Wie er oog voor heeft, zal wel eens naar aspotten gekeken hebben en kan verrassende ontdekkingen doen. Ze vermelden vaak historische opschriften en kenmerken.
  • De BankGiro Loterij steunt de Museumstoomtram alweer heel wat jaren. De BankGiro Loterij steunt culturele instellingen die werken aan het behoud van cultuur in Nederland. De Museumstoomtram Hoorn - Medemblik prijst zich gelukkig tot één van de 77 culturele organisaties te behoren aan wie geldelijke steun wordt gegeven. De BankGiro Loterij is dé cultuurloterij van Nederland. Jaarlijks worden vele tientallen miljoenen uitgekeerd aan musea en andere cultuurinstellingen voor de ontwikkeling en behoud van hun collecties.
  • “Ontwikkelingen van de collectie”. Frank van den Broeke, manager techniek en hoofdconservator doet verslag van de plannen en de stand van zaken. De coronamaatregelen werkten ook door bij de werkzaamheden waarbij de nodige protocollen in acht genomen moesten worden. Toch valt er wat te melden. Zoals de herbestemming van de werkplaats Hoorn (voortgang bouwwerkzaamheden uitbreiding), restauratie van station Abbekerk-Lambertschaag, de werkzaamheden aan loc LTM 26 en loc NS 7742, de tijdelijke uitlening van loc 5 aan de Stoomtrein Goes-Borsele (SGB) en loc 16 aan de Museumbuurtspoorweg (MBS), revisie van rijtuig NCS BC6 en de Arend in onderhoud in Hoorn. En het laatste nieuws over Tram voor Bello. ProRail schonk spoorstaven en de overweg Dorpsstraat in Zwaag werd voorzien van een automatische overweginstallatie. Tenslotte werd de telegraaflijn tussen de stations Twisk en Opperdoes functioneel hersteld en worden voorbereidingen getroffen voor spoorvernieuwing op het trajectdeel tussen Zwaag en Wognum.
  • Op pagina 19 weer het gebruikelijke overzicht van schenkingen en sponsors.
  • Op de achteromslag een “Toen en Nu’tje”. Twee foto’s als beeldvergelijking tussen 7 maart 1950 en 21 september 2021: De Arend in de Hoornse loods. Foto’s van Hans de Herder en Rein Korthof. De coverfoto laat de loc HTM 8 met een goederentram zien voor het stop tonende inrijsein van het station Wognum-Nibbixwoud zien op 14 juli 2021.

In dit nummer veel foto’s. Steun de SHM en ervaar zelf dit cultuurhistorisch rijdend erfgoed!

Deze website steunt de Museumstoomtram Hoorn – Medemblik (via de ANBI-regeling, laat de fiscus meebetalen!).










Op de Rails

Gepubliceerd op: maandag 13 deccember 2021

Het decembernummer 2021 van Op de Rails, uitgave van de NVBS is verschenen met diverse artikelen:

  • Actueel spoor- en tramnieuws uit binnen- en buitenland, op maar liefst 20 pagina's: 558 t/m 577, met tal van actuele en wat oudere foto’s van diverse fotografen geeft een beeld van actuele gebeurtenissen op railgebied. In een kadertekst op pagina 561 een samenvatting en toelichting op de jaardienstregeling 2022, ingaande 12 december 2021. Ook wordt in een kadertekst aandacht besteed aan de interieurvernieuwingen en het nieuwe kleurenschema aan de buitenzijde van de Thalys treinstellen. Op 26 oktober presenteerde Thalys bij haar 25-jarige jubileum samen met NS International in Amsterdam Centraal haar eerste PKBA-stel 4341 in een nieuwe gedaante.
  • “De NS 65 jaar geleden” is een artikelenserie van auteur Peter van der Vlist hoe het spoor er 65 jaar geleden uitzag en wat de highlights van dat jaar waren. In dit negende vervolgartikel van deze reeks, gewoonlijk in het decembernummer, wordt teruggeblikt naar het jaar 1956. Bij NS wordt het jaar 1956 gekenmerkt door veel infrastructurele wijzigingen, de indienststelling van de elektrificatie Eindhoven – Venlo en het in uitvoering nemen daarvan op Roosendaal – Vlissingen en Roosendaal-grens. Ook de introductie van de Blauwe Engelen in Noord-Holland, de komst van de eerste treinstellen van het type materieel 1954 en natuurlijk de verdere afbouw van het park stoomlocomotieven zijn zichtbare moderniseringen. Op 3 juni wordt het twee klassensysteem ingevoerd: na een bestaan van bijna 117 jaar verdwijnt de derde klasse. De auteur beschrijft ook de wijzigingen in de zomerdienstregeling per 3 juni. Foto’s van bekende spoorfotografen illustreren het artikel: J.A. Bonthuis, J.C. de Jongh, L.J. Biezeveld, A. Blokker, R. Ankersmit, J.J. Overwater en L.J.P. Albers hebben historisch beeldmaterieel nagelaten. Bij de NVBS gaat het dat jaar om het 25-jarig bestaan, een mijlpaal die ruim aandacht verdient: met foto’s van de jubileumtrein en –tram. Op 14 mei 1956 overleed L. Derens, een der oudste leden van de NVBS op de leeftijd van bijna 76 jaar. Derens mag beschouwd worden als de eerste in ons land die zich speciaal op spoorwegfotografie toelegde (vanaf zijn twaalfde jaar); zijn oude foto’s vormen een unieke collectie van grote historische waarde.
  • “De Rijn-Spoorweg – Pionier in spoorwegland”. 2e vervolgartikel (deel 1 in Op de Rails 2021-11). Het had de eerste spoorlijn van Nederland kunnen worden, maar door allerlei gesteggel en tegenslagen werd hij dat niet: de Rijn-Spoorweg, die Amsterdam en Rotterdam met Duitsland verbond, kwam er met vertraging uiteindelijk toch, mede misschien wel vooral door de inzet van Koning Willem I. Rudi Liebrand vervolgt zijn verhaal in dit nummer met thema’s als aanbesteding, materieelaanschaf en verdiept zich in de vraag: Van wie is de Rijn-Spoorweg nu eigenlijk?, waarbij de schuldenlast een cruciale rol speelde.
  • “Tram en Stadtbahn in Freiburg”. Een betrekkelijk kleine stad met een relatief groot tramnet dat stelselmatig wordt uitgebreid en gelijke tred houdt met de bouw van nieuwe stadsdelen: dat is Freiburg im Breisgau. Maurits van den Toorn geeft een overzicht van de stand van zaken rond het openbaar (rail)vervoer in de “Schwarzwald-Metropole”.
  • Verder in deze uitgave:
    • Verenigingsnieuws, agenda en informaties uit de NVBS-winkel.
    • Lezersreactie en Hersporingen.
    • Jirvis Verhoef 60 jaar NVBS-lid.
    • Stichting NVBS Railverzamelingen heeft (extra) mankracht nodig: vacatures bij beheerder collecties Vervoerbewijzen spoorwegen Nederland en tram overig buitenland.
    • Deze uitgave bevat in het middenkatern weer het gebruikelijke jaarregister: 89e jaargang, 2021. Deze jaargang bevat 607 bladzijden.
  • Boekbesprekingen:
    • Rob Zoomer bespreekt het boek “Magneetzweeftreinen” van auteur Rijkert Knoppers. Uitgeverij Lycka till Förlag. Uitvoering: 112 blz., formaat 30,5 x 21,7 cm, 79 kleur- en 16 zwartwit foto’s, 31 schema’s en kaarten. Prijs € 37,50.
  • Stichting NVBS-excursies (SNE): informatie en verslagen over excursies en reisbestemmingen:
    • Aankondiging van een winterse excursie rondom de Hundwiler Höhl en de Napf (Zwitserland): van 18 t/m 27 februari 2022. Met verplichtingen en voorwaarden ten aanzien van de vigerende coronamaatregelen. De inschrijving staat open.
  • Op de achteromslag twee foto’s. Met feestverlichting versierde Advent- of Kerst- of eindejaarstrams zijn in steeds meer steden in december en januari een vaste verschijning. Het gebruik van LED-verlichting geeft weer een eigentijds sfeerbeeld. Een UV-tramstel op de Jane Haining rakpart in Budapest op 6 januari 2021 en een Milanese vierasser van het type vent’otto bij de Porta Ticinese op 21 december 2008. Foto’s van Péter Nyéki en Pietro Caporale.
  • De coverplaat toont de Hondekoppen 766 en 386 die op 30 oktober 2021 gezamenlijk een rondrit maakten voor de Vrienden van het Spoorwegmuseum door het oosten van het land (o.a. Coevorden). Foto: Martijn van Vulpen fotografeerde de combinatie in Beerze. Het inzetje twee lagevloertrams in Freiburg im Breisgau bij het Hauptbahnhof, 24 augustus 2021. Foto: Maurits van den Toorn. Zie ook het artikel in dit nummer.

Word lid van de NVBS en sluit u aan bij ruim 4500 spoor- en tramwegliefhebbers!










Vrienden Dienst

Gepubliceerd op: donderdag 2 december 2021

De Vrienden Dienst nr. 28, uitgave november 2021 van de Vereniging Vrienden van het Nederlands Spoorwegmuseum is verschenen. Toegezonden aan leden. De vereniging werd op 26 mei 1970 opgericht en vierde in 2020 zijn vijftig jarige bestaan. Deze uitgave heeft een fraaie vormgeving, mooie foto’s, reportages en verslagen, activiteiten en projecten.

Uit de inhoud:

  • Een voorwoord van de redactie en het bestuur door Peter van der Vlist.
  • Er kan weer worden gewerkt in Blerick. De loodsen van het depot Blerick stammen uit 1896 en behelsden de werkplaatsen voor het onderhoud en herstel van goederenwagons die hoofdzakelijk werden gebruikt in het kolenvervoer. Toen de kolenmijnen in Limburg gesloten werden verviel het kolenvervoer per spoor voor een groot deel en werd deze werkplaats gesloten en het resterende werkpakket werd overgeheveld naar de werkplaats Amersfoort. In een gesprek met Peter-Paul de Winter, (hoofd collecties van het Spoorwegmuseum) wordt terug gekeken op een periode waarin asbest voor problemen zorgde bij de sanering daarvan. In 2015 moest het complex volledig op slot en was niet meer toegankelijk. Na de sanering die op vele fronten overleg noodzakelijk maakte en begin dit jaar afgerond werd, kon begonnen worden met schoonmaken en opnieuw inrichten. Het complex is weer in gebruik als museumdepot. Inmiddels zijn de vrijwilligers alweer geruime tijd actief en werken vol enthousiasme aan de restauratie van de 629, 286 en de Mat.’36-treinstel 252. Zie ook het artikel van Rick Meijer in de vorige Vrienden Dienst over het museumdepot in Blerick als bewaarplaats van ons railerfgoed.
  • Nieuwe postzegel. Op deze nieuw door de Vereniging uitgegeven postzegel staan de treinstellen 386 en 273 bij hun eerste retourslag van Amsterdam naar Haarlem bij de passage van Haarlem Spaarnwoude. De foto is van Martijn Bijvoet. Het setje postzegels kost 10,00 euro en kan besteld worden via de website www.vriendennsm.nl of via het secretariaat.
  • Locomotief 1501 is nu van het Spoorwegmuseum. Op 1 juni 2021 werd, met een jaar vertraging vanwege de corona-perikelen, locomotief 1501 (tot dan formeel in eigendom van de Personeelsvereniging NS Rotterdam, afdeling werkgroep 1501) overgedragen aan het Spoorwegmuseum, 51 jaar na de indienststelling bij NS. Sinds 1 juli 2020 verblijft de loc al in het museum. Een verslag van de overdrachtsceremonie op 17 juni. Zie ook een eerdere publicatie in de Vrienden Dienst van november 2020.
  • 65 jaar geleden: locomotief SS 326 komt aan in het Spoorwegmuseum. Op 21 september 1956 leverde NS locomotief 2252 de in de werkplaats Tilburg schitterend gerestaureerde locomotief SS 326 af aan de Maliebaan. In dit artikel een stukje museale geschiedschrijving van deze in 1881 in dienst gestelde machine. Vanaf 1924 vond de buitendienststelling plaats van deze inmiddels NS 1300 geworden serie locomotieven. De NS 1326 (ex SS 326) verdween in 1939 uit het materieelpark van NS, bestemd voor het te bouwen Spoorwegmuseum. Ter illustratie een serie foto’s (van W.J. Haarman, J.A. Bonthuis, J. Lub) afkomstig uit het archief van de Stichting NVBS Railverzamelingen.
  • Een bijzondere rit met de Blokkendoos. Een reisverslag van een boeiende rit met de Blokkendoos in mei 2000. Auteur Henk Boshuyzen was indertijd actief in de Werkgroep Materieel en dan met name bij de rijtuigen materieel ’24, de Blokkendozen. Op weg naar de Open Dag van de lijnwerkplaats Leidschendam ging het in Utrecht op het viaduct van de vrije kruising richting Woerden mis. Bij het passeren van de leidingonderbreker in de bovenleiding vond een grote klap plaats en een steekvlam in de cabine van het motorrijtuig. Wat was er aan de hand en waren er mogelijk gewonden? Loc 1211 schiet te hulp.
  • In september vond een aantal verhuizingen plaats van materieel uit de werkplaats Blerick. Een overzicht met speciale aandacht voor de kop van de SM’90. De Arend vertrok op 20 september naar de SHM voor groot onderhoud. Met dank aan Kees Mooij.
  • Van depot naar Registratiefabriek: een kijkje achter de schermen bij de collectiewerkzaamheden van het Spoorwegmuseum tussen 2020 en 2023 door Lizanne Gille (sinds april 2020 junior conservator van het Spoorwegmuseum. In januari 2020 werd in het Spoorwegmuseum een nieuwe visie, missie en strategie vastgesteld. De collectie werd daarbij beschouwd als één van de vier belangrijkste pijlers. In de strategie is vastgelegd dat er komende jaren wordt geïnventariseerd in het opschonen, registreren, digitaliseren en ontsluiten van de collectie. Begin september 2021 laat zich markeren door een mijlpaal: de eerste collectie van 95 gouaches van Charles Burki uit het museum zijn succesvol geregistreerd. Mede door steun van de Vereniging Vrienden van het Spoorwegmuseum heeft het museum in 1997 maar liefst 95 gouaches van Burki weten te verwerven. Deze zijn bekend geworden als de plakplaatjes van het populaire jeugdboek “De Kilometerkampioen” uit 1954.
  • Afronding restauratie 252 is nabij. Uiterlijk 2023 is het plan om dit treinstel te presenteren. Dan is het stel 85 jaar oud en is het net zo lang geleden dat de elektrificatie van het middennet in dienst kwam. Geen toevallig datum dus. In dit artikel worden de huidige restauratiewerkzaamheden beschreven. Zie ook het artikel in de vorige Vrienden Dienst.
  • Op 30 oktober 2021 werd de Algemene Ledenvergadering gehouden in de bedrijfsschool van het Spoorwegmuseum in Utrecht. Aansluitend vond een vriendenrit plaats met Materieel 1954: de gecombineerde Hondekop 766 van de Stichting Hondekop met de 386 van het museum. Verslag van deze vergadering en fotoreportage van de rit naar de Emmer lijn (Coevorden). Het concept-verslag van deze ALV staat op de website van de vereniging: www.vriendennsm.nl
  • In de ledenvergadering op 30 oktober werd Martijn Bijvoet benoemd tot nieuw bestuurslid. Een kennismaking in een korte introductie van zijn hand.
  • Prikbord. Een fotocollage van foto’s van museumpronkstuk treinstel 386 (bijdragen van Martijn Bijvoet).
  • De coverfoto laat locomotief NS 1326 (voormalige SS 326) zien in Zwolle. Foto: W.J. Haarman, archief NVBS Railverzamelingen).

Word lid en draag bij aan het behoud van ons railerfgoed.

Website: www.vriendennsm.nl ook op facebook Vrienden van het Spoorwegmuseum









Hoog water bij de Rijnbrug nabij Arnhem
↑ Rijnbrug bij Arnhem, 20 juli 2021. De hoge waterstanden in de rivieren in ons land hebben als gevolg van langdurige regenval medio juli voor ernstige overlast gezorgd in Zuid Limburg, België (Ardennen) en Duitsland (Nordrhein Westfalen). De Maas, de Geul en de Roer veroorzaakten veel wateroverlast met overstromingen, waardoor met name Valkenburg, Roermond en Venlo. Het gebied werd tot rampgebied verklaard door de overheid. Verder stroomafwaarts van de Maas, de Rijn, de Waal en de IJssel viel de schade mee. Hier beperkte het hoogwater zich tot ondergelopen uiterwaarden en kades. Op 20 juli was Bertus Kers bij de spoorbrug over de Rijn tussen Arnhem en Nijmegen en fotografeerde de plaatselijke toestand. En passant kon een VIRM4-treinstel, 9549 op de brug meegenomen worden.
↑ Rijnbrug bij Arnhem, 20 juli 2021. Een treinstel van het type Spurt (GTW2/6, Stadler Rail) van de diesel-dienst uit Tiel van de regionale vervoerder Arriva passeert om 12:54 uur de volgelopen Rijn en heeft zijn bestemming Arnhem bijna bereikt. Elders in Europa werden treindiensten gestaakt vanwege wateroverlast of ontwrichting van de infrastructuur. Foto: Bertus Kers.


De Stoomtrein 33

Gepubliceerd op: dinsdag 20 juli 2021

Verschenen is de juni-uitgave 2021 van het donateursorgaan van de Stichting Stoomtrein Goes-Borsele (ISSN-nummer: 1571-6325), nummer 33. Steun de Stoomtrein Goes-Borsele (SGB) en word nieuwe donateur vanaf € 20,00 per jaar (meer mag ook) t.n.v. Stichting Stoomtrein Goes-Borsele. Bankrekening: NL80 ABNA 0460 0250 15. De Stoomtrein verschijnt twee keer per jaar en wordt gratis toegezonden aan donateurs van de Stichting.

De Stichting Stoomtrein Goes-Borsele is het Geregistreerde Museum, dat een zo breed mogelijk publiek de spoorwegen van de jaren ’30 van de vorige eeuw in Nederland wil laten ontdekken en beleven, met behulp van een op elkaar afgestemde collectie en omgeving. Op de locatie Goes ligt de nadruk op de hoofdspoorwegen en ondersteunende museale voorzieningen. Op de locatie Hoedekenskerke zijn de meer attractieve voorzieningen zichtbaar en te gebruiken. Dit wordt in hoofdzaak gerealiseerd met vrijwilligers.

De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) is toezichthouder van de lijn Goes – Oudelande. SGB voert als concessiehouder de exploitatie uit met het rijden van toeristische ritten.

Nieuwsgierig geworden?
Neem contact op met de SGB, Postbus 250 – 4460 AR Goes of bezoek de website op internet: http://www.destoomtrein.nl voor meer informatie.
Het bezoekadres ligt aan de Albert Plesmanweg 23 in Goes.
Nieuwe donateurs kunnen zich aanmelden via info@destoomtrein.nl
SGB is ook op Facebook actief: Stoomtrein Goes-Borsele

De Stichting Stoomtrein Goes-Borsele wordt gesteund door tal van bedrijven, overheden en fondsen.

Uit de inhoud van nummer 33:

  • In het Voorwoord licht de redactie toe, dat de SGB ondanks de corona-crisis het afgelopen jaar niet stil heeft gezeten. Er zijn grootse plannen gemaakt en deels al uitgevoerd om het museumterrein in Goes aantrekkelijker te maken voor bezoekers. Het project “De Treinenfabriek” speelt daarin een voorname rol.
  • Van het bestuur. Op het moment van verschijnen van deze uitgave lijken veel maatregelen uit de corona-crisis versoepeld te kunnen worden. Per 26 mei konden de meeste musea (als doorstroomlocaties) weer open, onder handhaving van de geldende regels en coronaprotocollen. De eerste rit van dit seizoen kon naar verwachting op 29 mei gereden worden, een dinerrit georganiseerd door De Buffer. De afgelopen winterperiode is er veel door de vrijwilligers gepresteerd op diverse gebieden. De werkzaamheden aan motorrijtuig omC 910 liepen helaas vertraging op, maar groots was de inzet bij het project “omloopspoor” om dit tot een goed einde te brengen en binnen de geplande tijd. Een woord van dank aan de aannemingsbedrijven Strukton Rail en BAM Rail. Werkzaamheden aan het project ”Veilig Spoor” en de expositie “Opbouw Spoorwegen na de Tweede Wereldoorlog” mogen niet onvermeld blijven. In juni kon nagedacht worden om weer onbezorgd te kunnen gaan rijden, wel met de regels die dan voor dit soort vervoer nog gelden. Een jubileumjaar zonder jubileumviering: in 2021 bestaat de SGB 50 jaar. Of en hoe dat alsnog luister bijgezet kan worden is nog in onderzoek. Voorzitter Niels Bax spreekt de wens uit, dat we elkaar in goede gezondheid treffen en met elkaar een mooie zomer gaan beleven, het liefste ook bij de SGB.
  • Uit de werkplaats. Aan de blokkendoosrijtuigen werden diverse herstelwerkzaamheden uitgevoerd, variërend van het aanbrengen van nieuwe vouwbalgen tot het inbouwen van een nieuwe watertank voor het doorspoelen van het toilet. De aslade van stoomloc 4389 Ing. H.F. Enter kreeg een afstandsbediening door middel van een hefboomconstructie, waardoor deze vanuit het machinistenhuis makkelijk geleegd kan worden. In de vuurkist van stoomlocomotief Bison werden de 200 boutverbindingen gecontroleerd op (haar-)scheuren in het laswerk. Kees Kolen afdelingshoofd Materieel en Werkplaats praat de lezer bij.
  • Weg en Werken. Grootscheepse veranderingen aan het SGB-emplacement in Goes. Een fotoverslag door Reinier Zondervan van het spoorproject Goes.
  • Stoomtreinpark Goes”: toelichting op de stand van zaken.
  • In het binnenkatern een korte reportage van de verplaatsing van een als noodwoning rondgezworven rijtuig van de HIJSM, later NS C 7032. Reinier Zondervan was er bij.
  • ”Herinneringen aan de SZB-lijnen” (8e vervolgartikel, eerdere delen in De Stoomtrein nummers 26 – 32). Ben P. Weber vervolgt zijn verhaal met herinneringen aan de SZB-lijnen op Zuid-Beveland (Spoorweg-Maatschappij Zuid-Beveland). Deze keer De Ringlijn door Zuid-Beveland deel 2.
  • “Herinneringen aan de Ringlijn”, een persoonlijke beleving door André de Jonge, als aanvulling op de serie van Ben P. Weber. André de Jonge beschrijft op kleur- en geurrijke wijze zijn rit op een locomotor van Goes naar Bosscheweg en terug.
  • Uit het archief. De “Blauwe Knoop” Het gedenkboek van de Vereeniging van Geheel Onthouders onder Nederlandsch Spoor- en Tramwegpersoneel uit 1929.
  • Een rectificatie op het artikel in het vorige nummer van De Stoomtrein over de “Officiële Reisgids der Nederlandsche Spoorwegen van 3 oktober 1937.
  • Een overzicht van donateurs en sponsors die de SGB helpen staat op pagina 23. De SGB wordt regelmatig ondersteund door bedrijven, instellingen of particulieren in materiële of financiële zin. Door deze en andere vormen van sponsoring kunnen de vrijwilligers veel projecten realiseren.
  • Op de achteromslag enkele recente sfeerfoto’s met o.a. de railbus van de SGB op 18 mei 2021 tijdens proefritten.
  • De voorplaat toont een overzicht van de nieuwe sporensituatie in Goes op 17 april 2021 met o.a. locomotief 4389 en locomotief 22.

In dit nummer veel foto’s. Steun de SGB en ervaar zelf dit cultuurhistorisch rijdend erfgoed!

Volg de SGB op hun website en op Facebook (zie boven).










DM90-treinstellen op weg naar Polen

Op 25 maart 2021 zijn de overbrengingsritten van verkochte NS-treinstellen van het type DM90 (“Buffels”) weer van start gegaan na aanvankelijke weigering (eind 2020) van de Deutsche Bahn i.v.m. de rembepalingen. Om te voldoen aan de eisen van de Duitse autoriteiten werd bij de zeven vervolgritten netjes gebruik gemaakt van de internationaal erkende koppel- en remwagens van Rail Adventure. Bij elke overbrengingsrit werden vier DM90-treinstellen overgebracht. Als vervoerder trad op Rail Force One (RFO) die de stellen naar Bad Bentheim bracht, daar nam een andere vervoerder het transport over. In totaal heeft NS 32 Buffels aan het Poolse SKPL verkocht. De laatste rit vond op 1 april plaats.

Bertus Kers fotografeerde op zondag 28 maart 2021 het konvooi in Oldenzaal en op de Dinkelbrug tussen De Lutte en de grensovergang met Duitsland. RFO loc 1830 had de Buffels 3432 + 3447 + 3439 + 3449 aan de haak. In Oldenzaal werd een uurtje gepauzeerd waardoor de tweede fotolocatie bij Café-restaurant Keet’n Zwart aan de Bentheimerstraat kon worden opgezocht, op slechts enkele tientallen meters van de grens. Meer informatie, achtergronden, foto’s en de verdere ontwikkelingen zijn te vinden op de website van Martijn van Vulpen, klik hier.


NSM DE 20 alias "Kameel" reed op zondag 24 januari 2021 een conditierit door ondermeer de Betuwe. Het motorvoertuig passeert hier KM 32, even ten oosten van station Tiel om 14:46 uur. Dit punt ligt bij de nabijgelegen overweg Predikbroedersweg/Kijkuit. Na een korte stop in Tiel werd de rit voortgezet richting Geldermalsen en Utrecht. Eigenlijk had de conditierit al op 29 december 2020 moeten plaatsvinden, echter vanwege een defect strandde de motorwagen toen al in Amersfoort. Opmerkelijk detail: de kilometrering van deze locatie wordt met maar liefst 3 bordjes weergegeven, de hoge paal is de nieuwe standaard. Op de achtergrond is het hoogste gebouw van het Rivierengebied te zien, namelijk het 53 meter hoge Van der Valk Hotel langs de snelweg A15 bij afslag 33. Foto: Gérard van Teeffelen.
Nederland gaat gebukt onder de strenge regels van de lockdownperiode als gevolg van de coronacrisis met tal van opgelegde beperkingen. Vanaf 23 januari 2021 zelfs met een avondklok, waarbij zonder geldige reden niemand tussen 21:00 en 04:30 uur op straat mag zijn. Het reizen en buiten zijn wordt van overheidswege ontraden, familiebezoek ligt aan banden en de boodschap is: “blijf thuis”. Gelukkig valt er overdag nog wel een frisse neus te halen met een wandeling in het Rivierenlandschap en valt nog een verrassing te beleven. Op zondag 24 januari 2021 is de NS DE-20 Kameel onderweg van Arnhem via de oostelijke Betuwelijn en Geldermalsen op weg naar Utrecht. Kort na vertrek (na korte stop a: 14:47/v: 14:48 uur) uit Tiel passeert het historisch railvoertuig van het Nederlands Spoorwegmuseum de enkelsporige brug over het Inundatiekanaal in Tiel West (de waterverbinding tussen de Waal en de Linge) voor een conditierit, die aanvankelijk eind december 2020 gepland was. De benen strekken is ook voor treinen een nuttige en noodzakelijke bezigheid. Het Inundatiekanaal maakte deel uit van het verdedigingswerk Nieuwe Hollandse Waterlinie (1870-1945). Dit drie kilometer lange kanaal tussen de Waal en de Linge gold als overstortboezem voor het inunderen (onder water zetten) van de Betuwe wat een vooral militaire functie had ten tijde van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Voor zover na te gaan is, is dat nooit daadwerkelijk uitgevoerd. Met vier damsluizen/bruggen en op de Waalbandijk twee loodsen voor inundatiemateriaal en een woning voor de wachter welke allen nog aanwezig zijn. Het kanaal is gegraven in 1878 en tussen september 2008 en april 2009 uitgebaggerd en opnieuw ingericht in opdracht van het Waterschap Rivierenland, in samenwerking met de Gemeente Tiel en de Provincie Gelderland. Daarmee is het weer geschikt voor natuurontwikkeling en recreatie. Gelijktijdig werd hiermee een stukje cultuurhistorie hersteld. De oorspronkelijk enkelsporige stalen brug is in 1993 vervangen door een betonnen exemplaar waarbij ruimte is gehouden voor een mogelijk toekomstig tweede spoor. De spoorbrug is niet draaibaar; de funderingen staan in het water waardoor geen scheepvaart mogelijk is. Het kanaal is bedijkt; de zuidzijde voor een groot deel als fiets-/wandelpad, de noordzijde voor een deel als wandelpark aan de rand van de woonwijk Tiel West. Foto: Edward Bary. Zie ook deze pagina.
Detailfoto: Els Bary-Peters. De trein is op weg naar Geldermalsen/Utrecht.

Met Intercity Nieuwe Generatie (ICNG) het nieuwe jaar 2021 in

Direct aan het begin van het nieuwe jaar werden, op 2 januari 2021, twee nieuwe treinstellen, 3106 en 3112, van het type Intercity Nieuwe Generatie (Alstom) overgebracht vanuit de Poolse fabriek naar Nederland. In 2017 is de bouw van de Intercity Nieuwe Generatie (ICNG) voor NS bij Alstom in Polen van start gegaan. De fabriek van Alstom ligt in Chorzów, in het zuiden van Polen tegen de stad Katowice. Hier worden enorme orders gerealiseerd die naar vervoerders over de hele wereld gaan. De levering aan NS is intussen (in 2020) van start gegaan. De eerste ICNG met het nummer 3108 kwam op 23 mei 2020 gesleept naar Nederland en werd naar de werkplaats van de Watergraafsmeer in Amsterdam gebracht om voorlopig dienst te doen als stilstaande trein voor opleiding.
Vervoerder Railexperts verzorgde met locomotief 9902 (ex NS Oldenzaal 1616) vanaf het grensstation Bad Bentheim de tractie op de verdere route naar eindbestemming Watergraafsmeer.
Bertus Kers fotografeerde het transport in Oldenzaal op 2 januari 2021. In een eerste tranche heeft NS in totaal 79 treinstellen ICNG besteld, met de optie om de komende tien jaar nog eens 150 treinen te kunnen bestellen. De treinen zullen straks voor het eerst worden ingezet tussen Amsterdam, Rotterdam en Breda en tussen Den Haag, Breda en Eindhoven. Later zullen de treinen ook op andere trajecten worden ingezet. De eerste order bestaat uit 49 treinstellen van 5 rijtuigen en 30 treinstellen van 8 rijtuigen. Aanvullend is een order geplaatst voor 20 treinstellen van 8 rijtuigen geschikt voor de dienst op België (Antwerpen/Brussel). Meer informatie lees hier verder.
In een gestaag tempo worden de Intercity-treinstellen Nieuwe Generatie (ICNG) aan Nederland afgeleverd. Op zaterdag 30 januari 2021 kwam treinstel 3113 het land binnen, ingeklemd tussen rem- en koppelwagens en getrokken door loc RXP 9902 (ex NS 1616) van Rail Experts. Het transport is op weg vanuit de Poolse assemblagefabriek van Alsthom in Chorzów, in het zuiden van Polen tegen de stad Katowice. De treinstellen gaan eerst naar het Duitse Salzgitter (Nedersaksen) waar ze enkele statische testen ondergaan bij de vestiging van Alsthom LHB. Van daar gaan ze op transport naar Nederland. De levering aan NS is in 2020 van start gegaan. Rail Experts verzorgt de overbrenging vanaf Bad Bentheim met als bestemming het servicecentrum Watergraafsmeer. Bertus Kers fotografeerde het konvooi tussen Oldenzaal en Hengelo ter hoogte van KM 20.328, dit is bij het viaduct in de N737/Vliegveldstraat. Dit viaduct vervangt de vroegere gelijkvloerse en gelijknamige spoorwegovergang (KM 20.309) ter plaatse. Het viaduct kwam eind september 2017 in gebruik en de toerit biedt een fraaie fotolocatie.
Eerder op de dag, 30 januari 2021, fotografeerde Hans de Koning het transport in het grensstation Bad Bentheim. Hier vond de wisseling van locomotieven plaats. Het emplacement van station Bad Bentheim is ingericht voor omschakelbare bovenleidingspanning: 1500 V gelijkspanning (Nederlands) en 15.000 V wisselspanning (Duits). De elocs 111.215 en 111.210 van vervoerder Rail Adventure maakten plaats voor eloc RXP 9902 (ex NS 1616) van Rail Experts die het konvooi met rem- en koppelwagens en het nieuwe treinstel ICNG 3113 naar Nederland vervoerde.

De Nederlandse Spoorwegen in oorlogstijd 1939 – 1945

Gepubliceerd op: zondag 10 november 2019

Deze maanden wordt veel aandacht besteed aan 75 Jaar bevrijding. In vele media wordt herinnerd aan het verloop van de bevrijding van Nederland, met name, sinds D-day, op 6 juni 1944, het moment waarop de geallieerde legers voet aan wal zetten met de landing op de stranden van Normandië.

Het boek De Nederlandse Spoorwegen in oorlogstijd 1939 – 1945 geeft een boeiende kijk hoe de NS de Tweede Wereldoorlog heeft doorstaan. Het boek beschrijft uitputtend de rol van de Directie van NS (W. Hupkes/J. Goudriaan) in de Jodentransporten en de spoorwegstaking die op 17 september 1944 begon. Op bevel van de regering in ballingschap legden meer dan 30.000 mensen van de Nederlandse Spoorwegen het werk neer en doken onder. Ook Directeur W. Hupkes moest naar een schuiladres.

Zo hoopten ze het geallieerde offensief in de richting van Arnhem bekend als Market Garden, te ondersteunen. Toen nog in de verwachting dat die operatie zou gaan slagen en dus de staking maar van beperkte duur zou zijn. Market Garden mislukte en de bevrijding zou nog tot eind april 1945 duren voor heel Nederland bevrijd was. Brabant en Limburg waren al wel eerder bevrijd, maar de frontlinie lag bij de grote rivieren en zou nog maanden tot bittere strijd leiden. In Zeeland werd nog hevig gevochten om het behoud van de Westerschelde (als poort naar Antwerpen). Walcheren kwam onder water te staan. Boven de grote rivieren brak de hongerwinter aan als gevolg van de voedseltekorten door gebrek aan transport. In de eerste week van de staking werden de Duitsers ernstig gehinderd door het ontbreken van spoorvervoer maar later wisten zij met eigen mensen weer enige grip te krijgen op de aanvoer van eigen materieel en manschappen. Althans over wat nog per spoor berijdbaar was. De staking door NS’ers werd voorgezet. De financiering van de staking, het doorbetalen van de salarissen van het ondergedoken spoorwegpersoneel was een geweldige operatie die dankzij de grootste bankroof uit de Nederlandse geschiedenis succesvol werd gemaakt.

In dit boek beschrijven de auteurs Guus Veenendaal en David Barnouw de aanloop naar de staking, de staking zelf maar ook de beeldvorming over die staking na de bevrijding. Auteur Dirk Mulder schrijft over de transporten per spoor van Joden, Roma en Sinti. Via Westerbork werden zij afgevoerd uit Amsterdam, Vught en andere stations naar Auschwitz, en andere vernietigingskampen, zoals Sobibor Theresiënstadt, Buchenwald, Bergen-Belsen en Ravensbrück. In detail is uitgezocht hoeveel transporten er gereden hebben en hoeveel mensen hun einde tegemoet gingen. Het eerste transport was op 15 juli 1942. Het laatste op 3 september 1944 naar Auschwitz.

Het boek geeft een aangrijpende inkijk op de gebeurtenissen van toen. Met veel authentieke illustraties, foto’s waarvan enkele in kleur en documenten.

President-Directeur van NS, Roger van Boxtel schreef een voorwoord.

Wie de achtergrond wil weten waarom NS toen voor vaderland en vijand reed, is dit boek een zeer verhelderende wetenschap.

Uitgeverij WBooks

Uitgave 2019

ISBN: 978 94 625 88333 7

Via boekwinkel te verkrijgen. Bij winkel NVBS Centraal in Amersfoort, prijs € 24,95.

Hard cover, 192 pagina’s inclusief literatuur- en bronnenoverzicht en trefwoordenlijst, index.

Formaat 16 x 22,5 cm


Schatgraven in mijn analoge archief

Deze website bevat nog maar een fractie van mijn totale collectie aan beelden. Vooral het analoge foto-archief moet nog goeddeels gedigitaliseerd worden. Het fotograferen in de spoorhobby ben ik gestart in 1962. Digitaal fotograferen vanaf 2004. Het op orde brengen en digitaliseren van het analoge archief levert nog verrassende foto’s op, met bijbehorende herinneringen. Onder bovenstaande titel zal ik met regelmaat op deze startpagina terug gaan in de tijd.

Loc Nestor naar het museum (1964)

In de begintijd van mijn actieve spoorhobby begin jaren zestig was ik getuige van een bijzonder moment. De overdracht aan het Spoorwegmuseum in Utrecht van de bewaard gebleven stoomlocomotief 89 “Nestor”, oorspronkelijk een HSM-loc en als zodanig dienst gedaan, bouwjaar 1879 (A. Borsig / Berlijn Tegel) en later bij het ontstaan van de NS in 1921 in een doorlopende nummering: NS 1001 – 1029 ondergebracht als NS 1010. De namen die stoomlocs droegen verdwenen toen. Aan het einde van hun leven reden deze machines nog slechts in de rangeerdienst. De NS 1010 werd in 1939 buiten dienst gesteld maar werd voor het Spoorwegmuseum bewaard. Aan het eind van de Tweede Wereldoorlog werd zij door terugtrekkende Duitsers in Maastricht zwaar beschadigd. Geruime tijd na de oorlog, in de jaren zestig, was er tijd, ruimte en geld om de machine te restaureren. In het tractiedepot van Roosendaal werd zij geheel hersteld en in oorspronkelijke staat teruggebracht. Op dinsdag 24 november 1964, een mistroostige herfstdag, werd de Nestor overgebracht met een dieselloc serie 2400/2500. Zij reed daar enkele meters op eigen kracht, niet op stoom, maar op luchtdruk in de ketel afkomstig uit het hoofdreservoir van de diesellocomotief. De Nestor behoort tot de topstukken van de collectie van het Spoorwegmuseum en heeft daarbij de A-status gekregen in het Nationaal Register Railmonumenten (NRR). Beide foto’s zijn kort na de aankomst gemaakt. E-loc 1160 passeert zijn dienstmakker, op weg met een goederentrein over de Maliebaan vanuit Lunetten, richting Blauwkapel en verder, een route die tegenwoordig niet meer mogelijk is tussen Lunetten en het Spoorwegmuseum. Op de eerste foto staat de heer J.J. Karskens, bezig om de buffers nog wat op te poetsen. De heer Karskens is betrokken geweest bij de totstandkoming van het restauratieproject. Tevens is van zijn hand een boek verschenen: "De locomotieven van de HIJSM". Het tafereel werd op filmbeeld vastgelegd door Ton Pruissen.


Railmusea in Nederland 2019/20

De folder Railmusea in Nederland 2019-2020 is verschenen. Dit vouwblad is een uitgave van de Vereniging Historisch Railvervoer Nederland (HRN), de landelijke koepel die de belangen van 32 museale en toeristische railprojecten behartigt. Op veel terreinen actief, van publieksacties tot activiteiten op het gebied van spoorwegveiligheid, cultuur en milieu.

  • HRN ontwikkelt en overlegt in samenwerking met de Inspectie Verkeer & Vervoer van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu, het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en andere instanties over zaken die de railmusea (kunnen) raken, bijvoorbeeld over een stelsel van veiligheidsnormen in samenhang met de ARBO-wet en –regelgeving.
  • HRN is lid van Fedecrail, de Europese federatie van museale en toeristische railorganisaties die vooral in Brussel in de gaten houdt welke (geld)potjes daar op het vuur staan.
  • HRN is als rail-koepel lid van de Stichting Mobiele Collecties Nederland (MCN), het samenwerkingsverband van de rijdende, varende en vliegende monumenten. MCN wil overheden duidelijk maken welke cultuurwaarde de mobiele monumenten vertegenwoordigen voor het behoud van hun toekomst. Bezoek de website: www.railmusea.nl
  • HRN is gesprekspartner van diverse overheidsinstanties.
  • HRN beheert ook het Nationaal Register Railmonumenten, waarin meer dan 750 historische railvoertuigen zijn opgenomen. Al die voertuigen hebben, afhankelijk van hun cultuurhistorische waarde, een bepaalde status gekregen. Het Register maakt onderdeel uit van het Nationaal Register Mobiel Erfgoed. U kunt het Register Railmonumenten raadplegen op: www.railmonumenten.nl

De brochure bevat informatie over organisatie, collectie, en adressen van alle in Nederland gevestigde museumorganisaties en tevens de belangrijkste railevenementen in 2019 en 2020. Brochure is gratis en ondermeer verkrijgbaar bij veel VVV-kantoren.

Raadpleeg dit spoorboekje met een volledig overzicht van alle activiteiten van de aangesloten leden.

Alle railmusea nodigen iedereen uit te komen kijken en vooral te genieten. Wees welkom bij onze railmusea, kijk rond en rij mee!

Er mag op het in stand houden van onze nationale cultuurwaarden niet bezuinigd worden !

En als je genoten hebt van al dat fraais waaraan honderden vrijwilligers hun tijd en energie besteden, word dan donateur om dat moois in stand te houden.


Hilversum van boven (22 april 2018)

Luchtfotografie is een favoriete hobby van mij. Fotograferen uit een vliegtuig, uit een luchtballon, vanaf hoge gebouwen, uit torens of met een drone geven een bijzondere kijk op het landschap. Ons land en onze steden en dorpen zijn overzichtelijk ingericht. Op mijn pagina Luchtfotografie treft u de bijzondere beelden daarvan aan, ook van andere fotografen.

Maar hangend in een bakje, verbonden met “een touwtje” aan een kermisattractie vraagt enige durf. Henk Koster kon het niet laten en fotografeerde op 22 april 2018 het stationsgebied van Hilversum vanuit een draaiende zweefmolen op 80 meter hoogte. Precies 5 jaar geleden waagde hij ook al zoiets, maar dan op 60 meter hoogte. Acrobatische fotografie maar wel met fraaie beelden.



Station Hilversum (5 mei 2013)

Station Hilversum met omgeving. Hilversummer Henk Koster fotografeerde het beeld vanuit een niet alledaags fotostandpunt, of liever gezegd: foto”hangzweef”punt: een kermisattractie die op de traditioneel jaarlijkse kermis rond Koninginnedag eind april op de plaatselijke markt geplaatst was. De foto werd gemaakt op Bevrijdingsdag, 5 mei 2013, de laatste dag van de kermis. Het bijzondere perspectief leverde een unieke en eenmalige luchtopname op. Met “gevaar voor eigen leven” en zijn stalen zenuwen wist Henk deze foto te maken. Deze kermisattractie stond dit jaar erg gunstig qua fotostandpunt. Vanwege bouwplannen bij de markt zal het binnenkort niet meer mogelijk zijn een dergelijke foto te maken. Lees alles over het station, het spoor in Hilversum en zoals het vroeger was op de website van Nico Spilt, Langs de rails in het thema Hilversum, klik hier. De zweefmolen is 60 meter hoog en 18 meter in diameter en heet Around the world. Info, klik hier.


































The making-of....

Foto's Henk Koster.

Kalktreinen door Hilversum

De dagelijks rijdende kalktreinen zijn al decennia lang een vertrouwd beeld op het Nederlandse spoornet. Kalk (en cokes) is een grondstof voor de productie van staal, dat in Nederland gefabriceerd wordt bij de hoogovens van Tata Steel in Beverwijk. De regelmatige en continue aanvoer van kalk per trein is een belangrijk onderdeel van het productieproces. De kalk komt zowel uit Duitsland (kalkwingebied bij Rohdenhaus/Flandersbach) als uit het Belgische Jemelle en komt respectievelijk via Zevenaar (- Arnhem - Utrecht – Breukelen – Amsterdam – Beverwijk) als via Maastricht (Sittard – Eindhoven – Utrecht) ons land binnen. Na lossing gaan deze zogenaamde bloktreinen leeg retour voor een volgende vracht. Op het (elektrische) emplacement Beverwijk Hoogovens Centraal (Bvhc) worden de wagons overgedragen aan het lokale spoorbedrijf van Tata Steel.

In het verleden zijn diverse locomotieftypen als trekkracht voor deze treinen te zien geweest. De vertrouwde en bekende locseries 1000, 1100, 1200 en 1300 hebben allemaal in hun omloop met kalktreinen gereden, zowel leeg als beladen. Recenter is ook de locserie 1600 (sinds 1981/1982) met deze treinen te zien geweest.** Tegenwoordig wordt veelal de multicourante loc serie 189 ook veel ingezet die over de oostelijke Betuweroute kan rijden (Elst – Geldermalsen/Meteren en verder naar Utrecht).

De bij daglicht rijdende beladen zondagse kalktrein 47612 uit België werd door Henk Koster vastgelegd bij de doorkomst in Hilversum om 15:08 uur op zondag 22 april 2018, tegenwoordig een niet gebruikelijke route via Het Gooi. Normaal wordt via Breukelen en Abcoude naar Amsterdam en verder gereden, maar vanwege werkzaamheden tussen Utrecht Centraal en Amsterdam Centraal werd deze trein omgeleid. Als trekkracht was de rode eloc 1616 ingezet. De foto toont de trein ter hoogte van de Noorderweg (met op de achtergrond enkele historische gebouwen: Hilversum in vroeger tijden, deel 10 op website Langs de Rails van Nico Spilt). De loc draagt nog altijd het gestileerde wapen van Oldenzaal.

** De locomotieven type 1600 (oorspronkelijke serie van 58 stuks) zijn bij de splitsing in 1999 tussen NS Reizigers en NS Cargo (nu DB Schenker Rail) verdeeld tussen deze twee bedrijven. Hierbij zijn de locs voor NS Reizigers vernummerd in de serie 1800. De verdeling is als volgt: 23 exemplaren voor DB Schenker Rail (waarvan inmiddels 9 gesloopt) en 35 exemplaren voor NS Reizigers (waarvan inmiddels 19 gesloopt). Locon nam 8 ex-1600-locomotieven in gebruik als serie 9900. Er zijn nog 13 loc's van het type 1600 in dienst bij diverse bedrijven, terwijl er nog 16 terzijde staan. Loc 1656 is museumloc bij het Spoorwegmuseum. DB Cargo is een Europese goederenvervoerder per spoor, met hoofdvestiging in Frankfurt (Main). Het bedrijf werd op 1 januari 1999 opgericht onder de naam DB Cargo. Na een eerste fusie in 2000 werd de naam Railion ingevoerd en in 2009 werd de naam veranderd in DB Schenker Rail. Per 1 april 2016 werd de naam weer veranderd naar DB Cargo. Het bedrijf vervoert verschillende producten per spoor. Naast bloktreinen voor klanten die veel vervoer in één keer aanbieden, richt DB Cargo zich ook op wagenladingvervoer, Unit Cargo genoemd. Bron: Wikipedia.
E-loc 1001 met kalk-/cokestrein 4.4877 (Amsterdam – Utrecht Lunetten) passeert om 12.36 uur Hilversum, hier ter hoogte van de ahob in de Oude Amersfoortseweg; 8 maart 1968. De route naar het zuiden liep via Blauwkapel Noord, Blauwkapel Zuid, Maliebaan en Utrecht Lunetten, waarmee Utrecht Centraal Station vermeden werd.
Foto: Edward Bary.



Eerste treinen over de nieuwe spoorbrug Amsterdam-Rijnkanaal

De eerste treinen reden op maandagochtend 16 april 2018 over de gloednieuwe spoorbrug over het Amsterdam-Rijnkanaal bij Utrecht (Utark). In het voorafgaande weekend sloten ProRail en BAM aan weerszijden van de brug het bestaande spoor aan op de nieuwe brugsporen. Tijdens de werkzaamheden reden er geen treinen tussen Utrecht Centraal en Woerden tijdens een 53-urige buitendienststelling. De naastliggende bestaande tweesporige brug werd meteen buiten dienst gesteld; deze wordt gerenoveerd en zal voor de scheepvaart hoger komen te liggen. Sinds de plaatsing van de nieuwe spoorbrug medio november 2017 is gestaag verder gewerkt aan de verdere afbouw van de spoor-outillage. In oktober 2018 is alles gereed en kan de viersporigheid optimaal benut worden. ProRail stelde exclusief voor deze website een serie foto’s beschikbaar van fotograaf Gerrit Serné. Meer foto’s op deze site in een nieuw hoofdstukje in het Utrechtse thema “Randstadspoor Utrecht en omgeving”.

Op de foto links passeert een Intercity, bestaande uit ICM de oude brug in de richting Utrecht enkele dagen voor de ombouw, rechts een sprinter bestaande uit SLT-treinstellen op weg van Utrecht in de richting Woerden in de vroeg ochtend van 16 april 2018 als een van de eerste treinen over de nieuwe brug.



Railmusea in Nederland 2017/18

Gepubliceerd op: zondag 16 april 2017

De folder Railmusea in Nederland 2017/18 is verschenen. Dit vouwblad is een uitgave van de Vereniging Historisch Railvervoer Nederland (HRN), de landelijke koepel die de belangen van 30 museale en toeristische railprojecten behartigt. Op veel terreinen actief, van publieksacties tot activiteiten op het gebied van spoorwegveiligheid, cultuur en milieu.

  • HRN ontwikkelt en overlegt in samenwerking met de Inspectie Verkeer & Vervoer van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu, het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en andere instanties over zaken die de railmusea (kunnen) raken, bijvoorbeeld over een stelsel van veiligheidsnormen in samenhang met de ARBO-wet en –regelgeving.
  • HRN is lid van Fedecrail, de Europese federatie van museale en toeristische railorganisaties die vooral in Brussel in de gaten houdt welke (geld)potjes daar op het vuur staan.
  • HRN is als rail-koepel lid van de Stichting Mobiele Collecties Nederland (MCN), het samenwerkingsverband van de rijdende, varende en vliegende monumenten. MCN wil overheden duidelijk maken welke cultuurwaarde de mobiele monumenten vertegenwoordigen voor het behoud van hun toekomst. Bezoek de website: www.railmusea.nl
  • HRN is gesprekspartner van diverse overheidsinstanties.
  • HRN beheert ook het Nationaal Register Railmonumenten, waarin meer dan 750 historische railvoertuigen zijn opgenomen. Al die voertuigen hebben, afhankelijk van hun cultuurhistorische waarde, een bepaalde status gekregen. Het Register maakt onderdeel uit van het Nationaal Register Mobiel Erfgoed. U kunt het Register Railmonumenten raadplegen op: www.railmonumenten.nl
  • De brochure bevat informatie over organisatie, collectie, en adressen van alle in Nederland gevestigde museumorganisaties en tevens de belangrijkste railevenementen in 2017 en 2018. Brochure is gratis en ondermeer verkrijgbaar bij veel VVV-kantoren.
  • Raadpleeg dit spoorboekje met een volledig overzicht van alle activiteiten van de aangesloten leden. Bekijk de agenda, de laatste nieuwtjes en wat u moet weten bij een bezoek.

Alle railmusea nodigen iedereen uit te komen kijken en vooral te genieten. Wees welkom bij onze railmusea, kijk rond en rij mee!
Donateur worden kan natuurlijk ook.
Er mag op het in stand houden van onze nationale cultuurwaarden niet bezuinigd worden !


Utrecht Centraal kapdicht (bouwstap 6)

Utrecht Centraal, april 2016. Het gaat nu hard op Utrecht Centraal: het golvende dak is half april vrijwel helemaal dicht (bouwstap 6). Er blijft nog een opening open voor een hoge kraan. In 2011 is ProRail begonnen aan de bouw van de nieuwe stationshal van Utrecht. Eind van dit jaar is de OV Terminal helemaal klaar. Utrecht heeft dan een moderne en herkenbare stationshal van beton, staal en glas, met een lang golvend dak. De ruime en lichte hal is straks 21.000 vierkante meter groot. Toegankelijk, overzichtelijk en met goede voorzieningen. Geschikt voor maar liefst 360.000 reizigers per dag. ProRail vernieuwt Utrecht Centraal in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu, de gemeente Utrecht en NS. Ook de vernieuwing van de perrons aan de zuidzijde en het busstation aan de Jaarbeurszijde komen in de eindafwerking. Deze foto is van ProRail, overgenomen uit het Nieuwsbericht van 14 april 2016 (Spoornieuws). Meer over Utrecht in het thema Randstadspoor Utrecht en omgeving op deze website.


Utrecht Centraal bouwt verder

Belangrijke bouwstappen eind juli klaar; 8e perron in gebruik

Utrecht Centraal rondt in de maand juli 2015 enkele belangrijke bouwstappen af. Op maandag 13 juli komt het nieuwe achtste perron met de sporen 20 en 21 in dienst. De treindiensten die tot nu gebruik maken van het 7e perron met de sporen 18 en 19 schuiven op naar het 8e perron. Op vrijdag 31 juli gaat een nieuw deel van stationshal officieel open voor de reizigers: de bouwstappen 3, 4 en 5 zijn dan klaar, inclusief de interwijkverbinding aan de noordzijde. Deze looproute tussen de centrumzijde en de Jaarbeurszijde/Stadskantoor krijgt een eigen stationsingang. Utrecht Centraal krijgt er maar liefst 12.000 vierkante meter bij. Het oorspronkelijke station was ooit slechts 8.000 vierkante meter groot. Het nieuwe deel van de hal wordt hoog, ruim en licht en heeft veel nieuwe voorzieningen voor reizigers. Eind juli wordt begonnen aan de laatste fase van de stationsvernieuwing: fase 6, het oude middengedeelte van de bestaande hal. Eind 2016 is Utrecht Centraal echt helemaal klaar: dan is het nieuwe station drie keer zo groot als het oude en geschikt voor 100 miljoen reizigers per jaar. Ook is dan de herinrichting van het emplacement in het kader van Doorstroomstation Utrecht (DSSU) afgerond. Op de foto links (gemaakt door Gérard van Teeffelen) vertrekt SLT 2613 als trein 6045 naar Tiel van spoor 19 (7e perron). Ingaande maandag 13 juli rijdt ook deze trein over spoor 21 op de voorgrond. Foto rechts (Edward Bary): aan de noordzijde bij de voormalige verkeersleidingspost worden de sporen ook aangesloten en oostwaarts herlegd. De perronsporen 18/19 worden daar flink ingekort en het 7e perron verschuift iets richting oosten. Spoor 16 wordt functioneel onttrokken aan het treinverkeer. In het weekend van 11 en 12 juli wordt e.e.a. omgebouwd waardoor er beperkt treinverkeer is. Beide foto’s zijn gemaakt op 9 juli 2015. Meer foto's (met tekeningen en schema's) binnenkort in het thema Utrecht Randstadspoor op deze site.

Schema faseringen bouwstappen uitbreiding stationshal Utrecht Centraal,.links de Jaarbeurszijde en rechts Hoog Catharijne. Bron: ProRail/NS/CU2030.


Zwolle: reizigerstunnel geopend

Op station Zwolle werd vrijdagmorgen vroeg rond 08:15 uur, 26 juni 2015, de nieuwe reizigerstunnel feestelijk in gebruik genomen. Of het nou de lichtinval is, de fraaie mozaïektegeltjes of gewoon het geheel: de tunnel valt in de smaak, vooral omdat er veel ruimte is, roltrappen en een prima verlichting. ProRail's President-directeur Pier Eringa, gedeputeerde Bert Boerman van de provincie Overijssel, wethouder Ed Anker van de gemeente Zwolle en regiodirecteur Ineke van Gent van NS drukten op 'de openingsknop'. Momenteel maken ongeveer 47.000 reizigers per dag gebruik van de tunnel en dat groeit naar verwachting naar 100.000 in 2030. De officiële openingshandeling bestond uit de uitvoering van een speciaal voor de opening geschreven lied door het Kameroperahuis in Zwolle. Een operazangeres met een 50-koppig koor bracht het lied ten gehore. De vertegenwoordigers van de samenwerkende partijen drukten daarna op een knop waarop een lichtshow startte. Een lichtshow die gebruik maakte van de permanente LED-verlichting van de tunnel. Daarna klonken er nog felicitaties voor de reizigers via de omroep door de president-directeur. Met ongeveer 612.000 manuren bouwde een ploeg van 120 bouwvakkers en spoorwerkers in circa 3 jaar tijd de daadwerkelijke tunnel die uiteindelijk ongeveer 35 miljoen kilo weegt. De tunnel bevat 10.000 vloertegels, 3,2 miljoen mozaiektegels, 12 perronopgangen met roltrappen, waarvan er 2 later openen wanneer het busperron ook is afgerond. De tijdelijke noodbrug zal gesloopt worden. Bron: Nieuwsbericht ProRail. Foto’s: ProRail, fotograaf Stefan Verkerk. Meer over Zwolle op deze site, klik hier.


RTM bouwt verder

Op maandag 15 juni 2015 werd bij de Stichting RTM Ouddorp v/h Rotterdamsche Tramweg Maatschappij gestart met de bouw van de uitbreiding van het museumgebouw bij de remise in De Punt West. Vrijdag 12 juni heeft de aannemer Speebouw uit Rotterdam – die ook de eerste bouw realiseerde - de bouwketen gebracht. Gestart is met het ontgraven voor de fundering. Als alles volgens plan verloopt is de staalconstructie voor het begin van de bouwvakvakantie gereed. Dankzij subsidiegevers en deelnemers aan de Steentjesactie kon deze nieuwe mijlpaal bereikt worden. Gelijktijdig wordt de fundering van de replica van de watertoren Strijen aangebracht. Met behulp van gulle gevers kan deze watertoren worden verwezenlijkt, waarbij de RTM-medewerkers de opbouw in eigen beheer uitvoeren. Wilt u bijdragen in de financiering van de nieuwbouw van het museumgebouw en de watertoren dan kunt u bouwstenen kopen via de Steentjesactie en de Watertoren op rekening NL58 RABO 0351 2008 00 o.v.v. Steentjesactie of Watertoren. Meer informatie op de website van de RTM en in de komende Tramkoerier. Steun ons cultureel rijdend erfgoed of word donateur. Foto: Mark Grootendorst, 15 juni 2015.

De remiseloods en het museumgebouw worden in verschillende fases gerealiseerd. Fase 1A is in 2013 gerealiseerd. Voor de afbouw van fase 1 en de opstart van fase 2 is nog geld nodig. Draag uw steentje bij en koop een baksteen !! Luchtfoto: Google Earth. Bron: Tramkoerier herfst 2014. Meer foto's op deze site, kijk hier en hier.



Nieuwe Verkeersleidingspost Utrecht (NVLU) feestelijk geopend

De nieuwe VL-post Utrecht werd op donderdagmorgen 4 juni 2015 feestelijk in gebruik genomen onder grote belangstelling van de uitgenodigde pers, de Utrechtse wethouder en vertegenwoordigers van de architect, de aannemer en aanverwante leveranciers. ProRail-directeur Pier Eringa sprak het gezelschap onder zomerse weersomstandigheden buiten toe, waarna een groot lint werd doorgeknipt. De aanwezigen kregen daarna ruim de tijd rondgeleid te worden in het gebouw. Op het buitenterrein was gezorgd voor een hapje en drankje en kon er getoost worden op dit inspirerende nieuwe besturingscentrum. Website Archief Edward Bary was er bij. Voor een artikel en meer foto's op deze site, klik hier. Dèze foto is van ProRail, april 2015.


Vernieuwing stationsgebied Bilthoven klaar

Met het gereedkomen van de fiets- en voetgangerstunnel onder het spoor in de voormalige Soestdijkseweg in Bilthoven werd de vernieuwing van het stationsgebied in Bilthoven afgerond. Op zaterdag 30 mei 2015 was het voor de tweede keer feest. Eerder al, op 12 oktober 2013, werd de autotunnel in gebruik genomen. Begin mei 2015 werd ook de tijdelijke ahob voor voetgangers en fietsers opgeheven en kon een belangrijke bouwperiode afgesloten worden, namelijk in Bilthoven geen gelijkvloerse wegkruisingen meer met de druk bereden spoorlijn. Hiermee is de veiligheid aanzienlijk verhoogd. In het najaar start ProRail met de aanleg van de onderdoorgang en het weghalen van de spoorwegovergang aan de Leijenseweg in Bilthoven. Foto’s: Edward Bary. Meer foto’s binnenkort in het thema op deze site over Bilthoven. Bekijk ook de website van Marcel van Tongeren over Bilthoven.



VSM op pad

Op Pinksterzaterdag 23 mei 2015 viel VSM de eer te beurt een extra gezelschapstrein (voor Arbeitsgeselschaft Westfalendampf) te vervoeren uit Duitsland naar Amsterdam en terug. In Bad Bentheim werd de trein door de beide VSM-stoomlocs 23076 (voorop) en 23 071 overgenomen (locwissel van aankomsttrein met loc V 200) na eerder als loctrein daar naar toe te zijn gereden vanuit Apeldoorn. De route ging zowel heen als terug via Hengelo, Deventer, Zwolle, Amersfoort en Hilversum vanwege spoorwerkzaamheden tussen Apeldoorn en Amersfoort. Hier passeert de trein op de terugweg om 18:50 uur de bosrijke omgeving net ten noorden van station Nunspeet bij de overweg Eperweg. Foto's: Gerrit Bleumink.
Doorkomst in Baarn, 's morgens op de heenrit naar Amsterdam. Foto links ter hoogte van Eethuys-Café "De Generaal": Rienk Nauta, foto rechts: Ide Nauta.
Het materieel en de locs werden na aankomst geparkeerd in de Amsterdamse Westhaven, waar de beide machines de nodige verzorging kregen: een nieuwe lading kolen, vers water en de noodzakelijke smeerbeurten en technische controles. De locs werden ook gedriehoekt voor de terugrit. Foto´s: Rienk Nauta.
Om plm. 17:15 uur werd de terugrit aanvaard vanaf het Amsterdamse Centraal Station. Via Amersfoort en de Veluwelijn via ´t Harde naar Zwolle, vervolgens Deventer, Hengelo weer naar Bad Bentheim. De reizigers van deze Sonderzug hadden in amper vijf uur (vanaf aankomst om 12:40 uur) Amsterdam kunnen verkennen. De beide locs keerden rond middernacht in Apeldoorn terug. Foto´s: Rienk Nauta.
Bij de spoorwegovergang in de Weideweg in Soest, gelegen in de Eempolder, ligt een fraai fotostandpunt om de stoomtrein in een typisch Nederlands landschap op te wachten. Een groepje fotografen heeft zijn posities ingenomen en laat het Intercity treinverkeer, veelal met ICM, gewillig aan zich voorbij razen. Rond 18:10 uur is de extra trein probleemloos ingepast als hij tussen Baarn en Amersfoort voorbij komt. Door werkzaamheden richting Apeldoorn is de route na Amersfoort ingelegd via Zwolle, Olst, Deventer, Hengelo naar Bad Bentheim. De locomotieven blijven aan de trein, want deze omleidingsroute is een doorgaande treinbeweging (zonder kopmaken of rijrichtingverandering) en wordt in voorkomende gevallen ook voor het reguliere internationale treinverkeer gebruikt, dat dan meestal van de Hanzelijn (i.p.v. de Veluwelijn) gebruik kan maken. Foto’s: Bertus Kers die hier met auto en trein uitstekende wegbekendheid heeft.
De Grachten Expres 2015 op de terugweg naar Duitsland, hier door Bertus Kers gefotografeerd (plm. 19:55 uur) in Den Nul, Duursestraat tussen Wijhe en Olst.
De schemering valt in om plm. 21:20 uur wanneer de Grachten Expres “mit Volldampf” uit de tunnelbak van Almelo kwam en bij het station Almelo De Riet snelheid probeert te maken. Foto: Bertus Kers.


Nationale Stoomtreindag

Hemelvaartsdag staat al jaren bekend als de Nationale Stoomtreindag. Tal van railmusea met rijdend erfgoed zetten hun beste materieel in om de reiziger een plezierig dagje te geven. De keus waar naar toe te gaan is dan ook niet eenvoudig en misschien zelfs wel een luxe-probleem. Zoveel aanbod was er vroeger helemaal niet. Dit jaar viel mijn keus op de Stoomtram Hoorn - Medemblik waarvan ik al jaren donateur ben. Lekker dagje boemelen in een "rijtuigie",... helemaal naar ....Medemblik. En passant nog wat nostalgie opsnuiven met klederdrachten en oldtimers.....en de Oostenrijkse Keizerin Sissi de hand geven. Succes verzekerd. Verslag en meer foto's op deze site, klik hier.

Wognum-Nibbixwoud, 14 mei 2015. We ontmoetten op deze dag de Oostenrijkse keizerin Elisabeth Amalie Eugenie von Habsburg die met haar gevolg per tram arriveerde. De keizerin, beter bekend als Sissi, was hier al eens eerder. Zij arriveerde op 14 mei 1898 per stoomtram in Wognum-Nibbixwoud. Op 10 september van datzelfde jaar werd zij in Genève vermoord door de Italiaanse anarchist Luigi Lucheni. De Keizerin reisde in het gloednieuwe door La Metallurgique opgeleverde rijtuig RTM AB 334, dat hiermee officieel na een langdurige restauratie in dienst werd gesteld. De Keizerin met haar gevolg en plaatselijke notabelen, zoals de circusdirecteur poseerden even voor de aanwezige paparazzi... Sissi heeft de Rover 10 HP natuurlijk niet in haar tijd meegemaakt want deze stamt uit 1938, maar een aardige combinatie is het wel.


Een oude bekende in Tiel
Op zaterdag 8 november 2014 keerden in de Betuwe even oude tijden terug. De Stichting DE3 organiseerde met haar (gerestaureerde) dieseltreinstel Plan U DE3 115 een rondrit door Midden-Nederland. De reis ging van Amersfoort (v: 12:01) via de Veluweroute naar Zwolle en van daar als trein 33202 via (de Hanzelijn) Lelystad – Almere – Naarden-Bussum – Hilversum en Utrecht Centraal naar Tiel - Arnhem – Zutphen – Deventer - Zwolle weer terug naar Amersfoort (19:33). De trein was voor de helft afgehuurd door Nedtrain. De andere helft van de trein werd gevuld met liefhebbers die op de rit konden inschrijven. In Tiel werd onder het laatste zonlicht een korte stop ingelast (volgens dienstregeling) op spoor 1 (16:08 - 16:15). Daarna werd als trein 33203 de oostelijke Betuwelijn bereden.

Een klein uurtje eerder, rond 15:20 u. fotografeerde Henk Koster de DE3 115 onder de "gotische bogen" bij Hollandsche Rading; 8 november 2014.

Rienk Nauta stond bij KM 2.9 tussen Hilversum Sportpark en Hollandsche Rading (KM 0.0 ligt in het stationsgebouw van Hilversum) en legde de DE3 115 als trein 33202 (Zwolle - Tiel) vast onder de gotische boogportalen; 8 november 2014.


Nieuwe locomotieven voor NS (2)

In Bad Bentheim staat alweer de tiende nieuwe TRAXX-locomotief voor NS klaar om naar Nederland overgebracht te worden. Zoals bij alle vorige afleveringen gaat de loc met het nummer 186 010 waarschijnlijk op maandag 3 november op eigen kracht naar zijn nieuwe thuisbasis, de Watergraafsmeer bij Amsterdam. De gloednieuwe machine hangt achter de 139 558 van Railadventure. Bad Bentheim, zaterdag 1 november 2014. Foto’s Bertus Kers. Foto's van de eerste loc staan nog hieronder, 11 augustus 2014.


Utrecht Centraal bouwt verder
Utrecht Centraal, 12 oktober 2014. Tijd voor een helikopterview. Wat vanaf de grond niet altijd goed waarneembaar is, bieden luchtfoto’s vaak beelden die een prachtig overzicht geven en de ruimte om ons heen in zijn samenhang laten zien. Op de eerste foto zien we links het nieuwe stadskantoor, dat onlangs (begin oktober 2014) in gebruik genomen is. Van links naar rechts zijn het Jaarbeursgebouw, de nieuwe stationshal in aanbouw, de Katreinetoren, het kantoren- en winkelcomplex Hoog Catharijne (kantoren Hoog Overborch), het gebouw van (voormalig) NS-Opleidingen (Pz4) en de hoofdzetel van NS Reizigers, Hoofdgebouw IV goed waar te nemen. Op de tweede foto is de blik naar het zuidoosten gericht en zijn de sporen naar Arnhem en Den Bosch te zien met het opstelterrein Utrecht Zuidzijde. Foto's: Ide Nauta.


140 jaar Gooilijn, feestje in Baarn

Naast alle aandacht voor 175 jaar Spoor in Nederland zou je haast vergeten, dat er nog andere feestjes te vieren zijn. In Baarn werd op zaterdag 4 oktober 2014 stilgestaan bij de 140-jarige Gooilijn, die in 1874 geopend werd. Het traject Amsterdam - Amersfoort wordt ook wel de Gooilijn genoemd maar was onderdeel van de Oosterspoorweg, de spoorweg van Amsterdam naar het oosten van Nederland. De lijn werd aangelegd door de Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij (HIJSM) en loopt van Amsterdam via Hilversum - Amersfoort en Apeldoorn naar Zutphen. Bij de opening van het eerste gedeelte van de lijn in 1874 kwamen er ook stations in Weesp, Naarden-Bussum, Hilversum en Baarn.
DE41 van het Spoorwegmuseum was er bij en ook onze reporters uit Hilversum. Foto's: Henk Koster.
Andere liefhebbers gingen naar de Open Dag van NedTrain in Leidschendam, maar de entourage van het Baarnse station met Koninklijke wachtkamer was geen verkeerde keuze. Op zaterdag 4 oktober gaf Iwan Nagel een lezing over het effect van het spoor op het toerisme in Hilversum. Tot en met 12 oktober toont Museum Hilversum de projectexpositie ‘Op Reis’. In het laatste kwart van de 19e eeuw nam de mobiliteit van en naar Hilversum enorm toe. Foto's: Rienk Nauta.
Lees meer over Baarn op de website van Nico Spilt, Langs de rails, onder indexletter B, Baarn.
Dat de DE41 ingezet is om de herinnering aan de Gooilijn te herbeleven is historisch niet correct. Dit type materieel heeft daar nooit regulier gereden. Na de stoomtractie kwam er in 1946 meteen elektrisch materieel te rijden. Zo’n feestje is dus georganiseerd door mensen die geen idee hebben van de geschiedenis van de Gooilijn. Beter was geweest om minstens de Blokkendoos, ofwel het elektrisch buffermaterieel 1924, daar te parkeren, dat meer bij de Gooilijn past (sinds de elektrificatie in 1946), maar ja, die was naar Leidschendam. Kwestie van hoe verdeel je de bruidsschat. Het DE1 en DE2 materieel hoorde thuis op de regionale lijnen in Friesland, Groningen, Zuid Limburg en de Achterhoek om daar de stoomtreinen te vervangen ten tijde van de "ontstoming" bij NS tussen 1954 en 1958. Het historisch besef is dus nihil, maar het levert wel mooie foto’s op: deze zijn gemaakt door Ide Nauta.

Plaquette op de stationsgevel van Baarn ter gelegenheid van de elektrificatie op 3 juni 1946. Foto: Ide Nauta.
Elektrisch buffermaterieel 1924, bijgenaamd Blokkendoos. Het 3-rijtuigenstel behoort tot de rijdende collectie van het Spoorwegmuseum. Foto: Robin Binsbergen.
Vanaf de Emmabrug over het spoorravijn in Baarn is het prima treinen fotograferen, afhankelijk van de zonnestand,…. als die schijnt. Na de vroege aankomst van de DE1 41 (rond 09:30 uur) werd een rangeerbeweging vastgelegd, getuige één brandende lamp in de frontverlichting. Vanuit Hilversum kan via de overloopwissels vlak voor Baarn rechtstreeks op kopspoor 1 binnengereden worden; voor de (uitgestapte) liefhebbers werd een schijnaankomst gerealiseerd. De uitbundig schijnende zon staat dan (vanaf het viaduct) voorlangs en levert een leuk tegenlichteffect op. Met twee koetsen kon je meerijden voor een rondrit naar het centrum van Baarn. De stationshal was ingericht als tentoonstellingsruimte met o.a. een lijst met historisch drukwerk en panelen met oude foto’s etc. Voor het station stond een tweetal klassieke Volvo’s uit de jaren 50 van de vorige eeuw: een groene PV444 en een zwarte PV544 “katterug”. Foto’s: Henk Koster.


Donateursdag RTM Ouddorp

Op zaterdag 27 september 2014 vond bij Stichting RTM Ouddorp v/h Rotterdamsche Tramweg Maatschappij de jaarlijkse donateursdag plaats. In grote getale waren de liefhebbers van dit cultuur historisch railerfgoed aanwezig en werden na een korte vergadering getrakteerd op ritten met het fraai gerestaureerde materieel. Ballastwagen 884, rijtuig BD 438, sik 1651 en de Bellewagen pronkten op deze fraaie nazomerse dag. Op deze site een kort verslag en meer foto's, klik hier.

Steun de actie "Steentje bijdragen" die op deze dag van start ging en koop een baksteen. Sponsor op deze wijze het verder afronden van fase 1 en de start van fase 2 van het nieuwe museumgebouw. Diverse overheden waaronder ook de provincie Zuid-Holland stellen de RTM financieel in staat een droom waar te maken !! Kijk hier voor meer informatie en doe mee. Bezuinig niet op ons erfgoed.

Stoomloc 50 met houten reizigersmaterieel en dieselmotorrijtuig 1804 met stalen reizigersmaterieel op de halte Bezoekerscentrum Grevelingen. Foto: Edward Bary.
Sik 1651 met stalen reizigersmaterieel in Remise De Punt.
Foto: Edward Bary.


Utrecht Centraal bouwt verder..... in 1939

De huidige verbouwing van het noordelijk emplacement en de buurtsporen van Utrecht Centraal is niet uniek in zijn omvang. Het station van Utrecht (en zijn directe omgeving) en de bijbehorende sporenlay-out werd de afgelopen honderd jaar al diverse keren verbouwd, gewijzigd, aangepast naar de eisen en inzichten van de periode waarin de veranderingen plaatsvonden.
Ook in 1939 waren er omvangrijke vernieuwingswerkzaamheden. Het toen nog gescheiden liggende buurtstation, door de Leidsche Rijn en de Kanaalstraat en het hoofdstation werden aangesloten op elkaar door een overbrugging van beide. Daarvoor was een overkluizing noodzakelijk van dit door de stad Utrecht en onder het emplacement lopende riviertje en straat en werd het toen in gebruik zijnde buurtstation met zijn toenmalige eigen ingang via een voetbrug verplaatst en ging onderdeel uitmaken van het Centraal Station. Daarmee kwam ook fysiek een einde aan de door twee spoorwegmaatschappijen geëxploiteerde stations: het oude buurtstation door de NCS en het centrale station door de SS. Reizigers die toen in Utrecht moesten overstappen naar het buurtstation, moesten letterlijk eerst de straat over. Wat met de huidige verbouwingen (2014-2016) als “doorstroomstation” (DSSU) wordt gedefinieerd (voor het treinverkeer), gold in 1939 in feite ook al voor de ”doorgaande reizigers”; één centraal station met goede en korte overstapverbindingen. Maar tegenwoordig noemen we dat een OV-terminal. Op 17 december 1938, twee jaar nadat station Utrecht Centraal grondig was verbouwd, brandde het grotendeels af. In 1939 begon de herbouw.

De erfenis van vroegere spoorwegmaatschappijen

De ontwikkeling om te komen tot één nationale spoorwegmaatschappij, de Nederlandse Spoorwegen ging aan deze samenvoeging van beide Utrechtse stations vooraf. Voor de spoorlijn van Utrecht naar Boxtel/’s Hertogenbosch kwam er in Utrecht in 1868 een apart SS-station. In 1890 nam de SS de NRS over en werd Utrecht vanaf dat jaar een Staatsspoorbolwerk. De HSM had vanaf 1874 enige tijd het gemeenschappelijk gebruik van het aparte station Utrecht SS en vanaf 1893 van het SS-station en de NCS-treinen kwamen ook aan op en vertrokken van het SS-station. Tot 1919 bleef de NCS zelfstandig. Wel kwamen de aandelen en het directeurschap in 1885 in handen van de NRS en dus na overname van de NRS door de SS in handen van de SS. In 1938 vond een volledige fusie plaats tussen HSM en SS. De overheid kocht op dat moment de nog resterende particuliere aandelen op. De NS bleef wel een privaatrechtelijk bedrijf en geen staatsbedrijf. De NS werd dus een semioverheidsbedrijf. Werknemers van NS werden dan ook geen volledig ambtenaar, maar semioverheidsambtenaar. NS werd een naamloze vennootschap met de Staat der Nederlanden als enig aandeelhouder, de N.V. Nederlandsche Spoorwegen met President-directeur Jan Goudriaan.

De werkzaamheden van de verplaatsing van het oude buurtstation vingen aan in 1938 en werden op 18 december 1939 voltooid; hiermee kwam een nieuw buurtstation in gebruik, inclusief de verplaatsing van seinhuis A en uiteraard de aanpassing van de beveiliging. Tot dan had het oude buurtstation de functie die het in zijn naamgeving al aangeeft: treinverkeer van en naar de “in de buurt” liggende regio’s, zoals Hilversum, Baarn/Zeist en Amersfoort. Van oudsher verzorgd door de Nederlandsche Centraal Spoorwegmaatschappij (NCS).

Eerdere publikaties

De auteurs, J.G.C. van de Meene, J.A. Bonthuis en F. Storm van Leeuwen hebben al eerder en uitgebreider over de vele Utrechtse verbouwingen gepubliceerd. Zie bronvermeldingen.

Michiel Tom dook in het Geheugen van Nederland en wist enkele interessante beelden op te diepen die het geheugen weer opfrissen uit een lang vervlogen tijd. In onderstaande foto’s zien we eerst de werkzaamheden aan de overbrugging van de Leidsche Rijn/Kanaalstraat en daarna foto’s van de feestelijke ingebruikname van de nieuwe perrons met vlaggen op de perrons. Bij de foto’s een nadere toelichting. Peter van der Vlist raadpleegde het toenmalige tijdschrift Spoor- en Tramwegen uit 1939. De luchtfoto is van Het Utrecht Archief (KLM Aerocarto) en dateert van 1925.

Daarmee was het nieuwe buurtstation voor het treinverkeer nog geen ”doorstroomstation” geworden, zoals dat nu in 2014 beoogd wordt. Enkele verbouwingen later (o.a. 1975/1976) werden twee sporen doorgetrokken naar de zuidzijde onder de stationshal door. Ook het nieuwe buurtstation bleef enkel kopsporen houden voor (terug)kerende treinen, en wordt nog steeds gebruikt voor de stoptreinen naar Baarn, Hilversum/Amsterdam en Amersfoort/Zwolle.

In dit artikel bekijken we eerst de situatie zoals die er rond 1925 uitzag. Daarna foto’s van de verbouwing in 1938/1939 en de ingebruikname van het nieuwe buurtstation in 1939. In het vroegere spoorvakblad Spoor- en Tramwegen van 1939 lezen we de veranderingen terug.

Bronnen:

Een volledig historisch overzicht is te lezen in het:

in een serie artikelen onder de titel: “De geschiedenis van de spoorlijnen en stations in Utrecht deel I en II” van de auteur J.G.C. van de Meene.


Meer geschiedenis over de spoorwegen in en rond Utrecht is te lezen in artikelen van de auteur Frans Storm van Leeuwen in het:


Een volgende fase van grootschalige werkzaamheden ter uitbreiding van de infrastructuur rond de spoorwegknoop Utrecht vond plaats tussen 1989 en mei 1996. Na afloop van de feestelijkheden rond het jubileum NS-150 in 1989 werd hiermee gestart. Extra sporen en nieuwe vrije kruisingen en spoorverdubbeling tussen Utrecht CS en Blauwkapel/Bilthoven moesten ervoor gaan zorgen dat in de toekomst nog grotere aantallen treinen konden worden verwerkt.
Auteur J.A. Bonthuis schreef daarover een artikel met tekeningen en foto’s in het:

Utrecht, omstreeks 1925. Luchtfoto van het Buurtstation van de NCS te Utrecht (links van de Leidsche Rijn en de Leidseweg) met rechts een gedeelte van het Centraal Station van de M.E.S.S. (Maatschappij tot Explotatie van Staats Spoorwegen, kortweg SS) en het Stationspostkantoor. In het midden het Stationsplein en links op de achtergrond het 1e Jaarbeursgebouw aan het Vredenburg. Het gebied boven (oostelijk van) het buurtstation is het tegenwoordige Smakkelaarsveld. Foto: Het Utrecht Archief, catalogusnr. 76348. Bron: KLM Aerocarto.

Utrecht, omstreeks 1908. Voetbrug naar Buurtstation over de Leidsche Rijn. Foto: Het Utrecht Archief, catalogusnr. 4314. Ansichtkaart.

Utrecht, 1939. Foto links: 30 januari 1939, heiwerkzaamheden ten behoeve van nieuw aan te leggen buurtstation. Ontstane vrije ruimte na de sloop van de bestelgoederenloods en verdere overkluizing van de Leidsche Rijn. Op de achtergrond het bestaande, maar te vervallen buurtstation met seinhuis A. Links op de achtegrond het Van Ravesteijn-seinhuis wat nooit in gebruik is gekomen. Op de voorgrond, de nieuwe toegangspartij, onderdeel zijnde van het stationsgebouw. Foto rechts: vermoedelijk maart 1939. Aanleg overkluizing tussen het oude Buurtstation en het CS. Foto's: Het Geheugen van Nederland.

Utrecht, 18 december 1939. Op deze datum kwam het nieuwe buurtstation in gebruik, met vlagvertoon op de perrons. De foto laat vermoedelijk een tijdelijke situatie zien. In beeld zien we links spoor 1 (huidig spoor 7. De stoomtrein met coupérijtuigen is zojuist langs het oude Buurtstation gereden en zal dus binnenkomen op (vermoedelijk) het huidige spoor 7. Het spoor naast de trein is dan één van de twee nieuwe buurtsporen en dat zou het begin zijn van spoor 4, later 6 en nog later werd dit spoor 14. Later moet men daar tussen nog het ‘zakspoor’ 5 hebben aangelegd. De 2 nieuwe sporen lopen nog niet dóór, maar langs het oude Buurtstation (op de achtergrond) en een deel van het perron heeft – met de bocht mee naar links – waarschijnlijk een tijdelijke lay-out totdat ruimte is ontstaan (door afbraak) om de sporen en het perron recht te leggen. Foto: Het Geheugen van Nederland.

Utrecht, 18 december 1939. Op deze datum kwam het nieuwe buurtstation in gebruik, met vlagvertoon op de perrons. Het nieuwe perron en de beide nieuwe buurtsporen zijn ook te zien op deze foto, het spoor loopt tot bijna aan het stationsgebouw. De sporen langs dat perron zijn inmiddels aangesloten en sluiten het oude Buurtstation als het ware ‘kort’. Het lijkt er dus op dat het hier om een deel van het nieuwe perron van de buurtsporen gaat dat, nadat het oude Buurtstation zal zijn afgebroken, zal worden aangesloten op het al bestaande perron, waar ook het seinhuis A op staat. De perrons van de buurtsporen waren vrij lang. Op de voorgrond de sporen 1 en 2, later werden dit spoor 7 en 8. Op deze foto is vermoedelijk een tijdelijke situatie te zien. Foto: Het Geheugen van Nederland.

Utrecht, 18 december 1939. Dezelfde positie als de foto hiervoor, maar dan tegengesteld. Op de voorgrond zien we spoor 1, daarachter spoor 4 en 3. Voor spoor 2 en 1 is dan nog geen ruimte. Foto: Het Geheugen van Nederland.

Utrecht, 1 februari 1975. De in/uitgang Burtsporen, de enige mogelijkheid het station te betreden (of te verlaten) in de periode dat het stationsgebouw werd gesloopt. Half december 1973 werd het fraaie hoofdstationsgebouw met zijn bijzondere architectuur gesloten en in het voorjaar van 1975 gesloopt. Foto's: Peter van der Vlist. Kijk ook eens op pagina 9, klik hier voor meer beelden.


Nieuwe locomotieven voor NS

Nieuw in het land, NSR E 186 001 welke de treinen over de HSL-Zuid zullen trekken of duwen. Het eerste exemplaar kwam op maandagochtend 11 augustus 2014 als losse loctrein 40728 van Emmerich (weekendovernachting) op eigen kracht naar de Watergraafsmeer (via Hilversum). Op de linker foto van Gérard van Teeffelen verlaat de gloednieuwe loc om 09:43 uur gelijktijdig met VIRM 8709 (trein 3528 Heerlen – Schiphol) het station Utrecht Centraal waar gewerkt wordt aan de ombouw van het noordelijk emplacement. Even later passeert de loc het station Hilversum (10:07/10:12) waar Henk Koster de loc fotografeerde en even in de cabine mocht kijken van machinist Dirk Schuurs, die de loc overbracht. De E 189 001 is een TRAXX F160 MS speciaal voor Nederland bedoeld, gebouwd door Bombardier in Kassel 2014 en heeft UIC nummer 91 84 1186 001-1. De nieuwe loc zal eerst afnameproefritten gaan rijden. Meer informatie op de facebookpagina van de NVBS, Op de Rails.
Hilversum, 11 augustus 2014. Deze foto's werden gemaakt door Henk Koster (links) en Rienk Nauta (rechts). E-loc 186 001 is als losse loctrein 40728 op weg naar zijn nieuwe toekomst op de Hoge Snelheidslijn Zuid. De totale levering van dit loctype zal 19 exemplaren bevatten. Daarmee zal een moderne vorm van de Beneluxdienst in exploitatie komen en kan het Fyra debacle definitief achter ons gelaten worden. De locs kunnen 160 km/u rijden met een rijtuigstam en dat lijkt voor Nederlandse omstandigheden meer dan genoeg. Het 250 km/u-experiment van de Fyra 250 was te hoog gegrepen en onnodig ambitieus. Het nieuwe paradepaardje van NS trok veel bekijks langs de lijn.


LOCON op bezoek bij VSM

Op zaterdag 2 augustus 2014 verzorgde LOCON (de tractie voor) enkele reizigerstreinen met gezelschapsvervoer voor Rail Experts.

Loc 9908 reed de Pride Express vanuit Duitsland (grensovergang Emmerich) naar de Gay Pride in Amsterdam en tussen de heen- en terugrit werd vanuit Amsterdam onder de naam Rail Experts de VSM in Apeldoorn bezocht. Daar leverden o.a. de locs 9908, 220, 9802 in combinatie met de locomotieven van de VSM een oranje-groen schouwspel op. Meer foto's op de nieuwe pagina 4 onder Nederland/VSM, klik hier.

Apeldoorn, 2 augustus 2014. Line-up met de diesellocs Locon 220, 9802 en VSM 636 (van links naar rechts). Foto: Bertus Kers.
Apeldoorn, 2 augustus 2014. Druk rangeerwerk na de line-up van de linker foto om plm. 13:45 uur. De 9802 rijdt hier naar de excursietrein, terwijl de VSM 636 met de Dg als meerijdende “buurtsuper” wacht om te kunnen omlopen. De locs 9903, 9905 en 9908 bleven achter in Apeldoorn. Foto: Erwin Voorhaar.


Utrecht Centraal bouwt verder

Werkzaamheden in 2014 Utrecht Centraal Doorstroomstation (DSSU) - emplacement noordzijde.

Gepubliceerd op: maandag 28 juli 2014

De herinrichting van het noordelijk emplacement van Utrecht Centraal brengt tal van (voorbereidende) werkzaamheden met zich mee. De wijziging van de sporen en de wisselstraten veroorzaakt uiteraard ook aanpassingen van de bovenleidingen en hun draagconstructies. In het weekend van 26/27 juli 2014 is er met honderden spoorwerkers gewerkt aan het 'ontwarren van de spaghetti' rond station Utrecht Centraal. Een megaklus waarbij met 3 mammoetkranen 16 nieuwe bovenleidingsportalen zijn geplaatst. Het treinverkeer aan de noordzijde werd aangepast. Utrecht wordt zo klaargestoomd voor meer en sneller treinverkeer. Het werk leverde prachtige beelden op. In augustus gaat de vernieuwingsslag door. Dan is er tussen 9 en 18 augustus een aangepaste dienstregeling. Meer foto's van ProRail op deze site in het thema Utrecht Randstadsppoor, klik hier.

Bron: Nieuwsbericht ProRail van 28 juli 2014.

Utrecht Centraal; 26 juli 2014. Passen en meten langs een wirwar van draden. Foto: ProRail.


Ruimte voor de Rivier

Werk in Nijmegen over de helft: verstevigde pijlers spoorbrug Waal 'gedoopt'

Persbericht ProRail / Rijkswaterstaat, 16 juli 2014

Gepubliceerd op: donderdag 17 juli 2014

Tot 22 meter diep, 1,5 meter dik en zo'n 100 meter lang. De betonnen verstevigingswanden rondom de drie pijlers van de spoorbrug over de Waal bij Nijmegen zijn klaar voor het water: Rijkswaterstaat kan nu de nevengeul verder graven om de bewoners tegen hoogwater te beschermen. Het project, deel van Ruimte voor de Waal, vindt plaats in het kader van het programma Ruimte voor de Rivier. Eind 2015 is het masterproject in de oudste stad van Nederland, gereed.

Parel

"Het Ruimte voor de Rivierproject in Nijmegen is een echte parel”, aldus Joke Cuperus, vanuit Rijkswaterstaat verantwoordelijk voor het landelijke programma Ruimte voor de Rivier. “Door het graven van een nevengeul is Nijmegen beter beschermd bij extreem hoogwater. Er ontstaat een eiland midden in de Waal met een rivierpark. We zijn al over de helft met de werkzaamheden. Nu de versteviging van de brugpijlers van de spoorbrug klaar is, kan verder worden gegaan met het graven van de nevengeul.”

Trots

"Voor ProRail is het werk aan de brugpijlers voor het project Ruimte voor de Rivier een bijzondere eend in de bijt. Anders dan alle andere spoorprojecten die we doen. We zijn trots dat wij ook een bijdrage mogen leveren aan het belangrijke doel van waterveiligheid, en dat zonder het treinverkeer te hinderen", zegt regiodirecteur Jan Mulder van ProRail regio Noord-Oost.

Complex

De aanleg van de pijlers betrof een constructief gezien zeer complexe klus. Net als in Deventer, waar ook pijlers van een spoorbrug door ProRail zijn verstevigd, is daarom ook hier een monitoringsysteem met lasers ingezet om het werk te volgen. Het treinverkeer kon zodoende tijdens de bouw, die begin 2013 begon, gewoon doorgang vinden. Het werk is uitgevoerd door aannemer Van Hattum en Blankevoort, in opdracht van ProRail.

Doop

De verstevigingswand en de afwerkingslaag samen vertonen sterke gelijkenis met de boeg van een schip. Ze zijn zo ontworpen dat het stromende rivierwater minimale weerstand ondervindt van de pijlers. Een ‘doop voor een behouden vaart’ is dan ook voor deze pijlers een toepasselijke manier van oplevering van het project.

Ruimte voor de Rivier

De versteviging van de spoorbrugpijlers, zowel bij Deventer als bij Nijmegen, vormde een technisch complex onderdeel binnen alle 34 Ruimte voor de Rivier projecten in Nederland. Het programma is een belangrijke stap verder gekomen nu de versteviging van de pijlers van de spoorbruggen is afgerond. Momenteel wordt bij Arnhem ook nog gewerkt aan de versteviging van brugpijlers, in dit geval de John Frostbrug: een brug voor wegverkeer.

Impressie van de spoorbrug over de Waal bij Nijmegen met nieuwe nevengeulen en verstevigde brugpijlers; juli 2014. Foto's: ProRail. Situatie aan de Oosterhoutsedijk in Lent.
Op woensdag 16 juli 2014 waren belangstellenden welkom om een kijkje te komen nemen. ProRail en aannemer Van Hattum en Blankevoort gaven presentaties en de brugpijlers kregen een feestelijke “doop” door Hoofd-Ingenieur Directeur Joke Cuperus van Rijkswaterstaat en regiodirecteur Jan Mulder van ProRail.
Tekening constructie aanpassen Waalspoorbrug Nijmegen in verband met aanleg nevengeul. Bron: beschikbaar gesteld door ProRail. Klik hier voor de pdf-variant.


Utrecht Centraal bouwt verder, ook tijdens de zomervakanties

Gepubliceerd op: woensdag 16 juli 2014

Voor alle reizigers die de afgelopen weekenden hun trein kwijt waren op spoor 1 tot en met spoor 4 op Utrecht Centraal is er weer goed nieuws: sinds 7 juli vertrekken ze weer van hun gebruikelijke spoor. In de weekenden van 28/29 juni en 5/6 juli 2014 was dat niet het geval omdat ProRail bezig was om meters te maken voor het nieuwe Utrechtse stationsplein en aan de vernieuwing van spoor 3 werkte.

Bij het perron van spoor 3 en 4 is hard gewerkt aan de vloer van het nieuwe Stationsplein van Utrecht Centraal. Hier zijn stalen balken met daartussen betonnen platen gelegd. Nu gaan ze verder met de afwerking, zodat het er straks net zo uit ziet als boven spoor 1 en 2. Het nieuwe stationsplein is een co-productie van de gemeente en ProRail: het plein wordt door de gemeente Utrecht gebouwd en de vloer van het nieuwe plein boven het station door ProRail.

Afgelopen weekenden werd ook non stop gewerkt aan de vernieuwing van spoor 3. Zo zijn er betonnen dwarsliggers geplaatst, rails gelegd en tot slot is het spoorgrind (ballast) vernieuwd. Eens in de zoveel tijd is dat nodig, want alles wat buiten ligt en veel wordt gebruikt, slijt. Zo wordt voorkomen, dat er storingen en onveilige situaties in de toekomst zijn, en wordt gezorgd voor veilig en betrouwbaar treinverkeer.

Ook de komende tijd wordt gewerkt aan de vernieuwing van station Utrecht Centraal. Het station en de sporen worden beetje bij beetje klaargestoomd voor meer reizigers en meer treinverkeer terwijl de treinen zoveel mogelijk blijven rijden. De werkzaamheden in en rond Utrecht worden zo veel mogelijk gecombineerd en uitgevoerd op de meest rustige tijdstippen: 's nachts en in het weekend. Tijdens de zomervakantie is er voor reizigers de nodige hinder te verwachten. In de maand augustus, wanneer alle regio’s in Nederland zomervakantie hebben, wordt 9 dagen achter elkaar aan de vernieuwing van de sporen rond Utrecht gewerkt.
Bron: Nieuwsbericht ProRail van 7 juli 2014.
Kijk verder in het thema
Utrecht Randstadspoor en omgeving, klik hier.

Utrecht Centraal; juli 2014. Werkzaamheden aan spoor 3. Foto: ProRail.

Utrecht Centraal; juli 2014. Inhijsen dakplaten boven spoor 3 en 4. Foto: ProRail.

Utrecht Centraal; artist impression van het nieuwe stationsplein in de eindfase. Foto: ProRail.


Vrienden Nederlands Spoorwegmuseum op stap

Op zaterdag 24 mei 2014 maakten de Vrienden van het Nederlands Spoorwegmuseum weer hun jaarlijkse uitstapje per trein. De trein bestond dit jaar uit de vertrouwde e-loc 1202 met de getrokken historische rijtuigen: het restauratierijtuig CIWL 4249 WR (de ”Blauwe Roemeen”), het stalen bagagerijtuig, NS D 7521, het turkoois rijtuig NS Plan D AB 7709, blauw rijtuig NS Plan W B 4118 en blauw rijtuig NS Plan D AB 7376. Het materieel werd wederom door het Museum ter beschikking gesteld en op het NS-traject door NS Chartertrains ingelegd en begeleid. De rit voerde vanaf Amersfoort (v: 09:20 u.) via Zwolle, Mariënberg, Almelo, Enschede, Hengelo, Lochem, Zutphen, Deventer en Zwolle terug naar Amersfoort (a: 19:43 u.). De noodzakelijke dieseltractie werd verleend door DB Schenker met loc 6418 van Mariënberg tot Zutphen. Op Almelo Industrieterrein poseerde het voltallige Museum-treinpersoneel bij e-loc 1202. Op het raccordement Bedrijvenpark Twente, langs de Bedrijvenparksingel was op de drie aanwezige sporen ruimte voor een materieel- en personeelshowtje; zowel het materieel als het dienst doende treinpersoneel poseerden voor een line-upje. Machinist Bernd-Jan Kraan nam de regie in handen voor de fotografen in line up-opstelling. Langs de lijnen veel fotografen en aanwonenden die, zeker op de dieselbaanvakken, toch iets ongebruikelijks langs zagen komen. De uniformen vertegenwoordigen evenzovele vroegere functies: van hoofdstationschef tot tractieopzichter, conducteur en perronopzichter. Foto: Edward Bary. Voor een verslag met fotoreportage op deze site, klik hier.


Koningsdag 2014

Het was even wennen, onze oude, vertrouwde Koninginnedag 30 april bestaat niet meer. Voortaan hebben we een Koning, Willem-Alexander en die is op 27 april jarig. Deze dag viel op een zondag. En in Nederland vier je dat dan op de dag ervoor, zaterdag. Wat doe je op zo’n dag? De vlag uit, naar de vrijmarkt, de dierentuin, een beetje shoppen of toch maar gewoon de hobby bedrijven. Gérard van Teeffelen ontdekte een fraaie spottersplek in Tiel en maakte – niet geheel onvoorbereid – enkele nostalgische kiekjes. Vertrouwde beelden uit vervlogen tijden. Het Materieel 1964, de bekende serie plan V loopt op zijn laatste benen. Een groot deel van de serie is al gesloopt, de nog rijdende treinstellen zijn al ruim 40 jaar oud. Tegenwoordig rijdt hier de moderne Sprinter Light Train, de SLT's, maar die werden ter versterking van druk reizigersvervoer elders ingezet. Met dank aan de Koning.

Eenmalige materieelinzet plan V’s op Koningsdag 2014

Op deze Koningsdag reden landelijk totaal 36 Mat.’64plan V-treinstellen in de volgende treinseries:

  • 17x in 6000, 2x in 6800, 3x in 6900, 8x in 7000, 2x in 7500 en 4x in 7600.

In de spits op een doordeweekse, normale dag zijn dit er volgens het actuele wijzigingsblad totaal 40 stellen in de volgende treinseries:

  • 14x in 7000, 11x in 44/9600, 9x in 6800, 3x in 6900, 2x in 7500 en 1x in 28300.

De inzet in o.a. de serie naar Tiel was dus een vrij unieke en eenmalige gebeurtenis, die in de hobbywereld niet onopgemerkt is gebleven. Overigens werd op Kroningsdag 30 april 2013 een soortgelijke inzet van plan V's toegepast.

In de aan elkaar gekoppelde treinseries 6000/13600/16000 Utrecht - Tiel – Utrecht - Breda – Utrecht - Tiel reden op deze Koningsdag 3 x SLT-VI, 4 setjes 2x plan V en 3 setjes van 3x plan V.
Aan mat '64 inzet dus zeker geen gebrek.
Logistiek en voor de bijsturing een hele klus want niet alleen het materieel moest bij Aanvang Dienst op de juiste startposities gemanoeuvreerd worden en bij Einde Dienst weer “teruggedraaid” worden voor de volgende dag, maar ook het personeel want de machinisten moeten wel mat`64 bevoegdheid hebben!

De 17 stellen Plan V die tussen Breda – Utrecht (13600/16000) en Tiel – Utrecht (6000) reden waren in de volgende 7 composities/omlopen op de baan:

  • 456 + 452 (reed o.a. 6047/6048)
  • 476 + 466 + 474 (reed o.a. 6051/6053)
  • 954 + 444 + 457 (954 en 447 reden 6049/6050)
  • 447 + 955
  • 453 + 471+ 958 (reed o.a 6045/6046)
  • 961 + 951 en
  • 944 + 482 (reed o.a. 6043/6044).

De overige 19 stellen reden dus in hiervoor genoemde andere treinseries. Bron: SOMDA.

Tiel, 26 april 2014. Op "Koningsdag" waren de normale SLT’s in de met elkaar gekoppelde treinseries 13600/16000/6000 vervangen door plan V’s. Dat leverde veel nostalgie op en herinneringen aan lang vervlogen tijden. Vanaf het viaduct in de Provinciale weg naar Buren (de vroegere gelijkvloerse overweg in de Papesteeg, zie kadertekst, klik hier) is het uitzicht bij bewolkt weer i.v.m. de stand van de zon op de spoorbaan met treinen naar en van Tiel – Geldermalsen een fraaie spottersplek. De plan V-treinstellen 447 en 954 zijn als trein 6050 op weg gegaan naar Utrecht (Tl v: 14:51 u.). Foto: Gérard van Teeffelen.
Tiel, 26 april 2014. Uit de richting Geldermalsen komt krap 10 minuten later tegentrein 6051, bestaande uit de plan V-treinstellen 476 + 466 + 474 als trein 6051 voor een laatste sprintje van 3 minuten tussen Tiel Passewaaij en Tiel (Tl a: 15:05 u.). De beide treinen hebben elkaar op het dubbelspoor tussen Wadenoijen en Geldermalsen gepasseerd. De witte boerderij links staat al geruime tijd te koop, voor bijna 290.000 euro kan je hier eigenaar van worden, met gratis uitzicht op `t spoor! Foto: Gérard van Teeffelen.

Tiel, 7 mei 1964. Zelfde plek, bijna exact 50 jaar geleden. Deze foto toont de voormalige gelijkvloerse bediende spoorwegovergang bij wachtpost en dienstwoning 33 Papesteeg in Tiel in de spoorlijn Elst - Dordrecht. Deze overweg, km 34,2 is komen te vervallen op 29 juni 1965 bij de gelijktijdige ingebruikname van de nieuw aangelegde Provinciale weg tussen Tiel en Buren. Deze weg kruist de spoorlijn met een viaduct op ongeveer dezelfde locatie (km 34,2). De voormalige dienstwoning staat er nog anno 2013. Zie kader en plattegronden in het thema De Betuwelijn in perspectief. De overweg was op moment van fotograferen permanent afgesloten wegens de bouw van het viaduct in de Provinciale weg, waaruit de conclusie getrokken mag worden, dat het viaduct al in gebruik was; aan de doorgaande verkeersroute werd nog gewerkt. De positie van de geparkeerde auto's verklaart enigszins, dat er geen vrije doorgang meer was via de overweg. Foto: Kees van de Meene.

Meteren, 26 april 2014. Dat de plan V’s een opmerkelijke verschijning waren met hun eendaagse inzet (en bij sommigen ook herkenbaar aan een afwijkend geluid), blijkt ook uit deze foto’s van Mike Vos. Trein 6044, op weg van Tiel naar Utrecht Centraal, doorloopt hier rond 13:31 uur de spoorboog bij Meteren, vlak bij Geldermalsen. Twee minuten later halteert de trein op station Geldermalsen en wordt daar voorbij gereden door een Intercity uit Den Bosch. Hier zijn de treinstellen 944 en 482 te zien. De wapperende vlag geeft de nationale feestdag aan.


Breda stationsvernieuwing

Persbericht ProRail, 2 mei 2014

Gepubliceerd op: vrijdag 2 mei 2014

Een nieuwe ronde breekt aan voor de bouw van het nieuwe station in Breda. Vanaf maandag 5 mei 2014 wordt spoor 8 weer in gebruik genomen en spoor 5 buiten dienst gesteld. Dat is nodig omdat de bouw van het parkeerdek opschuift naar het zuiden. Treinen kunnen vanaf maandag vanaf andere perrons vertrekken en daarom wordt reizigers geadviseerd voor vertrek de reisplanner te raadplegen op www.ns.nl of m.ns.nl. Reizigers die vertrekken vanaf spoor 6 moeten extra goed opletten; dit perron is namelijk alleen te bereiken via een overpad vanaf perron 3.
Dat er maandag 5 mei voor het eerst een trein 'het gebouw' komt binnenrijden op spoor 8 is voor het project weer een kleine mijlpaal. Het betekent dat perron 3 weer in gebruik wordt genomen. Vanaf deze plek staan reizigers nog dichter op de bouwplaats. Ze hebben er goed zicht op de werkzaamheden in de busterminal waar inmiddels is gestart met de aanleg van de rijbanen.

Eerste metselwerk gereed

Aan de oostkant van het gebouw zijn de metselaars klaar met de eerste gevels en worden de steigers opgebroken. Binnen in het gebouw wordt op steeds meer plaatsen gestart met de afbouw. Bijvoorbeeld in de nieuwe reizigerspassage waar plafonds worden geplaatst. Ook worden in de toekomstige woningen de eerste badkamers betegeld. En in één van de patio's is ook de eerste boom al geplant.

Nieuwe station

NS, ProRail en de gemeente Breda bouwen in Breda een uniek station. Werken, wonen, winkelen en reizen worden in één gebouw geïntegreerd. Het nieuwe station telt straks zes sporen, drie perrons, een busstation, 22.000 vierkante meter kantoorruimte en 150 woningen. Op het dak komt bovendien een parkeerplaats voor 720 auto's en in de ondergrondse passage zit 9000 vierkante meter aan winkelruimte. Met al die voorzieningen brengt Breda Centraal mensen bij elkaar in een omgeving die past bij de allure van een hogesnelheidslijn.

Bekijk dit project op deze website in het thema Breda, de Poort van Brabant, klik hier.

Breda, 2 mei 2014.Het "overkappen" van de perrons en sporen vindt in fases plaats. Geledelijk verdwijnen de perrons onder de bebouwing. Foto: ProRail. Bron: Persbericht van ProRail op 2 mei 2014.


Rotterdam Centraal officieel geopend

Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander heeft donderdagmiddag 13 maart 2014 rond 14:30 uur officieel het nieuwe station Rotterdam Centraal geopend. Rotterdam Centraal is de eerste in een reeks van nieuwe en grotere stations in Nederland, die deel uitmaken van de grootste spoor- en stationsvernieuwing sinds het ontstaan van het Nederlandse spoor, 175 jaar geleden.
Zijne Majesteit de Koning opende het station tijdens de openingshow met creatieve bijdragen van het Rotterdams Philharmonisch Orkest, Conny Janssen Danst, Codarts en Mothership.

Ruimer

Het nieuwe station is ruimer van opzet, wat wordt versterkt door het grote glazen venster met direct uitzicht op de stad. Het is de entree geworden die past bij de bruisende stad die Rotterdam is. Het dak boven de sporen is van glas. Het station heeft een loopbrug die de 16 sporen verbindt en een nieuwe reizigerspassage van bijna 50 meter breed. Dagelijks passeren 110.000 mensen het stationsgebied, dat 47.000m2 beslaat. Ook is het station toegankelijker geworden met ondermeer extra roltrappen, 27 in totaal.

Samenwerking

Rotterdam Centraal is het eerste station van een reeks grote treinstations die binnenkort in Nederland wordt opgeleverd waaronder Amsterdam, Den Haag, Delft, Utrecht, Breda en Arnhem. Het station is gerealiseerd door samenwerking tussen het ministerie van Infrastructuur en Milieu, gemeente Rotterdam, Stadsregio Rotterdam, ProRail en NS. De bouw van het station is gestart in 2005 en binnen het budget en op tijd opgeleverd.

Reacties

De partijen zijn blij met de Rotterdamse stationsvernieuwing en de positieve reacties van reizigers. Tijdens de opening is ondermeer het volgende gezegd:

Burgemeester Rotterdam, Ahmed Aboutaleb:
"Natuurlijk is het nieuwe station een cruciaal knooppunt van vervoer, een wereldhaven waardig. Maar bovenal is het nieuwe Rotterdam Centraal de rode loper naar deze geweldige stad. Reizigers en Rotterdammers hebben het nieuwe Rotterdam Centraal nu al in hun hart gesloten. Een groter compliment is er niet."

Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, Wilma Mansveld:
“Elke dag maken meer dan een miljoen Nederlanders gebruik van een van de 400 stations in ons land. Ruim 100.000 ervan doen dat op Rotterdam Centraal. En dat worden er alleen maar meer. Met dit nieuwe station kan het OV in Rotterdam de toekomst aan. Het biedt meer ruimte en meer comfort: op Rotterdam Centraal staat de reiziger centraal.”

President-directeur ProRail, Marion Gout-van Sinderen:
"Een enorme verbouwing terwijl de reizigers het station gewoon konden blijven gebruiken en de treinen bleven rijden. Een knappe klus die in nauwe samenwerking met gemeente, vervoerder, architecten en aannemers is gedaan. We zijn trots op het resultaat: een hypermodern én duurzaam station, dat zich kenmerkt door licht, ruimte en comfort."

President-directeur NS, Timo Huges:
"
Dit station representeert de reis van deur-tot-deur zoals vervoerders dat aan de reiziger willen aanbieden. Bus, tram, metro, taxi, trein, fiets én auto komen hier samen. Verbinding is hier het sleutelwoord, verbinding van vervoerders maar meer nog een verbinding van mensen met mensen."




Bron: Persbericht Prorail, namens alle partners
Foto's: Edward Bary
Meer foto's op de website van Nico Spilt, Langs de rails, klik hier.
I


Spoor- en overwegvernieuwing in Tiel

In het weekend van 8 en 9 maart 2014 werden in Tiel spoor- en overwegvernieuwingswerkzaamheden uitgevoerd. Tussen het station en overweg km 32.500 in de Lingedijk werd de infrastructuur over een afstand van 250 meter vernieuwd, inclusief de vloer van de overweg. Strukton voerde het werk uit. Hierdoor was geen treinverkeer mogelijk tussen Arnhem en Tiel. Vervoerder Arriva die hier rijdt zette bussen in. Ook in Elst werd gewerkt. Daar werd een wissel ingelegd en bovenleidingsportalen geplaatst ten behoeve van het toekomstige kopspoor. Dit keerspoor gaat dienen voor treinen tussen Elst en Tiel, waarmee de doorgaande treindienst naar/van Arnhem vanuit Tiel dan geknipt zal worden. In het kader van het Programma Hoogfrequent Spoor (PHS) zullen tussen Arnhem en Nijmegen meer treinen gaan rijden. Voor treinen op de regionale lijn naar Tiel is dan geen ruimte meer, zo is besloten; er ontstaat dan een eilandbedrijf voor vervoerder Arriva tussen Elst en Tiel met pendeltreinen. Doorgaande reizigers uit de Betuwe naar Arnhem moeten gaan overstappen in Elst. Zie ook het thema “De Betuwelijn in perspectief” op deze site, klik hier. Foto’s: Edward Bary (op 9 maart 2014).
Na het verwijderen van spoorstaven en dwarsliggers werd oude ballast verwijderd en afgevoerd. Daarna werd nieuwe ballast aangevoerd (vanuit een depot aan de Spoorstraat), uitgereden en geëgaliseerd. Vervolgens werden nieuwe spoorsecties met betonnen dwarsliggers aangebracht. Het grote parkeerterrein bij het station was gedeeltelijk buiten gebruik om ruimte voor het werkverkeer te creëren. Foto's: Gérard van Teeffelen (op 8 maart 2014).
Kranen op raillorries, railauto’s en ander divers werkmateriaal waren ingezet. In de nacht van 8 op 9 maart kon een stopmachine het ballastbed van het vernieuwde spoor verder profileren en verdichten. Op de rechter foto wordt de aansluiting op bestaand spoor in orde gemaakt met gebruikmaking van het zogenaamde thermietlassen, waarna de spoorstaven bijgeslepen worden. Foto’s: Gérard van Teeffelen (op 9 maart 2014).


Rotterdam Centraal: opening door Koning Willem Alexander op 13 maart 2014

Het nieuwe station Rotterdam Centraal is ook al te zien in de miniatuurwereld Miniworld Rotterdam. Foto: Robert Huls, 15 december 2013. Zie ook het thema Modelbouw op deze site, klik hier

Ladies and gentleman, welcome to Rotterdam Central Station! Volg hier de rondleiding over het nieuwe Rotterdam Centraal met alle highlights van het station. Op donderdag 13 maart 2014 wordt dit station met internationale allure officieel geopend. Video's: Persrondleiding op 6 maart 2014 en interview architect Jan Benthem. Bron: ProRail.






Lange Termijn Spoor Agenda.

In dit conceptplan voor de operationele uitwerking beschrijven NS en ProRail onder meer de plannen om tegen 2025 hoogfrequent treinverkeer te realiseren op de belangrijkste corridors van het Nederlandse spoor. Met het gereedkomen van de infrawerkzaamheden rond Utrecht onder de naam Utrecht Randstadspoor wordt in 2017 gestart met de corridor Eindhoven -– Amsterdam: dan gaan zes rechtstreekse intercity’s in plaats van de huidige twee rijden. Tussen Geldermalsen en Woerden rijden vanaf dat jaar zes stoptreinen per uur in plaats van drie. Ook beginnen in die fase de voorbereidingen om hoogfrequent te gaan rijden tussen Rotterdam en Den Haag Hollands Spoor. Daarbij rijden er acht intercity’s en acht sprinters in beide richtingen. Bron: Spoorpro. Lees hier verder.

Een andere belangrijke corridor is Schiphol - Amsterdam - Almere - Lelystad; in het kader van OV SAAL zijn de werkzaamheden hier in volle gang. Kijk op deze website in het thema Project OV SAAL.

Amsterdam Riekerpolder Aansluiting, 19 september 2013. Op dit knooppunt komen de Zuidtak en de Westtak van de spoorlijnen rond Amsterdam samen. Op beide trajecten vindt intensief reizigersvervoer naar en van Schiphol plaats. Vanuit SGM-treinstel 2118 als ledig materieel op weg als trein 89103 van Amsterdam Zuid naar Den Haag fotografeerde Bas van Heezik de situatie tijdens een korte stop voor sein 1004.


Rotterdamse Verhalen Vierdaagse

Van woensdag 30 april t/m zaterdag 3 mei 2014 organiseert Miniworld Rotterdam bijzondere exposities en activiteiten rondom 175 jaar spoor en 150 jaar tram. In samenwerking met diverse partners worden tijdens de Rotterdamse Verhalen Vierdaagse via beeld, geluid en in miniatuur een aantal bijzondere verhalen vertoond over Rails door de Regio.

Editie 2014 - Rails door de Regio

Na het succes van de RVV in 2013 wordt ook dit jaar van 30 april tot 3 mei (2014) weer een nieuwe RVV georganiseerd. De 2014 editie van de RVV wordt vormgegeven vanuit het centrale thema 175 spoor- en 150 jaar tramwezen, die met elkaar verenigd worden onder de gezamenlijke titel Rails Door De Regio.

Ook dit jaar vindt het evenement weer plaats binnen de muren van Miniworld Rotterdam. Via aanvullende exposities, informatiebladen, posters, maquettes en beeldmateriaal wordt in de huidige miniatuurwereld ingegaan op drie thema's, te weten: spoor en haven, historische trams en de stations in (regio) Rotterdam. Naast aanvullingen op en in de huidige miniatuurwereld wordt tevens een nieuwe ruimte ingericht als minibioscoop en kunnen de jongste bezoekers deelnemen aan een speciale RVV speurtocht.

Uniek ten opzichte van de vorige editie van de Rotterdamse Verhalen Vierdaagse is dat er dit jaar wordt samengewerkt met verschillende partners uit de omgeving van Rotterdam, te weten:

Voor meer informatie, klik hier. Klik op de kalender rechts voor een pdf-versie ervan.
Kijk ook eens op deze pagina op deze website.




Winter in Nederland
In Nederland wil de winter 2013/2014 niet erg nestelen. Het voorjaar lijkt in de lucht te zitten. Toch is het deze week maar een jaar geleden, dat door sneeuwval het toen pas gestarte Fyra V250 project letterlijk strandde en de hogesnelheidstreinstellen van de Italiaanse treinenbouwer AnsaldoBreda voortijdig het loodje legden.
Nederland kent toch af en toe strenge winters; 74 jaar geleden was er nog geen sprake van moderne technieken. Jas aan, spoorpet op en de vrieskou in om alles draaiend en bewegend te houden.
Utrecht CS; o
p 20 januari 1940. Op de linker foto wordt een spoorwissel ijsvrij gemaakt door medewerkers van de Nederlandse Spoorwegen, terwijl op de achtergrond een stoomloc op inzet wacht. We zien nog meer details: rechts achter de spoorwoning de bebouwing aan de Sijpesteijnkade, rechts naast de loc de contouren van de goederenloods en links er van één van de overkappingen.
Op de rechter foto vertrekt een trein getrokken door een stoomloc uit de serie 3700. De NS ondervond veel hinder door de sneeuwval.
Foto: Co Zeylemaker I
n de top 10 van de koudste winters van de twintigste eeuw staan liefst drie winters uit de oorlogsjaren: 1940, 1941 en 1942.


Utrecht bouwt verder

Niet alleen de vernieuwing van de stationshal staat in de aandacht: een spectaculaire klus met een ingewikkeld, logistiek bouwproces in 6 bouwfases. Zie hiervoor het thema “Utrecht Randstadspoor” op deze website, klik hier. Maar ook het Utrechtse emplacement verandert bijna ongemerkt, maar wel ingrijpend.
De voormalige wachtsporen (16b en 17) op Utrecht GE voor goederentreinen komen na de modernisering van het emplacement niet meer terug voor goederentreinen. In het kader van het project Utrecht Doorstroomstation (DSSU) zullen goederentreinen die Utrecht Centraal passeren moeten doorrijden in vaste paden en over vaste sporen. Voor lang of kort parkeren is geen ruimte meer. In december 2013 gingen de wachtsporen buiten dienst. Inmiddels wordt aan deze sporen gewerkt om ze klaar te maken, c.q. aan te sluiten op de sporen 18b en 19b. Op spoor 19b keren nu nog de stoptreinen naar Tiel (treinserie 6000) en Breda (treinserie 16000). Op spoor 18b keert tegenwoordig (vanaf dienstregeling 2014 per afgelopen december) de treinserie 8800 naar Leiden.
De sporen 18 en 19 zullen IC-sporen worden voor de Intercitys richting Arnhem en ‘s Hertogenbosch. Onder de nieuwe stationshal komt een nieuw perron met de sporen 20 en 21 voor de stoptreinen van/naar Geldermalsen en Woerden. Aan de noordkant wordt hiervoor ruimte gevonden doordat de Verkeersleidingspost van ProRail daar zal verdwijnen (nieuw gebouw in de Cartesiusdriehoek, start bouw op 3 februari 2014, gereed 2015). Op dit moment worden tussen het einde van perron 18 en 19 en de voormalige aansluiting bij Utva 2 overloopwissels aangelegd.
Het aanpassen van de Utge-sporen naar de sporen 18/19 zal pas gebeuren in week 50 van dit jaar (2014), de stoptreinen gaan dan nog even over de oude Utge sporen naar 18/19 en pas in week 10 van 2015 zullen de sporen 20/21 beschikbaar komen voor de treinen van/naar Geldermalsen.

Op de foto van Gérard van Teeffelen assisteert locomotief 203-3 van Volker Rail bij de spoorvernieuwing en verbouwing op Utrecht GE, 30 januari 2014.


Nieuwe stationsnamen
In Hilversum Noord zijn (voor de tweede keer) de bordjes verhangen. Op 15 december 2013, de dag waarop de jaardienstregeling 2014 in Nederland inging, was de wijziging naar Hilversum Media Park een feit. Dit NS-station werd geopend in 1974 onder de naam Hilversum NOS. In mei 1989 werd dit veranderd in Hilversum Noord. Gezien de verbondenheid met het Media Park als grootste ondernemer in de directe nabijheid met het station, was het al jaren een stille wens om het om te dopen in Hilversum Media Park. De plannen bestonden al langer, maar volgens ProRail hielden de vele formele procedures die ervoor nodig zijn de naamswijziging tegen. De volgende treinseries stoppen in Hilversum Mediapark:
Serie 5700, sprinter: Utrecht Centraal – Hilversum – Hilversum Media Park – Naarden-Bussum - Weesp – Schiphol – Leiden Centraal – Den Haag Centraal.
Serie 5800, sprinter: Hoofddorp – Schiphol – Amsterdam Sloterdijk – Amsterdam Centraal – Weesp - Naarden-Bussum – Hilversum Media Park – Hilversum – Amersfoort (– Amersfoort Vathorst).
D
e treinen stoppen op alle stations op deze routes.

Met de heringebruikname van station Hilversum als Intercitystation in december 2007 is de sneltrein serie 5800 (Amsterdam Centraal - Amersfoort vervangen door een stoptrein als sprinter, waardoor er weer vier maal per uur treinen stoppen op Hilversum Media Park, in beide richtingen (Hilversum en Naarden-Bussum/Weesp. Foto's: Henk Koster. Op de onderste foto stoppen de sprinters, treinstellen 2973 en 2952 op 20 december 2013 op het station.
Ook de stationsnaam Nieuweschans werd gewijzigd in Bad Nieuweschans.



Vernieuwde verkeersleidingpost Amsterdam

Vanuit de verkeersleidingspost in Amsterdam wordt 24/7 al het treinverkeer in en rond de hoofdstad geregeld. Afgelopen zomer ging na 17 jaar het licht voor het eerst even uit en kreeg de post een opknapbeurt. Een precsiewerkje, want van de hele opknap- en verhuisoperatie mochten de reizigers natuurlijk niets merken. Missie geslaagd: de post is weer helemaal klaar voor een nieuwe ronde non-stop actie om één van de drukst bereden sporen van Europa aan de gang te houden. Manager van de post Peter Wink geeft een rondleiding.


Het Verkeersleidingsgebouw/Technisch Centrum in Amsterdam, ook wel het VLTC genoemd, werd in september 1994 bouwkundig in de eindfase opgeleverd. Hierna is begonnen met de aanleg van de technische installaties voor de verkeersleiding en het schakel- en meldcentrum (SMC). In maart 1995 is het VL/TC in gebruik genomen. De overgang van de verschillende bedienplekken vanuit de oude huisvesting in het (voormalige) postgebouw langs spoor 2B op het Centraal Station vond gefaseerd plaats. De verkeersleidingpost is toen met het nieuwe gebouw prominent uit de anonimiteit getreden. Mijn werkplek als medewerker Kwaliteit en Logistiek op het Bedrijfsbureau van de Regio Noordwest was ook in dit gebouw gehuisvest. Beroepshalve (het analyseren van de dagelijkse treindienst) kwam ik vrijwel dagelijks in contact met de trein- en verkeersleiders en hun teamleiders. Een mooi vakgebied waar ik nog vaak met goede herinneringen aan terugdenk. Veel succes met de nieuwe inrichting.

Zie ook op deze website het thema Achtergronden (en ontwikkelingen) van de NS met de titel: "Veranderingen op het spoor, Terugblik op economische, organisatorische en technische veranderingen bij NS vanaf 1980" klik hier en de vervolgpagina met de titel: "Van decentralisatie naar centralisatie", klik hier.

Verkeersleidingsgebouw Amsterdam. Foto: Nico Spilt, 8 oktober 2005. In beeld op de voorgrond de webmaster van deze website die zijn loopbaan "bij het spoor" staat te overpeinzen, waaraan op 30 november 2005 een einde kwam vanwege een vervroegde pensionering.


MÁV Nosztalgia

In Boedapest bevindt zich een prachtig spoorwegmuseum, een bezoek zeker waard. Alvast 2 foto's van Bertus Kers, later meer op deze website.

Boedapest, museum MÁV Nosztalgia, 13 oktober 2013. Inspectievoertuig en paardentram. Foto's: Bertus Kers.


Tweede bouwstap Utrecht Centraal afgerond

Persbericht ProRail, 26 september 2013

Gepubliceerd op: donderdag 26 september 2013

Opening tweede deel nieuwe hal op zondag 29 september

Utrecht Centraal is toe aan de volgende stap. Zondag 29 september openen ProRail en NS het tweede deel van de nieuwe hal. Het nieuwe gedeelte aan de stadskant is ingericht met tijdelijke winkels en voorzieningen die gericht zijn op de reiziger. Met deze opening is één derde van de verbouwing afgerond.

Verbouwen in stappen

Na de oplevering van het tweede deel van de hal start de bouw van de entree aan de stadskant inclusief de verdiepingsvloer. De bouwfasering van Utrecht Centraal houdt concreet in dat looproutes voor reizigers zich de komende 1,5 jaar aan één zijde van de stationshal bevinden. Het gedeelte vanaf het voormalige taxiplatform tot aan het Jaarbeursplein wordt in zijn geheel verbouwd. Dit betekent voor de reiziger dat er minder (verblijfs)ruimte is dan ze gewend zijn. Wanneer deze bouwstappen klaar zijn in het voorjaar van 2015 is het overgrote deel van de stationsvernieuwing klaar. Omdat het station tijdens de verbouwing gewoon open is voor de huidige 280.000 dagelijkse gebruikers, wordt Utrecht Centraal in zes bouwstappen vernieuwd. In 2011 is de bouw gestart, het eerste deel van het station aan de Jaarbeurszijde is in februari dit jaar opgeleverd. Utrecht Centraal is over drie jaar helemaal gereed.

Ruimte en licht

Vanaf 2016 biedt Utrecht Centraal ruimte aan 360.000 dagelijkse gebruikers en neemt het een centrale plaats in in de verbinding tussen de oost- en westkant van Utrecht. De nieuwe stationshal is een moderne constructie van beton, staal en glas en heeft een golvend dak dat door zijn vorm zorgt voor veel lichtinval. Samen met het eerste nieuwe deel aan de Jaarbeurskant is nu 6.000 m2 van de stationshal gereed. In het nieuwe Utrecht Centraal is het voor de reiziger straks in één oogopslag duidelijk hoe hij zijn reis kan vervolgen. Er zijn winkels zoals AH to go, Starbucks en Rituals en voorzieningen die ervoor zorgen dat de reiziger zijn reistijd meer ervaart als eigen tijd.

Feestelijk welkom voor de reiziger

De opening van het tweede deel van de stationshal in Utrecht is een feestelijk moment. ProRail en NS heten de reizigers op zondag- en maandagmorgen 29 en 30 september vanaf 07.30 uur tijdens de ochtendspits welkom in het nieuwe deel van de hal.

Grootste stationsvernieuwing

Het station is een belangrijke schakel in de dagelijkse reis van de reiziger. Elke dag opnieuw bezoeken ruim een miljoen reizigers stations en dit aantal zal blijven groeien. De spoorsector heeft de grootste stationsvernieuwing sinds het bestaan van de spoorwegen onder haar hoede en vernieuwt in nauwe samenwerking met overheden de grote Nederlandse stations. Ze worden ruimer en beter toegankelijk en het comfort en de service voor reizigers worden verder verhoogd en aangepast aan de behoefte van de reiziger. De vernieuwing van stations gebeurt zoveel mogelijk met de winkel open zodat reizigers ook tijdens de ombouw comfortabel gebruik kunnen blijven maken van de trein en het station. Werken met de winkel open is een grote logistieke opgave, die soms het geduld en begrip van de reiziger op de proef stellen. In het wenkend perspectief voor treinreizend Nederland zijn stations klaar voor de toekomst waar meer te halen is dan je trein.

De grootste stations die op het dit moment vernieuwd worden, zijn bijna klaar. In 2014 opent het vernieuwde Rotterdam Centraal haar deuren en aansluitend volgen de openingen van Den Haag, Breda, Arnhem en Utrecht.

Impressie station Utrecht Centraal met links centrumzijde Hoog Catharijne, rechts Jaarbeurszijde. Bron: ProRail.
Zie ook het thema Randstadspoor op deze site, klik hier.


S.T.A.R goes Amerika

In het weekeind van 21 en 22 september 2013 vonden in Stadskanaal bij de Museumspoorlijn S.T.A.R. weer de jaarlijkse S.T.A.R.- dagen plaats. Deze keer stonden ze in het teken van de VS. Treinen, perrons, de loods, de restauratie en de filmzaal waren met het oog hierop volledig in passende overzeese sferen aangekleed. The stars and stripes wapperden in het Groninger land.

Diesellocomotief 2225 van de Stichting Museum Materieel Railion (SMMR) kwam ook naar Stadskanaal. Deze diesellocomotief is gemaakt naar Amerikaans ontwerp (Baldwin/Westinghouse). De eerste serie diesellocomotieven werd deels door de Nederlandse Spoorwegen zelf betaald, deels met gelden uit het Marshallplan (het hulpverleningsplan van de Amerikaanse regering om de West-Europese naoorlogse economie weer op te bouwen). Er werden in korte tijd 150 locomotieven van dit type gebouwd in Nederland (bij Heemaf/Stork/Allan) en in Frankrijk. Dit werd de locomotiefserie 2200/2300.De eerder aan de S.T.A.R. verkochte soortgenoot, loc 2278 en de 2225 van SMMR reden in dubbeltractie. Een unieke gebeurtenis! Zie ook de website Railmonumenten, klik hier.

Loc 2278 is met trein 3711 onderweg van Musselkanaal naar Stadskanaal. De trein passeert hier de grens tussen Nieuw Buinen en Stadskanaal bij de overweg in de Buinerweg, 22 september 2013. Foto's: Douwe Krijnen.
De laatste trein van de dag werd gereden door 2 x 2200 in multiplebedrijf. Zo zijn de 2225 en 2278 onderweg naar Veendam. De trein heeft net Stadskanaal verlaten. Foto: Maarten Talsma, 21 september 2013.



Materieel 1964 langer in dienst

- de stand van zaken in september 2013

Het materieel type 1964 begint een respectabele leeftijd te krijgen. In de hobbywereld wordt dit stoptreinmaterieel uit de jaren zestig en zeventig, dat nog in beperkte omvang zijn degelijke inzet bewijst op de voet gevolgd. De oorspronkelijke materieelpark grootte van plan V was 246 treinstellen, gebouwd in 13 deelseries in de jaren 1966 - 1976 door de Nederlandse spoorwagonbouwer Werkspoor/Heemaf en het Duitse concern Talbot en Düwag. Dit stoptreinmaterieel was het werkpaard in de stoptreindiensten maar reed ook wel Intercitydiensten. Er zijn 50 plan V’s die nog tot het actieve materieelpark behoren. In het recente wijzigingsblad op de materieelinzet van begin september 2013 zijn daarvoor 40 diensten ingedeeld, inclusief onderhoud en de ‘gewone” reserve. Die doen dienst in de series 7000, 7500, 7600, 4400/9600, 5200/6400 en 6800. Verder staan er op het moment 7 terzijde gestelde stellen in den lande opgesteld voor herinstructie. Op de Dijksgracht, Onnen en Arnhem GE staat een aanzienlijk aantal terzijde gestelde treinstellen, in afwachting van een donkere (sloop)toekomst. In het maandblad Op de Rails van de NVBS worden de ontwikkelingen rond dit materieeltype nauwlettend gevolgd. Zie ook het thema Materieel 1964 op deze site, klik hier. De nog beschikbare treinstellen voor de rijdende dienst zijn de restanten uit de planseries 400 en 900. De resterende 800-en staan alleen nog op sloop te wachten. De alleroudste nog actieve stellen zijn uit de serie 441 - 483 (V4-V6); de stellen die nog rijden hebben een aantal jaren geleden nog een gewone (en geen beperkte) revisie gehad en kunnen mee t/m 2015, zij zijn voorshands ook nog niet toe aan rembeurten en veiligheidsbeurten. Een deel van de serie 936 - 965 (V12-V13) rijdt ook nog, de oudste uit deze serie die nog in dienst zijn, beginnen nu aan die beurten toe te komen, maar als daarvan de revisietermijn is verstreken, is het einde oefening. Of het in dienst houden van een relatief kleine restserie van dit materieel nog soelaas biedt in de treindiensten en met name het op gewenste lengte houden van drukke treinen die zij moeten rijden, zal de ontwikkeling en inzet van het totale materieelpark bij NS de komende twee jaar leren. Alsnog een onvoorziene onttrekking uit de dienst als gevolg van defecten, botsingen e.d. en de (financiële en economische) haalbaarheid van herstel daarvan, zal mede een rol spelen. Per dienstregelingjaar is er middels een wijzigingsblad op de materieelinzet enkele keren de mogelijkheid in te spelen op de materieelbehoefte en de mogelijkheden tot (noodzakelijke) verschuivingen daarin. Tenslotte speelt een rol welk rijdend personeel nog vertrouwd en bekend is met dit type te kunnen rijden. Voorlopig is besloten tot een opfriscursus op een aantal standplaatsen in het land van machinisten die met dit oudste treintype moeten rijden in hun dienstroosters. Voor hobbyisten en treinspotters een kans dit materieel nog te volgen en op foto en film vast te leggen. Deze website zal bijzondere foto’s graag publiceren van dit materieel dat een tijdsbeeld uit de tweede helft van de vorige eeuw weerspiegelt.

Martijn van Vulpen gaat op zijn website uitgebreid in op de ontwikkelingen rond Materieel 1964, zowel de herinstructies, de huidige inzet en welke stellen inmiddels gesloopt zijn. Kijk hier voor een volledig overzicht. Met fraaie fotoreportages.

Treinstel plan V 928 wordt op de machinistenstandplaats Hoofddorp Opstelterrein gebruikt voor herinstructie. Beide foto's: Bas van Heezik, 18 september 2013.

Op de linker foto staat plan V-treinstel 961 in Heerlen klaar voor vertrek als trein 23576 naar Sittard op 13 juni 2013. Trein (2)3576 is de vleugeltrein (van de serie 3500) die van Heerlen tot Sittard gaat waar reizigers dan weer over kunnen stappen op de serie 800 (die uit Maastricht komt) richting Eindhoven. Overdag rijdt de treinserie 3500 door naar Heerlen maar 's avonds na de avondspits niet meer. Rechts staat plan V 937 voor herinstructie in Haarlem. Het stel stond gedurende 14 dagen op spoor 30; deze foto is gemaakt op 4 september 2013. Beide foto's: Douwe Krijnen.


Enschede vroeger en nu

In Enschede is het emplacement vernieuwd en opnieuw ingericht. De werkzaamheden duurden zes weken, van 6 juli t/m 18 augustus 2013. In deze periode reden er geen treinen, maar bussen naar en van de tijdelijke keerhalte Drienerloo. Vanaf maandag 19 augustus 2013 is het vernieuwde emplacement in gebruik genomen.
Dit grote infraproject volgden we in woord en beeld. Reden om ook eens terug te blikken in vroeger tijden; we doken in de archieven.
Meer op de pagina Ombouw Enschede, klik hier.

Het huidige stationsgebouw is van na de Tweede Wereldoorlog en werd geopend in oktober 1950. Architect H.G.J. Schelling (1888-1978) ontwierp het station als mix tussen kopstation en parallelstation. Deze laatste functie verloor het in 1980 met de opheffing van de treindienst naar Gronau (Duitsland). Hierdoor ontstond een groot kopstation, waarbij de verschillende stationsdiensten vreemd gelegen waren langs de voormalige internationale sporen.

Architect Schelling ontwierp in de jaren 40 en 50 diverse stationsgebouwen, waaronder die van Hengelo (1951), Zutphen (1952) en Arnhem (1954), die alle zijn gebouwd in de stijl van de Nieuwe Zakelijkheid. Kenmerk van alle stations is het beton met de vele zuilen. Gebruik van beton kwam voort uit de beschikbaarheid van dit materiaal na de oorlog. Het ontvangstgebouw is gericht op de kopsporen. Het gebouw is opgezet uit modules van 5,25 × 5,25 meter. De ontvangsthal is voor Schelling het belangrijkste onderdeel van het station. Niet vanwege haar hoogte, maar vanwege haar openheid. Deze openheid stimuleert hij door open sluitstenen te gebruiken. Door de haakvormige plattegrond wordt vanzelf een stationsplein afgebakend, wat gebruikt wordt voor busverkeer en taxi's. In de jaren 70 werd het busstation verplaatst naar de zijkant van het gebouw, waardoor de hoofdingang nauwelijks meer gebruikt werd en reizigers via de zijtrap het station betraden.

In 2000 werd het station ingrijpend verbouwd. De zijingang verdween en midden in de grote ontvangsthal werd een nieuw ingang gemaakt.

Het traject Hengelo - Enschede is in 1951 geëlektrificeerd. Het traject maakte toen al jarenlang deel uit van de belangrijkste verbinding tussen de Randstad en Twente. Op 20 mei 1951 kwamen de trajecten: Apeldoorn -– Hengelo -– Enschede en Hengelo - Oldenzaal elektrisch onder de draad. En verdween de stoomtractie vrijwel uit Enschede en concentreerde zich in Hengelo. Voor het keren van de Duitse stoomlocomotieven bleef een (verplaatste) draaischijf voorlopig intact. De grote draaischijf bij de voormalige locomotievenloods werd gesloopt, op de fundering na die onder de kopsporen 2 en 3 verdween; in 2013 werd deze fundering alsnog gesloopt.

Dertig jaar later, in 1981, werd het traject Enschede - Gronau gesloten. Twintig jaar later, in 2001 werd de spoorlijn echter weer heropend. De aansluiting op het Nederlandse spoorwegnet werd echter na de heropening ongedaan gemaakt. In 2013 wordt dit hersteld.

Bronnen: Wikipedia (lees hier en hier) en Maandblad NVBS, Op de Rails, uitgave 1963-7, blz. 99-105, "De geschiedenis van de spoorlijnen in Twente" (J.G.C. van de Meene en R. Ankersmit), klik hier.

Enschede 1950. De foto toont het nieuwe station van architect Schelling in 1950, dus voor de elektrificatie van 1951. Rechts op spoor 4 staat een trein bestaande uit coupérijtuigen en links twee gekoppelde DE3’n, vemoedelijk de diesel-expresdienst naar het westen. Op de achtergrond zijn de contouren van het oud SS-station nog te zien, dat westelijker gelegen was. Foto: Verzameling Bertus Kers.


Historisch Railvervoer Nederland

De Vereniging Historisch Railvervoer Nederland (HRN) is de landelijke koepel die de belangen van 29 museale en toeristische railorganisaties in Nederland behartigt. Op veel terreinen actief, van publieksacties tot activiteiten op het gebied van spoorwegveiligheid, cultuur en milieu.

De HRN is op zoek naar personen voor bestuursfuncties.

Wat doet HRN?

  • HRN ontwikkelt en overlegt in samenwerking met de Inspectie Verkeer & Vervoer van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu, het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en andere instanties over zaken die de railmusea (kunnen) raken, bijvoorbeeld over een stelsel van veiligheidsnormen in samenhang met de ARBO-wet en regelgeving.
  • HRN is lid van Fedecrail, de Europese federatie van museale en toeristische railorganisaties die vooral in Brussel in de gaten houdt welke (geld)potjes daar op het vuur staan. Fedecrail lobbyt ook succesvol voor uitzonderingen voor de Europese railmusea bij de ontwikkeling van de Europese wetgeving op het gebied van onder andere spoorwegveiligheid.
  • HRN is als rail-koepel lid van de Stichting Mobiele Collectie Nederland (MCN), het samenwerkingsverband van de rijdende, varende en vliegende monumenten. MCN wil overheden duidelijk maken welke cultuurwaarde de mobiele monumenten vertegenwoordigen voor het behoud van hun toekomst. Bezoek ook de website: www.railmusea.nl
  • HRN is gesprekspartner van diverse overheidsinstanties.
  • HRN beheert ook het Nationaal Register Railmonumenten, waarin meer dan 750 historische railvoertuigen zijn opgenomen. Al die voertuigen hebben, afhankelijk van hun cultuurhistorische waarde, een bepaalde status gekregen. Het Register maakt onderdeel uit van het Nationaal Register Mobiel Erfgoed. U kunt het Register Railmonumenten hier raadplegen of op de website Virtueel Railmuseum, ook een site van HRN.
  • HRN geeft jaarlijks de folder Railmusea in Nederland uit. Die is ook te vinden op internet, klik hier.

Meer informatie in Nieuwsbrief nummer 7, uitgave juli 2013 van HRN, klik hier (pdf-document).


Utrecht Centraal wordt doorstroomstation

Persbericht ProRail, 3 juni 2013

Gepubliceerd op: zondag 9 juni 2013

ProRail is gestart met een megaklus rond Utrecht: vernieuwing en ontvlechting van het spoor. Het werk is over 2,5 jaar klaar.

Wat houdt het werk in:

  • ProRail gunt bouwcombinatie BAM Rail en Volker Rail een opdracht van ruim €140 miljoen euro voor het vernieuwen en ‘ontvlechten’ van de sporen rond Utrecht
  • Vernieuwing van het belangrijkste spoorknooppunt is een van de omvangrijkste en meest complexe spoorprojecten ooit.
  • BAM Rail en Volker Rail gaan werken onder de naam U-centRaal.

Het ontvlechten van de ‘spaghetti’ aan sporen rond Utrecht is vandaag, 3 juni, officieel gestart. ProRail heeft bouwcombinatie BAM Rail en Volker Rail de opdracht gegeven om binnen 2,5 jaar het spoor rond Utrecht te vernieuwen. Een megaklus in korte tijd. Hiermee ontstaat meer ruimte op het spoor waardoor de doorstroming van treinen verbetert, er meer treinen kunnen rijden en het spoor rond Utrecht betrouwbaarder wordt.

Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu gaf in april van dit jaar de beschikking om de doorstroming van het treinverkeer rond Utrecht te verbeteren. De aanpassingen zijn onderdeel van het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS). Door fysieke ontvlechting wordt de wirwar van sporen en treinbewegingen uit elkaar gehaald, zodat duidelijke corridors ontstaan. Hierdoor hoeft straks minder vaak gewacht te worden op bijvoorbeeld seinen en kunnen in de toekomst nog meer treinen Utrecht passeren. Ook de betrouwbaarheid van het spoor rond Utrecht neemt toe voor de reiziger. Uit onderzoek blijkt verder dat door de nieuwe corridors het spoor ook veiliger wordt doordat de kans op onbedoelde rood sein passages verder daalt.

Grote aanpak rond Utrecht

Naast de aanpak van de spoorweginfrastructuur, worden ook andere maatregelen genomen om het treinverkeer rond Utrecht Centraal te verbeteren. Komende tijd bouwt ProRail samen met NS en de gemeente Utrecht de OV terminal af. Reizigers hebben daar straks meer ruimte en een betere verbinding naar de sporen. De verbouwing van station Utrecht is onderdeel van de grootste stationsverbouwing sinds het bestaan van de spoorwegen. Daarnaast breidt ProRail de sporen rondom Utrecht Centraal uit en worden er nieuwe stations rond Utrecht gebouwd. Nieuwbouwwijken rond Utrecht worden ontsloten waardoor straks meer mensen vanaf verschillende plekken rond Utrecht met de trein kunnen reizen. Op zaterdag 8 juni opende staatssecretaris Mansveld het nieuwe station Utrecht Leidsche Rijn.

Opening station Utrecht Leidsche Rijn op 8 juni 2013. Foto: Raymond Kiès. RTV Utrecht maakte een reportage, klik hier. Verkeerswethouder van Utrecht, Frits Lintmeijer, Directeur Projecten bij ProRail, Patrick Buck en Regiodirecteur NS, Heike Luiten (van links naar rechts) verrichtten de openingshandeling.

Opening station Utrecht Leidsche Rijn op 8 juni 2013. Foto: Raymond Kiès.


Naschrift:

De werkzaamheden passen in het reeds enkele jaren in uitvoering zijnde project Randstadspoor Utrecht en omgeving. Klik hier voor het thema hierover op deze site. Meer luchtfoto's in het thema Luchtfotografie, klik hier.

Utrecht Stationsgebied, 21 april 2013, gezien vanuit het westen. In het midden het in aanbouw zijnde stadskantoor, daarachter de perrons van Utrecht Centraal, rechts het Jaarbeursgebouw en de stationshal en de Katreinetoren. Bovenaan het winkel- en kantorencomplex van Hoog Catharijne. Het witte gebouw links is de procesleidingspost van ProRail voor de trein- en verkeersleiding. Het gebouw op de voorgrond is het Cranenborghgebouw dat zal worden gesloopt, het moet wijken voor een moderner kantorencomplex. Luchtfoto: Your Captain Luchtfotografie.

Utrecht Stationsgebied, 21 april 2013, gezien vanuit het zuiden. Op de voorgrond de Katreinetoren en de stationshal. Bovenaan de foto het gebouwencomplex Smakkelaarsburcht, genoemd naar het voormalige Smakkelaarsveld. In het midden de uitbreiding van de voormalige buurtsporen 1 t/m 4. De traverse op de voorgrond verbindt het station met het kantoren- en winkelcomplex Hoog Catharijne rechts onder in beeld. Luchtfoto: Your Captain Luchtfotografie.


Uit de foto-collectie Jacques Stevens Hilversum

Het Streekarchief Gooi en Vechtstreek beheert de fotocollectie van de voormalige Hilversumse persfotograaf Jacques Stevens. Al geruime tijd wordt aan de digitalisering van de Stevens-collectie gewerkt. Waarmee deze voor het publiek toegankelijk is gemaakt. Stevens fotografeerde het alledaagse leven in de publieke ruimte, veranderingen in het straatbeeld of opmerkelijke gebeurtenissen zoals sloop en nieuwbouw, verkeer, daaronder ook bijzondere spoorse onderwerpen, kortom alles wat in het nieuws en in de krant stond. Zijn foto’s ontstonden vooral in de jaren vijftig, zestig en zeventig van de vorige eeuw. Hij publiceerde als persfotograaf voornamelijk voor Dagblad De Gooi en Eemlander, aan welke krant hij vanaf 1946 als freelancer verbonden was. Met de digitalisering en beschikbaarheid op internet wordt een tijdsbeeld voor een groot publiek beschikbaar gesteld.

Jacques Stevens woonde sinds 1937 in Hilversum. Zijn fotopersbureau bloeide en naast zijn zoons Jan en Peter had hij verschillende medewerkers in dienst. In het midden van de jaren tachtig eindigde zijn werkzaamheden voor ‘De Gooi’. In 2001 droeg Jacques zijn collectie over aan de gemeente Hilversum. Dit archief bestaat uit ruim 50.000 glasplaatnegatieven en ongeveer 100.000 kleinbeeldnegatieven. Uniek en uitzonderlijk is het feit dat hij tot ver in de jaren 70 gebruik maakte van glasnegatieven. Jacques Stevens overleed in oktober 2007.Ter nagedachtenis aan hem en zijn oeuvre werd in 2009 een tentoonstelling aan zijn werk besteed. Een korte levensloop staat op Wikipedia, klik hier

In het Gooi zijn 3 archiefdiensten actief:

  • Het Streekarchief Het Gooi en de Vechtstreek in Hilversum waar de archieven van Ankeveen, Blaricum, 's-Graveland, Hilversum, Kortenhoef, Laren, Loosdrecht, Nederhorst den Berg en Wijdemeren worden beheerd.
  • Het Stads- en streekarchief voor Naarden, Bussum, Muiden en Huizen waar onderzoek mogelijk is naar de geschiedenis van Bussum, Huizen, Muiden en Naarden.
  • Het Gemeentearchief Weesp voor de archieven die Weesp betreffen.

De drie archiefdiensten bewaren niet alleen gemeentelijke archieven maar ook archieven van verenigingen, scholen, kerken en families. Daaronder bevinden zich heel bijzondere stukken. De drie archiefdiensten beheren ook gezamenlijk een website Gooi en Vecht Historisch. Hierop zijn tal van documenten en foto’s te vinden.

Meer foto's zijn te zien op de website Oud Hilversum, klik hier.

Een aantal foto's van Stevens wordt gepubliceerd op de website van Nico Spilt, “Langs de rails”, in het thema “Hilversum in vroeger tijden”, o.a. in deel 6. Klik hier. Zie ook “Hilversum ombouw, deel 17” op Langs de Rails, klik hier.
Aan het opzoeken van de foto’s werken de Hilversummers Rienk Nauta en Henk Koster mee.

Post Laarderweg in Hilversum, 9 december 1952. Deze bedienpost voor de overweg Laarderweg (later Larenseweg)/Stationsstraat lag bij km 28.270 tussen de spoorbomen. Op de foto de heer J. Buys op zijn post. Veertig jaar bij het Spoor, waarvan tweeëndertig tussen “de grote spoorbomen” zoals de overweg lokaal werd genoemd. De overweg is op 31 augustus 2007 opgeheven en uit het straatbeeld verdwenen. Bron: De Gooi- en Eemlander. Fotocollectie Streekarchief Gooi en Vechtstreek Historisch, fotograaf Jacques Stevens.

De halte Soestdijkerstraatweg in Hilversum, 28 oktober 1952. De halte kreeg in dat jaar een stenen gebouwtje met reizigerswachtruimte, overwegbediening en loket met kaartverkoop. De naam Soestdijkerstraatweg is op 30 mei 1965 gewijzigd in Hilversum Sportpark. Tot de zomer van 1938 was het slechts een stopplaats met stoppen op verzoek… Het zichtbare treinstel van het type Materieel 1946 is op weg naar Utrecht en nog betrekkelijk nieuw en in zijn oorspronkelijke kleurstelling; groen met rode frontbiezen. Aan de reconstructie van de overweg wordt nog gewerkt, het afgesloten boompje sluit nog geen voetpad af, dat nog moet worden aangelegd. Toen al was sprake van een verbreding van de overweg. En een mooie tweekleurige Citroen Traction Avant van na de oorlog bepaalt het straatbeeld. De elektrificatie van het baanvak Hilversum - Blauwkapel werd op 4 mei 1942 voltooid. Foto: Jacques Stevens. Fotocollectie Streekarchief Gooi en Vechtstreek Historisch.
De stopplaats Soestdijkerstraatweg in Hilversum, 1938, vóór de elektrificatie, met dienstwoning en wachtpost 33. De auto is een Fiat Topolino, die vanaf 1936 geproduceerd zijn. Gert-Jan Hondelink meldt bij deze foto: gezien de aanduiding "Stopplaats Soestdijkerstraatweg" moet dit vóór juni 1938 zijn. Tot die tijd werd onderscheid gemaakt tussen stations, halten en stopplaatsen. Stopplaatsen waren facultatieve halten waar daartoe aangewezen treinen stopten op verzoek. Vanwege de invoering van starre en frequente treindiensten met hogere snelheden in 1938 werden alle stopplaatsen opgeheven. Sommige daarvan - waaronder de stopplaats Soestdijkerstraatweg - werden opgewaardeerd tot halte. Met de invoering van de zomerdienst 1938 heette de vroegere stopplaats "Halte Soestdijkerstraatweg". De naam werd in 1965 (dienstregeling per 30 mei) veranderd in Hilversum Sportpark. Foto: Jacques Stevens. Fotocollectie Streekarchief Gooi en Vechtstreek Historisch.

Kijk ook eens op mijn thema "Gotische Bogen", een special over de spoorlijn Hilversum - Utrecht op deze site onder NS Uitgelicht, pagina 8, klik hier.



































Hilversum, 25 juli 1958. De bediende overweg Larenseweg/Stationsstraat (ook wel Laarderweg genoemd) met de post Ldw (Laarderweg), de voetgangersspoorbrug en op de achtergrond de nieuwe stations-uitgang oostzijde. Foto Kees van de Meene.

Emigratie loc 1315

In Op de Rails 2012-11, blz. 521 stond te lezen over de mogelijke emigratie van locomtief 1304 naar het Eisenbahn-Erlebniswelt in Horb. Na rijp beraad is besloten niet deze machine, maar de 1315 naar Duitsland te sturen. De 1315 die zich in het depot van de Stoom Stichting Nederland in Rotterdam Noord bevindt, is technisch beter geschikt dan de 1304 om over grote afstand te worden gesleept. Ook is de 1315 uiterlijk in betere staat. De overbrenging van de 1300 naar Horb leek een complexe en kostbare aangelegenheid te worden, maar door de Werkgroep 1501 is in samenwerking met de NVBS een creatieve oplossing gevonden om de kosten binnen de perken te houden. Als alles volgens plan verloopt, gaat de loc eind maart op reis. Het zal een opmerkelijk transport worden, waarbij in ieder geval gebruik wordt gemaakt van diesel- en stoomtractie. Om zoveel mogelijk liefhebbers in staat te stellen dit transport te volgen en te fotograferen, zullen in aanloop naar de emigratie zoveel mogelijk details bekend gemaakt worden. Volg de berichten op de NVBS-informatiepagina www.facebook.com/OpdeRails

De Werkgroep 1501 en de NVBS maken het volgende bekend:

Locomofief 1315 gaat op reis!

Na maanden van intensieve voorbereiding is het bijna zover: locomotief 1315 gaat op reis naar het Eisenbahn-Erlebniswelt in het Duitse Horb. Zo’n transport is een complexe zaak, zeker als je de kosten in de hand wilt houden. Natuurlijk is het mogelijk een ‘normale’ vervoerder te vragen zo’n overbrenging te verzorgen, maar dan krijg je bedragen te horen die niet bij het budget van een vrijwilligersorganisatie passen. Daarom is gezocht naar alternatieven en die zijn gevonden. Een groot aantal bedrijven en verenigingen heeft meegewerkt om de 1315 tegen gunstige condities in Horb te krijgen. Wat bij de planning van dit transport ook heeft meegespeeld is dat zoveel mogelijk liefhebbers getuige moeten kunnen zijn van deze gebeurtenis. Zo vaak gaat een 1300 niet door Duitsland heen, en zeker niet in de combinatie zoals we die nu hebben samengesteld. Helaas hebben we nog geen dienstregelingen, maar we willen alvast de data geven dat de 1315 onderweg is. Er staan geen nachtelijke overbrengingen op de agenda, alles vindt bij daglicht plaats. Het onderstaande programma is nog onder voorbehoud. Op zaterdag 23 maart wordt de 1315 ’s middags opgehaald uit het depot van de Stoomstichting Nederland in Rotterdam Noord. Hiervoor zal locomotief E01 van de Bentheimer Eisenbahn (ook wel bekend als 1835) in actie komen. De beide locomotieven gaan naar Kijfhoek, waar ze zullen overnachten. De volgende middag (24 maart) wordt de 1315 achter de E01 opgezonden in de containertrein naar Coevorden. Naar verwachting vertrekt deze aan het begin van de middag. Omdat deze trein met een lagere snelheid wordt ingelegd dan normaal, zal deze vaker ‘aan de kant’ moeten om te worden ingehaald. Op onze vraag of er weleens een 1300 in Coevorden is geweest werd ontkennend geantwoord, dus we meenden dit maar eens te moeten doen. Op woensdag 27 maart wordt de reis vervolgd. De 1315 wordt ’s ochtends opgehaald uit Coevorden en naar Bad Bentheim gebracht over de lijn van de Bentheimer Eisenbahn. Er is gevraagd deze trein heel ruim in te leggen met stops onderweg om auto-achtervolging zonder onverantwoorde capriolen mogelijk te maken. Eén en ander is echter afhankelijk van het overige verkeer op de spoorlijn. Dezelfde middag komt een West-V100 (in klassieke Bundesbahn-kleur) van Nesa naar Bad Bentheim die de 1315 meeneemt naar het depot van Eisenbahntradition in Lengerich, ten zuiden van Osnabrück aan de lijn naar Münster. Daar overnachten beide locomotieven. De volgende morgen wordt de trein aangevuld met stoomlocomotief 78 468, een verblijfsrijtuig en een waterwagen. Aan het begin van de ochtend wordt vertrokken naar Tübingen. Dit transport heeft een maximumsnelheid van 80 km/h, dus zal veelvuldig aan de kant moeten. Ook zal de stoomlocomotief enkele keren water moeten nemen, dus achtervolgers hebben alle kans de trein een aantal keren op de foto te zetten. Waarschijnlijk zal alleen het laatste deel van de reis in het donker worden afgelegd, omdat we zo’n 600 kilometer moeten afleggen. De 1315 zal bij de Eisenbahnfreunde Zollernbahn (die in het Paasweekeinde hun veertigjarige jubileum vieren met een stoomspektakel rond Gammertingen) de nacht doorbrengen. Het is de bedoeling de laatste etappe naar Horb op vrijdagmorgen te maken. Wat voor loc (stoom of diesel) daarvoor wordt ingezet is nog niet bekend. Vragen naar routes en dienstregelingen heeft nog geen zin. Als er iets bekend wordt, of als het programma moet worden aangepast, zal dat direct op deze pagina worden gemeld. Tijdens de reis zullen af en toe mededelingen worden gedaan over de exacte locatie van de trein om volgers op de hoogte te houden. Wij hopen dat volgers aan deze reis net zo veel plezier zullen beleven als wij aan de voorbereidingen. Uiteraard zullen wij later in Op de Rails uit de doeken doen hoe we aan de ideeën zijn gekomen en wat er allemaal bij komt kijken een dergelijke overbrenging te organiseren. En de mooiste foto’s zien we natuurlijk graag terug in onze mailbox: fotosopderails@nvbs.com.

Voorbereidende werkzaamheden aan e-loc 1315 in het depot van de Stoom Stichting Nederland in Rotterdam Noord. Foto: Raymond Kiès, 9 maart 2013. Op 16 november 1988 kreeg deze loc in actieve NS-dienst het (gestileerde) stadswapen van Tiel aangemeten en bezocht ze deze stad kort voor de officiële naamgeving.

Dieselloc 2414 is op 16 november 1988 met rijtuig 38-37 082 en e-loc 1315 (gesleept) aangekomen in Tiel op spoor 2, waar een korte ceremonie plaats vond om de 1315 het stadswapen en de naam van deze gemeente te geven. De loc kreeg deze beeltenis in gestileerde vorm op de buitenzijde van beide wanden. De loc keerde na afloop als trekkracht van de trein terug naar Utrecht. In Tiel zijn de beide perronsporen 2 en 3 geëlektrificeerd sinds 1978. Foto: Frank Rijsdijk.

Actuele informaties over het transport op diverse websites, o.a.:

  • website Klassieke Locs, klik hier en hier
  • website NVBS Facebook, klik hier en hier.
  • Lees het verslag van de opmerkelijk reis in het maandblad Op de Rails van de NVBS, uitgave mei 2013.










































Stadswapen van Tiel. Omschrijving:

Het wapen is goud van kleur met daarop een zwarte dubbele arend. De bek en klauwen van de arend zijn rood van kleur. In het schildhoofd tussen de hoofden van de arend staat een klein wapen van Gelderland. Het schild wordt gedekt door een rode keizerskroon. Aan de linkerkant (voor de kijker rechts) van het schild staat een zwarte klimmende leeuw en aan de rechterkant (voor de kijker links) een gouden klimmende leeuw. De tongen en nagels van de leeuwen hebben dezelfde kleuren als de leeuwen. Bron: Wikipedia.




Utrecht Lunetten

De halte Utrecht Lunetten wordt momenteel omgebouwd met nieuwe onderdoorgangen. Het oude baantracé vanaf de Fortweg is ontmanteld en wordt nieuw aangelegd, zodat een viersporig baanvak zal ontstaan. De nieuwe halte krijgt een eilandperron met twee buitenliggende Intercity-sporen. Zie ook het thema Utrecht Randstadspoor, klik hier.

Utrecht, 22 februari 2013. Halte Lunetten in ombouw, rechts is nog een stukje van het oude perron en het inmiddels opgebroken oude tracé zichtbaar. Hier komen nieuwe sporen terug. Trein 16039 (Utrecht v: 11:11 uur, treinstel 2405) halteert langs het tijdelijke perron, in de eindfase is dit het IC-spoor richting Den Bosch. Het tijdelijke perron waar de fotograaf op staat wordt een (breder) eilandperron voor de stoptreinen. Foto: Gérard van Teeffelen.

Impressie toekomstig station Utrecht Lunetten

Het station Utrecht Lunetten wordt aangepast en verbouwd tot een station met een eilandperron. Het nieuwe station wordt richting noorden verplaatst. Dit komt door de ligging van het nieuwe (eiland)perron aan de zogenaamde stop- of langzame sporen (de sporen die zijn bedoeld voor o.a. stoptreinen) en de niet te wijzigen ligging van de beide spoorviaducten over de rijksweg A27.
De nieuwe tunnel voor fietsers en voetgangers biedt toegang tot het nieuwe perron. Deze tunnel ligt in het verlengde van de langzaam verkeersas “de Musketon” en ligt ongeveer 100 meter ten noorden van de bestaande tunnel; deze bestaande tunnel vervalt. De nieuwe tunnel verbindt het toekomstige station en de voorzieningen in het centrale deel van de wijk Lunetten. De tunnel is tevens de nieuwe route tussen de wijk en de Lunetten-driehoek ten noordoosten van het spoor en richting De Uithof en Bunnik.
Met de gemeente Utrecht is afgesproken dat de voorpleinvoorzieningen bij het station door de gemeente worden ontworpen en gerealiseerd in samenhang met een algehele opwaardering van de stationsomgeving. Bron en foto: ProRail.



Stichting Store opgericht

Persbericht Historisch Railvervoer Nederland, 14 februari 2013

Gepubliceerd op: zondag 17 februari 2013

De Vereniging tot behartiging van de belangen van museale en toeristische railorganisaties in Nederland, Historisch Railvervoer Nederland - HRN meldt de oprichting van de Stichting Store. Klik hier (pdf-versie).

Historisch Railvervoer Nederland (HRN) is de landelijke koepelorganisatie die de belangen van 28 Nederlandse museale railorganisaties behartigt. De koepelorganisatie is op een groot aantal terreinen actief, variërend van gezamenlijke publiciteitsacties tot activiteiten op het gebied van spoorwegveiligheid, cultuur en milieu. Met deze activiteiten is de vereniging Historisch Railvervoer Nederland op museaal gebied een bijzondere en sterke samenwerkingsorganisatie geworden, waarin de slogan "samen sterk" de boventoon voert.
HRN vertegenwoordigt de sector rail in de Stichting Mobiele Collectie Nederland MCN en is lid van de Europese koepelorganisatie Fedecrail.

De klassieke e-locs 1501 en 1304 van de stichting KLOK hebben al een plekje gevonden in de loods te Blerick. Foto: Kees Wielemaker, 28 november 2012.


Station Geldermalsen, restauratie stationskap

Nieuw. Bekijk het nieuwe thema NS Infrastructuur, pagina 14, klik hier.

Beelden van vroeger

Om nog even de herinnering aan vroeger op te halen, raadpleegde ik Kees van de Meene, die welwillend enkele foto's en een artikel ter beschikking stelde uit zijn archief.

Geldermalsen, 13 september 1954. Het westelijk emplacement, met stationsgebouw, perronkappen, voetgangersbrug en goederenloods, gezien naar het noorden. Foto: J.G.C. van de Meene.

Geldermalsen, 29 augustus 1970. Stationsgebouw, perronkappen en voetgangersbrug, gezien vanaf de Genteldijk (aan de oostzijde) in noordelijke richting. Foto: J.G.C. van de Meene.

Wie beide foto’s goed vergelijkt ziet een opmerkelijk verschil in de kap tussen de situatie 1954 en 1970: van hoekig zadeldak naar rond. Op de eerste foto heeft het zuidelijk kapgedeelte een hoekig zadeldak met tussenliggende zakgoten. Bij de reconstructie in 1962 werd de hele kap van het station (noordelijk en zuidelijk kapgedeelte) veranderd in een licht gebogen dak. Op de tweede foto uit 1970 is de gebogen dekplaat in de eindspant duidelijk te zien. Vergelijk de foto’s ook met de uitvoering in het artikel in Dakenraad, zoals hieronder naar verwezen wordt.

Een artikel in Dakenraad, een tweemaandelijks magazine voor dakspecialisten, ontwerpers, bouwers en beheerders, geeft veel achtergrondinformatie over stationskappen en die in Geldermalsen in het bijzonder. Klik hier (pdf-bestand) voor het artikel "Golfplaatgeschiedenis op het spoor", auteur Rien de Visser in uitgave nummer 97, september 2010 (met diverse bronnen en referenties).
Uitgeverij Dakenraad is gevestigd in Raamsdonksveer. Meer informatie, klik hier.


Utrecht Centraal

Het Utrechtse stationsgebied is voortdurend in verandering. Ook aan de voormalige buurtspoorzijde wordt volop gewerkt aan de perronverbreding en sporenuitbreiding.
Vergelijk beide foto's hieronder met een half jaar tijdsverschil.

Volg de verbouwingen ook in het thema Randstadspoor op deze site, klik hier.

Utrecht Centraal, 28 mei 2013. Perronverbreding en sporenuitbreiding voormalige buurtspoorzijde. De sneltram Utrecht - Nieuwegein/IJsselstein (SUN) is inmiddels uit dit gebied verdwenen en verhuisd naar een tijdelijk eindpunt aan de Jaarbeurszijde. Over 5 jaar wordt de sneltram hier weer teruggebouwd en verbonden met de nieuwe lijn naar de Uithof. Foto: Gérard van Teeffelen.

Utrecht Centraal, 27 november 2012. Een half jaar eerder dan de vorige foto en vanuit hetzelfde fotostandpunt. Vergelijk de situatie ook eens met de foto's hiervoor uit 1975 in het thema Randstadspoor en het zal duidelijk zijn, dat het Utrechtse stationsgebied, in het bijzonder de voormalige buurtspoorzijde, opnieuw in verandering is. Foto: Gérard van Teeffelen.

Utrecht, 3 mei 2013. Nieuw eindpunt Sneltram Utrecht - Nieuwegein/IJsselstein op het Jaarbeursplein te Utrecht. De 5001+5006 staan gereed om als sneltram naar Nieuwegein Zuid te vertrekken. Rechts het houten perron voor de Weense spitstrams. Het Cranenborghgebouw op de achtergrond zal worden gesloopt, het moet wijken voor een moderner kantorencomplex. Foto: Gérard van Teeffelen.


Klassieke Locomotieven

Lees ook de recente KLOK-informatiebulletins van de Werkgroep 1501 en de Stichting Klassieke Locomotieven.

KLOK-info nummer 53, februari 2013, klik hier.
KLOK-info nummer 54, maart 2013, klik hier.
KLOK-info
nummer 55, april 2013, klik hier.
KLOK-info
nummer 56, mei 2013, klik hier
KLOK-info
nummer 57, juli 2013, klik hier

Lees alles over “Locomotieven in beweging.....”

Loc 1218 is op 1 november jl. door soortgenoot 1254 opgehaald in Blerick en overgebracht naar Amsterdam Watergraafsmeer. Het convooi maakt hier een tussenstop te Horst-Sevenum. De lagers van de 1218 worden gecontroleerd en in orde bevonden. Foto: Raymond Kiès.

Loc 1304 op archiefopname te Maastricht, 13 juni 2005. Foto: Aad de Meij. Bezoek ook de websites van de Stichting Klassieke Locomotieven/Werkgroep 1501 en NVBS.

Oproep foto’s gezocht seinhuizen Geldermalsen

Voor mijn thema “De Betuwelijn in perspectief” ben ik op zoek naar foto’s van de mechanische seinhuizen (klassieke beveiliging) van het station Geldermalsen, zowel interieur- als exterieur.
In het bijzonder die op het station of emplacement gestaan hebben, dus aan de noordzijde einde spoor 3a/4a en aan de zuidzijde op het perron 3b/4b waar vanaf de Genteldijk een bewaakte overgang was naar het perron. De schuine oprit is in het perron nog altijd zichtbaar. Foto’s van het seinhuis bij de splitsing van de spoorlijn naar Gorinchem/Dordrecht (in Tricht = Geldermalsen Aansluiting) zijn wel bekend.
De mechanische beveiliging van het emplacement Geldermalsen heeft tot ongeveer begin jaren zestig bestaan, daarna ging de besturing van de seinen en wissels over naar NX/CVL Utrecht.
Via mijn mailadres kan contact met mij opgenomen worden: edwardbary@gmail.com


Detail uit een foto van Kees van de Meene. Het gaat o.a. om het seinhuis rechts op deze foto te zien. De foto toont station Geldermalsen, gezien vanuit het zuiden in noordelijke kijkrichting.

Het verleden herleeft

Sinds 1962 fotografeer ik spoorse onderwerpen. Veel materieel, maar ook andere bezienswaardigheden op en langs de rails. Vooral in Nederland, maar ook in de landen die ik bezocht heb in vakanties of tijdens rondreizen.

Het motief:
Is een hobby een levensdoel? Nee.

Maar veel van wat we dagelijks waarnemen, hoe we ons verplaatsen en de veranderingen die we ondergaan in de ruimte waarin we leven, vindt zijn oorsprong in de geschiedenis. Soms is dat verrassend, soms opmerkelijk en meestal een waardevolle herinnering. Deze website wil zich onderscheiden van de rijke hoeveelheid interessante sites op het gebied van de spoorhobby, die zich met het (recente) heden bezighouden. Mijn archief bevat tal van dia’s, foto’s en negatieven die vooral in de periode plm. 1960 – 2000 zijn ontstaan, een tijdperk nog vrijwel zonder internet, mobiele telefoon, zonder sociale media, geen facebook of twitter, geen ipads of ipods of webcams. Digitale fotografie moest nog uitgevonden worden. Negatieven of dia's in een rolletje, afdrukjes via de plaatselijke fotowinkel. Het lijkt uit een andere wereld. Deze site laat veel beelden zien uit dèze periode. Natuurlijk ook hedendaagse beelden als deze een duidelijke relatie hebben met de geschiedenis of historische ontwikkelingen. Elk beeld, elke foto heeft zijn eigen verhaal, immers, beelden leggen we vast als een momentopname, opdat we het niet zullen vergeten. Daarom besteed ik ook veel aandacht aan achtergronden. Artikelen, speciale thema's, uitgebreide fotobijschriften, uitgelichte onderwerpen, bronnen, referenties en weblinks vertellen de bezoeker het verhaal wat hij of zij in beelden te zien krijgt. Dát is het motief voor deze website.

Voor het eerst op deze website? Klik hier voor achtergronden en introductie.

Veel kijkplezier en voor vragen of suggesties kunt u mij mailen: edwardbary@gmail.com
Foto's van anderen plaats ik graag mits deze in een historische of thematische context geplaatst kunnen worden. Een goed verhaal daarbij zou leuk en waardevol zijn. Ik hecht waarde aan een zo nauwkeurig mogelijke datering en localisering van beeldmateriaal.

Edward Bary
Tiel

Een oude foto